Mag de zzp’er zelf beslissen of hij zich verzekert en pensioen opbouwt? Of moet dit een verplichting worden? Dit jaar komt het kabinet met een voorstel over het sociale lot van de zzp’er.
Vorig jaar riep staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) Jetta Klijnsma op tot een nationale pensioendialoog. Haar aansporing zorgde ervoor dat alle partijen de afgelopen maanden hun nieuwste kijk op sociale zekerheid voor de zzp’er hebben gepresenteerd. Dit jaar volgt het kabinet dan met een rapportage met voorstellen voor een hervorming van het sociale stelsel. De positie van de zzp’er ligt onder een vergrootglas. De spanning neemt toe.
Amper tien jaar terug werd de WAZ afgeschaft, een verplichte arbeidsongeschiktheidsverzekering voor zelfstandigen. Maar nu het aantal zzp’ers rap toeneemt, neemt de druk op de politiek toe om weer voor de zzp’er ‘te zorgen’. De inzet van het debat: zzp’ers zijn een soort werknemers, die ten onrechte niet de bescherming hebben van collectieve arbeidsvoorwaarden, en die niet voor zichzelf iets kunnen/willen regelen.
Wat is het standpunt van politieke partijen, de ZZP-bonden, toezichthouders DNB en AFM, vakbonden, verzekeraars en pensioengroepen ten opzichte van sociale zekerheid voor zzp’ers? Hoe zwart-wit zijn de tegenstelling bij het debat over de verplichtstelling van arbeidsongeschiktheidsverzekering en pensioenopbouw? Tipje van de sluier: iedereen roert zich in de discussie over een sociaal vangnet, maar misschien zijn er wel oplossingen voorhanden…
Een aantal partijen stelt dat algehele verplichtstelling voor zzp’ers op termijn onvermijdelijk is.
Zo ook de Autoriteit Financiële Markten (AFM), die begin dit jaar alarm slaat. Volgens de AFM dreigt het gevaar dat honderdduizenden zelfstandigen geen enkel pensioen opbouwen. “Zij hebben gebrek aan tijd en motivatie om financieel te plannen voor de oude dag, en hebben grote moeite met het begrijpen van risico’s”, schrijft de AFM. Zzp’ers moeten desnoods worden gedwongen om voor hun oude dag te sparen, zo blijkt uit de pensioenvisie. De AFM geeft aan dat er groot maatschappelijk draagvlak is voor een verplicht basispensioen.
Toch krijgen de zzp’ers nog een kans. Zzp’ers wordt aangeraden de komende tijd – een termijn wordt door de AFM niet genoemd – gebruik te maken van een collectieve pensioensvoorziening op vrijwillige basis. Blijkt uiteindelijk dat hier onvoldoende aanmeldingen voor zijn, dan wordt “een algehele verplichtstelling” alsnog aangeraden.
Ook werkgeversorganisatie AWVN pleit voor verplichte sociale zekerheid, zo bleek in oktober 2014, evenals vakbond FNV – dat maximale bescherming voor haar leden wil bieden. De Nederlandsche Bank (DNB), toezichthouder op de fondsen zelf, hint ook op een verplicht pensioen. Wel wijst zowel DNB als FNV op het maken van onderscheid tussen schijnzelfstandigen, werknemers die noodgedwongen voor zichzelf beginnen en zzp’ers die hiervoor hebben gekozen.
Pensioengroepen laten zich ook horen, waaronder de Nederlandse Orde van Pensioendeskundigen (NOPD). Hun standpunt: aan een pensioenverplichting valt niet te ontkomen in Nederland. Het beste is om deze dan zo spoedig mogelijk in te voeren, vindt de NOPD. “Zzp’ers zijn niet in staat om zichzelf financieel te beschermen”, zegt voorzitter Theo Gommer. “Nu niet en ook niet als we nog tien jaar wachten. Uit alle gedragseconomische onderzoeken blijkt dat zzp’ers altijd wel een smoesje hebben om pas morgen te beginnen.”
