“Zwaai maar naar die mevrouw”. De Wallen zijn verworden tot een gratis toeristische attractie voor gezinnen met kinderen en busladingen schuifelende bejaarden achter rollators. De pro-prostitutie-lobby voert een achterhoedegevecht. Over vijf jaar zijn de hoeren van de Wallen verdwenen, met dank aan de liberalisering van de seksmarkt.
“Amsterdamse hoeren voeren actie tegen Jojanneke!” Aldus Geen stijl dat het bericht had van Felicia Anna, naar eigen zeggen “een échte Oost-Europese, Roemeens prostituee”.
Felicia en haar “vriend-vertaler” Mark van der Beer roeren zich wel vaker op internet als het om prostitutie gaat. Felicia heeft het daar zelfs zó druk mee dat je je afvraagt of ze nog wel eens aan haar echte werk toekomt. Maar eerst de opstand tegen Jojanneke.
In januari jongstleden zond de EO een tv-serie uit over prostitutie en mensenhandel, gepresenteerd door Jojanneke van den Berge, ooit, jawel, sterpresentator bij Powned. De uitzendingen waren tegen het zere been van de pro-prostitutie-lobby en Felicia en Mark schreeuwden moord en brand nog voordat er ook maar een seconde van was uitgezonden.
Op het papier dat Felicia drie maanden later (?) onder haar collega’s heeft laten circuleren, staat dat er “currently” op de Nederlandse televisie een film wordt vertoond, waarin ene Jojanneke beweert dat 70 procent van de prostituees gedwongen achter de ramen staat. Dit zou de reden zijn waarom de gemeente Amsterdam ramen sluit op de Wallen. “Teken deze petitie NU zodat we kunnen laten zien dat het niet waar is!” Tot zo ver de opstand op de Wallen.
Maar Geenstijl stelt terecht de vraag hoe het zit met die zeventig procent, waarbij ook in NRC en Volkskrant vraagtekens zijn gezet. Staat zeventig procent van de vrouwen werkelijk gedwongen achter de ramen zoals Jojanneke (met instemming van het OM) beweert? Ik kan Geenstijl verzekeren dat er – wetenschappelijk onderbouwd – nog veel hogere cijfers circuleren, net als even alarmerend hoge cijfers over verkrachting, zwaar geweld en vroegtijdige dood van prostituees door moord, doodslag en drugsgebruik.
Cijfers die overigens om het hardst worden bestreden door de pro-prostitutie lobby. Het debat over prostitutie in Nederland wordt allang niet meer gevoerd op bases van feiten. Voor de achtergrond daarvan moeten we terug in de tijd.
Midden jaren zeventig van de vorige eeuw, nadat de strijd om abortus was gestreden, vonden feministes een nieuw actieterrein in de prostitutie. Het moralisme waarmee hoeren en hoerenlopen werden bekeken, kon echt niet langer. Prostitutie was “een gewoon beroep” en goedbeschouwd waren prostituees feministes avant la lettre en mannen die niet betaalden voor seks uitbuiters.
Dankzij deze nieuwerwetse gedachte konden mannen als Theo Heuft, eigenaar van Yab Yum, salonfähig worden en ging het bordeelverbod van tafel. Het besluit, genomen in 2000, was een van de kroonjuwelen van het Paarse kabinet Kok 2, (PvdA, VVD, D’66).
De opheffing van het bordeelverbod werd uitbundig gevierd door een gewaagde coalitie van hoerenlopers, feministes, homo’s en seksexploitanten, maar niet door prostituees. De gemiddelde (Nederlandse) prostituee moest niets hebben van al die bemoeizucht. Legalisering betekende dat er belasting moest worden betaald. Menigeen verdween in de illegaliteit. Hun plek achter de ramen werd ingenomen door vrouwen uit Oost-Europa.
