Als de zelfstandigenaftrek wordt afgeschaft zonder dat daar een andere regeling tegenover staat, dan treft dat zzp’ers aan de onderkant van de markt onevenredig hard. Eenpitters die met pijn en moeite een omzet tot 25.000 euro binnenharken gaan er bij het verdwijnen van de aftrekpost meer dan 10 procent op achteruit. Zelfstandigen die niet verder komen dan een omzet van 20.000 euro eindigen daardoor onder het wettelijk geldend minimuminkomen.
Dat blijkt uit research van een groep journalisten van TPO die de afgelopen maand onderzoek deed naar de belangen rondom zzp’ers. Daaruit blijkt dat het gros van de zelfstandigen 2500 tot 3500 euro minder overhoudt als de zelfstandigenaftrek verdwijnt. Hoe hoog dat bedrag exact is, is afhankelijk van de omzet van de zzp’er. Wie gezegend is met een hoge omzet moet in absolute bedragen meer inleveren. Het verschil loopt echter niet evenredig op.
Waar een slecht verdienende zzp’er met een omzet tussen de 20.000 en 24.000 euro tussen de 11,8 en 13 procent inlevert, kost het eventueel afschaffen van de zelfstandigenaftrek een zzp’er met een omzet van 108.000 euro 4,7 procent van zijn inkomsten. Een zelfstandige met een omzet van zo’n 45.000 euro zit daar tussenin, met 8,8 procent.
Het aandeel zzp’ers dat niet goed verdiend is relatief gezien groot, blijkt uit onderzoek. Volgens onderzoeksbureau EIM haalt eenderde van alle zelfstandigen zonder personeel op jaarbasis minder dan 25.000 euro aan omzet binnen. Van alle zzp’ers is 83 procent tegen het opheffen van de zelfstandigenaftrek.
Op dit moment is er een onderzoek gaande naar de groei van de zzp’ers, in opdracht van het kabinet. Dat de voorzitter inmiddels is benoemd op een topfunctie bij Financiën leidde afgelopen week tot kamervragen van D66.
