De uitspraak van het Comité van Ministers bevestigt de plicht van Nederland om basisvoorzieningen te bieden aan uitgeprocedeerde asielzoekers. Het Rijk moet de tijdelijke financiële vergoeding aan gemeenten voor deze zogenaamde bed, bad en brood-regeling daarom omzetten in een structurele voorziening. Dit zeggen acht GroenLinks-fractievoorzitters.
Als GroenLinks-fractievoorzitters in verschillende steden hebben wij dagelijks te maken met de gevolgen van het asielbeleid van dit kabinet. Dit beleid, repressief en onsolidair, staat haaks op de manier waarop GroenLinks met mensen om wil gaan. Het beleid moet volgens ons veel humaner, te beginnen bij het bieden van onderdak, kleding en eten aan uitgeprocedeerde asielzoekers, in de volksmond bed, bad en brood.
Niet alleen wij vinden dat Nederland moet zorgen voor basisvoorzieningen voor uitgeprocedeerde asielzoekers: Het Europees Comité voor Sociale Rechten bepaalde in november dat Nederland internationale rechten schendt door geen opvang te bieden. Een Duitse rechter hield het terugsturen van een asielzoeker naar Nederland tegen omdat deze persoon hier het risico loopt op een mensonwaardige behandeling. Felle kritiek kwam er vanuit organisaties als Amnesty International en Kerk in Actie.
Door de uitspraak van de Centrale Raad van Beroep op 17 december 2014 dat uitgeprocedeerde asielzoekers in Amsterdam voorlopig recht hebben op bed, bad en brood, moet iedere centrumgemeente in Nederland deze opvang bieden. Deze gemeenten krijgen tijdelijk een financiële vergoeding voor het bieden van sobere opvang.
Deze regeling loopt tot vandaag. Een dag waar lang op is gewacht, omdat de voormalige staatssecretaris van Justitie, Fred Teeven, pas een besluit wilde nemen over de opvang van uitgeprocedeerde asielzoekers na het besluit van het Comité van Ministers van de Raad van Europa.
Dit Comité heeft zich uitgesproken: Nederland moet opvang moet blijven geven aan asielzoekers zonder papieren. In deze uitspraak zien wij de bevestiging dat Nederland het Europees Sociaal Handvest schendt en dat de bed, bad en brood-regeling handelt in lijn met Europese wetgeving.
Gemeenten hebben tijden een groot moreel plichtsbesef getoond door de basisvoorzieningen uit eigen zak te betalen. De uitspraak van het Comité van Ministers legitimeert dit morele plichtsbesef van gemeenten. Nu is het tijd dat het Rijk zich gaat vergewissen van haar plicht en gemeenten een structurele financiële vergoeding geeft voor de basisvoorzieningen voor uitgeprocedeerde asielzoekers.
Rutger Groot Wassink, fractievoorzitter GroenLinks Amsterdam
Judith Bokhove, fractievoorzitter GroenLinks Rotterdam
Inge Vianen, fractievoorzitter GroenLinks Den Haag
Heleen de Boer, fractievoorzitter GroenLinks Utrecht
Joris Bengevoord, fractievoorzitter GroenLinks Tilburg
Patrick Rijke, fractievoorzitter GroenLinks Groningen
Pepijn Boekhorst, fractievoorzitter GroenLinks Nijmegen
Ufuk Kâhya, fractievoorzitter GroenLinks Den Bosch