Voormalig oorlogsverslaggever en presentator Willibrord Frequin vond Maarten van Rossem ooit een smaakmaker op tv, maar door zijn populariteit is de Utrechtse professor iets te graag op televisie. Dat stelt Frequin in zijn column in Panorama. “Maar nu is hij door zijn populariteit verworden tot een tv-hoer. Overal zie je hem. Zelfs in een autoprogramma. Kom op Maarten. Kappen met die programma’s! Die quiz, die kan er nog net mee door, maar de rest… Waarde Maarten, je kunt niet overal in excelleren. Slecht voor je geloofwaardigheid. Je bent te hoogmoedig geworden.”
Met een beetje goede wil zou je kunnen beweren dat Frequin het opneemt voor de professor. Hij schrijft dat hij Van Rossem immers heel goed kon hebben toen hij in 2001 een genuanceerde bijdrage leverde aan het debat over ‘911’. “Eigenlijk ben ik een fan van de morsige wijsneus. Wat kan hij chagrijnig kijken, vier keer zo erg als m’n schoonmoeder. Jeetje. Als Amerika-deskundige veroverde hij jaren geleden mijn hart. Ongezouten beoordeelde hij met vileine humor de gebeurtenissen in de VS. Bij DWDD, Nova, Nieuwsuur… Waar niet? Vakkundig, met een ironische ondertoon. Geweldig!”
Maar in de rest van de column is hij iets harder voor Van Rossem die met zijn broer Vincent en zus Sis het programma Hier zijn de Van Rossems presenteert. “Regelmatig zie je er gewoon onsmakelijk uit. Je zit onderuitgezakt als iemand die zich liever nu dan over een uur ophangt. Ik kreeg braakneigingen toen je vorige week in het middagprogramma van de prima omroep MAX zat met je zus en je broer. Jullie lopen er als zwervers bij. Jullie zijn niet alleen alle drie lelijk, maar jullie gedragen je ook lelijk tegenover elkaar. Ook leuk is dat jullie alledrie erg chagrijnig kijken. Daar kunnen jullie niks aan doen, want jullie koppen zijn zo. Tering, je zult maar zo geboren worden!”
