Het is “onaanvaardbaar” als agenten, die nota bene moslimcollega’s hebben, praten over ‘kutmoslims’ en het in de fik steken van moskeeën als oplossing van diverse problemen. Dat zei minister van Veiligheid en Justitie Ard van der Steur dinsdag in de Tweede Kamer. Korpschef Gerard Bouman kaartte dit soort incidenten onlangs aan in een eigen blog.
Van der Steur zei dat er krachtig stelling moet worden genomen tegen uitsluiting van moslimagenten. Verscheidenheid binnen het korps is juist noodzakelijk. Binnenkort is er een bijeenkomst van leidinggevenden, waar de kwestie aan de orde zal komen. Ook moet er aandacht zijn voor agenten die moslimverdachten voorbarig aanpakken.
“Een flinke dosis ongeduld’ in de strijd tegen discriminatie is op zijn plaats”, vindt Van der Steur. Toch heeft hij niet de indruk dat er een koerswijziging bij de politie nodig is. Het is volgens hem een goed teken dat juist de korpschef zelf alarm slaat.
Niettemin gaat hij de klachten over discriminatie binnen het korps als naar de samenleving na. Binnen het korps moet men elkaar kunnen vertrouwen en ook het publiek moet op dit vlak net zo goed gerust kunnen zijn op de politie.
Anp