Op Het Binnenhof, de plek waar de daadwerkelijke besluiten worden genomen, heerst verdeeldheid.
Politiek Den Haag kent een klassieke links-rechts tegenstelling en die vind je bij uitstek terug in het debat over sociale zekerheid. Linkse partijen, denk aan PvdA en SP, zijn voorstander van het solidariteitsbeginsel en het verplicht aanbieden van zekerheid. De conservatieve-liberale hoek, zoals VVD, CDA maar ook D66, vindt dat de overheid hooguit ‘faciliteert’ en ‘aanbiedt’, maar dat een zzp’er zelf beslissingen neemt. “Wij zijn voor het behoud van keuzevrijheid voor zzp’ers en willen vooral drempels wegnemen”, reageert D66-Kamerlid Steven van Weyenberg.
VVD, CDA en D66 regeerden in kabinet Balkenende-II, dat in 2004 besloot tot het afschaffen van de WAZ. Het bezwaar: geen volledige dekking tegen veel te hoge premies. Schijnzekerheid was het woord dat vaak langskwam. Dit tot grote tegenzin van de PvdA, dat zes jaar eerder tijdens het kabinet Kok-1 juist de initiator was van de WAZ.
In de huidige samenwerking met de VVD moet de PvdA zich tevreden stellen met varianten op solidariteit, zoals de komst van ZZP Pensioen.
De komst van ZZP Pensioen, een collectief ZZP-pensioenfonds met vrijwillige deelname, toont aan waar politiek Den Haag nu staat. Een polderpensioensregeling. Solidariteit van links, vrijheid van rechts.
In ZZP Pensioen is belastingvrij sparen voor pensioen mogelijk gemaakt, voor een periode van 10, 15 of 20 jaar, met eigen inleg en zelf kunnen bepalen op welke leeftijd je met pensioen gaat. Dat het om vrijwillige deelname gaat, is ook voor de vier initiatiefnemende zzp-bonden een belangrijke eis geweest.
Ook verzekeraars zijn tegen verplichte sociale zekerheid. Zo stelde algemeen directeur Richard Weurding van het Verbond van Verzekeraars dat er een te grote groep klanten is die geen behoefte heeft aan een verzekeringsplicht, waar PvdA-Kamerlid Roos Vermeij zich eind november toch weer sterk voor maakte. Onderzoek van het Verbond van Verzekeraars bevestigt dat de voorkeur onder zelfstandigen sterk uitgaat naar de ‘vrijwillige’ pensioenregelingen.
De visies die de afgelopen maanden zijn gepresenteerd, maken niet eenvoudig om tot een oplossing te komen.
‘Een beleidsmatig dilemma’ noemde het ministerie van SZW de keuze tot een vrijwillig of verplicht pensioen al in het rapport Pensioen van Zelfstandigen. Aan de ene kant lopen veel zzp’ers het risico dat hun inkomen halveert zodra zij met pensioen gaan, zo schrijven de onderzoekers. Maar voor overheidsoplossingen zoals een verplichting of een automatische deelname met ‘opting out’ (zzp’ers hebben dan de keuze om ergens niet aan mee te doen, maar moeten dan zelf actie ondernemen) moet eerst “een fundamentele discussie” gevoerd worden, “omdat het een breuk is met het huidige beleid van eigen verantwoordelijkheid voor ondernemers en met de voorkeur van zelfstandigen voor vrijwillige deelname en keuzevrijheid”.
Dat debat is nu gaande. De ene groep wil niet te veel tornen aan de verplichting, de ander niet aan de keuzevrijheid. De vraag is nu of belangenbehartigers toch bereid zijn om te bewegen. Zoals PvdA tegen wil en dank kleur bekent in Den Haag, waar de vrijwilligheid het dus ‘wint’ van de verplichte zekerheid, zo moet er ook in ‘het veld’ water bij de wijn worden gedaan.
Ook daarbij moet gekeken worden naar welke vorm van consensus kansrijker is. Gaan partijen – schoorvoetend, maar toch – akkoord met vrijwillige deelname, zoals een collectief fonds of mogelijk met een flexibele premie? Of is het ook een optie, zoals het ministerie van SZW aangeeft, een sociaal stelsel vorm te geven dat deelname verplicht, maar uitstappen als onvoorwaardelijke keuze biedt?