Veel vrouwen komen naar Nederland met behulp van criminele netwerken. Vanuit het een of andere gehucht in Bulgarije of Roemenië zelf de weg vinden naar een raam in de Rosse buurt van Amsterdam of Groningen of Alkmaar is niet zo heel erg gemakkelijk, bovendien kost het geld. Mensenhandel is wereldwijd de snelst groeiende vorm van criminaliteit, veel lucratiever bovendien dan drugs die je tenslotte maar één keer kunt verkopen.
Sommige meiden denken dat er een baantje in de horeca te wachten staat, maar de meesten realiseren zich dat het om prostitutie gaat. 35 tot 50 euro in 15 minuten – dat is de gemiddelde tijd waarin de klus geklaard moet zijn – klinkt aantrekkelijk. Totdat je er achter komt dat je alleen al zo’n 600 tot duizend euro per week kwijt bent aan de huur van de peeskamer.
Vroeger sliepen de meiden vaak op die kamer maar dat is inmiddels wettelijk verboden. Een prima maatregel natuurlijk maar het zorgt voor nog hogere kosten en vaak nog meer verdiensten voor de exploitant – zij hebben zich sindsdien ook op de verhuur van woonruimte toegelegd. Voor nogal wat vrouwen is er geen weg terug. Hun pooier eist ook nog zijn deel op, desnoods onder bedreiging van familieleden thuis. Vaak werken de meiden zeven dagen per week, 12 uur per dag en dan nog verdienen ze nauwelijks genoeg om zelfs maar uit de kosten te komen.
In Duitsland, waar in navolging van Nederland in 2002 het bordeelverbod werd opgeheven, is precies hetzelfde gebeurd. De liberalisering van de seksmarkt heeft vooral in het voordeel van de exploitanten gewerkt én van de klanten. In Hamburg en Düsseldorf staan inmiddels all-inclusive bordelen waar je voor nog geen 100 euro de hele avond je gang mag gaan.
Op voorstel van het CDA en de CU werd in 2009 onder het toenmalige kabinet Balkenende IV (CDA, PvdA en CU) een poging gedaan om de ergste uitwassen tegen te gaan met behulp van een registratieplicht, een leeftijdsgrens van 21 jaar en strengere eisen aan bordeelhouders. Het kabinet was nog niet gevallen of het besluit werd, met dank aan de pro-prostitutie-lobby, door de Eerste Kamer (oktober 2012, kabinet Rutte II, VVD, PvdA) tegengehouden. Op de lijst van organisaties die het maar overdreven vonden dat er strengere regels kwamen.
Daar tegenover staat natuurlijk de Vereniging Exploitanten Relaxbedrijven. Maar ook de (feministische) organisaties, voortgekomen uit de pro-prostitutie beweging van de jaren zeventig/tachtig die aan de wieg stonden van de opheffing van het bordeelverbod waren er als de kippen bij om te protesteren. Dat zijn allang geen in tuinbroek protesterende vrouwen meer maar professionele organisaties die dik gesubsidieerd door de overheid en/of door Brussel, “leven” van prostitutie. Zoals De Rode Draad, de inmiddels failliete “vakbond” die bij gebrek aan belangstelling van de sekswerkers zelf, jarenlang gesubsidieerd werd door o.a. de stad Amsterdam en die inmiddels is opgevolgd door Swexpertise/Proud, de nieuwe “vakbond” die ook naar subsidie hengelt.
TAMPEP, ook ondertekenaar, gesubsidieerd door onder andere Buitenlandse Zaken, houdt zich bezig met het verspreiden van voorlichtingsmateriaal waarin vrouwen wordt bijgebracht hoe ze de sporen van drugsgebruik voor klanten kunnen verdoezelen.
En Red Umbrella, gefinancierd door o.a. de Nationale Postcodeloterij, timmert wereldwijd aan de weg met het idee dat prostitutie voor meisjes een geschikt “instapberoep” is.
SOA/AIDS Nederland, grotendeels gefinancierd met overheidsgeld, ook ondertekenaar, rekent het alleen tot haar taak om het condoomgebruik onder prostituees te stimuleren, de verdere situatie van de meiden zal hun worst zijn. En zelfs de GGD, die zich met medische hulpverlening bezighoudt, vindt het kennelijk geen punt dat onnozele Oost-Europese achttienjarigen te Nederland achter de ramen belanden om daar te worden uitgebuit door pooiers en/of seksexploitanten.