Het zou interessant zijn om de opting-out-regeling een kans te geven, stelt Fieke van der Lecq, APG-hoogleraar Pensioenmarkten aan de Erasmus School Economics. Zij verwijst naar Groot-Brittannië, waar een vergelijkbare regeling is ingevoerd. “Dat moeten we zien als een klein laboratorium.” Slechts tien procent van de zzp’ers besloot uit deze regeling te stappen. “Ik vermoed dat ook de AFM en DNB met deze regeling kunnen leven.” Bij wijze van proef kan dan met enkel de AOV worden gestart. “Arbeidsongeschikt raken is hét onverwachte financiële risico voor de zzp’er.”
Wel benadrukt Van der Lecq dat zij geen voorstander is van verplichte pensioenopbouw voor zzp’ers waar de AFM mee ‘dreigt’.
De AFM spreekt daarentegen ook over een pensioenpremie die wordt gekoppeld aan een zelf te bepalen minimuminleg, en dat aspect spreekt Van der Lecq wel aan. In haar voorstel koppelt Van der Lecq de flexibele premie aan de omzet van de zzp’er of het aantal uren dat hij of zij werkt. In de beroepspensioenfondsen zijn volgens de hoogleraar goede ervaringen met deze vorm van sociale dekking.
Bovendien brengt een flexibele premie minder risico’s met zich mee dan deelname aan ZZP Pensioen, een initiatief waar wat Van der Lecq betreft kritischer naar moet worden gekeken. “Goed beschouwd is dat nog altijd een beleggingsproduct met eventueel verzekeringen”, aldus Van der Lecq. Volgens haar is ZZP Pensioen daarmee niet wezenlijk anders dan bancair sparen of lijfrentesparen.
Er is nog een alternatief. Van der Lecq en Alwin Oerlemans pleiten al jaren voor een kleine maar ingrijpende wetswijziging, één die de weg naar een beroepsfonds voor zzp’ers opent. “Erken zelfstandigen als beroepsgroep. Het wordt dan mogelijk om een eigen zzp-pensioenfonds op te richten.” Daar zitten bovendien grote fiscale voordelen aan. Zzp’ers mogen dan premies aftrekken van hun inkomstenbelasting. Daarnaast is de uitkering van het pensioen laag belast. Al vermoedt Van der Lecq dat de belastingdienst hun voorstel mogelijk als onaantrekkelijk voor de schatkist beschouwt.
De bereidheid om over het sociale lot van de zzp’ er na te denken is toegenomen, stelt Van der Lecq. Wel heeft een oplossing tijd nodig. “Er wordt verkend en nagedacht. Dat is al heel wat. Een broedende kip moet je soms niet storen.” Van der Lecq heeft nog niet waargenomen dat partijen in opvatting dichter tot elkaar komen.
Toch komt het kabinet dit jaar met voorstellen. Een oer-Hollands poldermodel moet alle belangenbehartigers op een of andere manier tegemoet komen. En daar zal dan weer fundamenteel over worden gediscussieerd.
Maar tot de witte rook verschijnt, mag de zzp’er doen waar hij of zij in feite zelfstandig om is geworden: zelf de beslissing nemen.
Het onderzoek ZZP’ers: Markvernieuwers of marktverziekers werd uitgevoerd door Geert Jan Hahn, Gepko Hahn, Gyurka Jansen, Jolanda Breur, Nick Kivits, Rebke Klokke (fotografie) en Simon Trommel, met Pierre Spaninks als hoofdredacteur.
Het startkapitaal van 5000 euro dat voor dit project nodig was, is binnen enkele weken via het platform voor onderzoeksjournalistiek Yournalism.nl bij elkaar gebracht door meer dan 250 donateurs.
De volledige resultaten verschijnen binnenkort als e-boek. TPO brengt de komende tijd alvast een serie voorpublicaties.