Spin in het feministische pro-prostitutie-web is ondertekenaar Marian Wijers “onderzoeker en expert mensenhandel, voormalig medewerkster Stichting Tegen Vrouwenhandel, voormalig voorzitter Europese Experts Group on Trafficking in Human Beings.” Marjan Wijers beschikt over vele petten. Behalve bestuurslid van talloze organisaties die zeggen op te komen voor de belangen van vrouwen heeft ze meerdere consultancy bureaus waarmee ze de overheid of semi-overheidsorganisaties van adviezen (pro prostitutie) voorziet. Wijers is lid van GroenLinks en het bedrijf Rights4Change drijft ze samen met Eerste Kamerlid voor GroenLinks Margreet de Boer.
Ik durf er gif op in te nemen dat de gemiddelde sekswerker de serie Jojanneke in de Prostitutie niet heeft gezien. De meesten meiden spreken en verstaan nauwelijks Nederlands, laat staan dat ze zin en tijd hebben om in hun schaarse vrije tijd internet en twitter vol te schrijven met boze stukjes. Achter websites als “Felicia Anna”, “Zondares” of “Hella doet seks”, zitten zonder twijfel lobbyisten van het pro-prostitutie front. Ze geven steevast niet thuis als je ze wilt interviewen maar zijn wel tot in de details op de hoogte van de allerlaatste ontwikkelingen op het Haagse Binnenhof of nog opmerkelijker: in het Europese parlement. Politiek is niet bepaald de favoriete hobby van de doorsnee prostituee.
Onder invloed van diezelfde lobby blijven VVD, PvdA, D’66 en GroenLinks, stug vasthouden aan de zegeningen van de liberalisering van de seksmarkt. Dissidenten hebben het zwaar. Zoals Myrthe Hilkens, die samen met CU-Kamerlid Gert-Jan Segers op studiebezoek ging in Zweden waar prostitutiebezoek strafbaar is. Ze vertrok voortijdig uit de Tweede Kamer. Of Karina Schaapman, gemeenteraadslid voor de PvdA in Amsterdam, zelf ex-prostituee en schrijfster van Hoerenlopen is niet normaal- twijfels bij een liberaal prostitutiebeleid. Ze is een tijdje overspannen geweest van de nare, vaak zeer persoonlijk beledigende commentaren die ze kreeg van nota bene partijgenoten. Dick Pels van GroenLinks, schrijver van “Weg met de pooiervrijheid, sekswerk is geen normaal beroep” is inmiddels ook vertrokken als directeur van het Wetenschappelijk Bureau van GroenLinks.
En toch is de pro-lobby bezig met een achterhoedegevecht. Ga kijken op de Wallen, toeristische trekpleister nummer één van Amsterdam. Het aantal werkelijk seksbehoeftigen is met een lampje te zoeken. Busladingen bejaarden achter rollators schuiven over de Wallen en gezinnen met kinderen slenteren al ijsjes etend langs de ramen. “Zwaai maar naar die mevrouw” En ’s avonds rollen er vooral dronken jongens door de nauwe straatjes. “Fuck you! Fuck you!” Het is allang niet meer stoer om naar de hoeren te gaan anders dan om ze belachelijk te maken. Wie voor seks betaalt, is een loser en de generatie mannen uit de provincie wiens hoogtepunt in het leven bestaat uit een potje hoerenbezoek (wandelaars noemen ze zichzelf) sterft uit.
Steeds meer ramen op de Amsterdamse Wallen of in de Rosse buurt in Leeuwarden, Groningen of Eindhoven staan leeg. Insiders voorspellen dat over 5 jaar de prostitutie op de Wallen voor een groot verdwenen zal zijn. Weg gratis toeristische attractie in de vorm van blote meiden achter de ramen met een veter tussen hun billen en tot maat E opgespoten borsten. Voor de stad Amsterdam wordt dat misschien nog wel de grootste kopzorg.