Media & TV

In mediaquotes: Beau van Erven Dorens

16-04-2015 17:12

Beau van Erven Dorens staat nog tot juli onder contract bij SBS dus hij is een beetje aan het winkelen, zo vertelt hij in De Telegraaf. “Ik heb ontzettend veel ideeën en praat met iedereen.” Ongetwijfeld zal er wel weer ergens iets aardigs voorbijkomen voor de man die alles kan en een paar dingen zelfs heul goed. Hij ziet wel iets in een repo-achtig programma als De wereld van Beau, zoals Lauren Verster maakt. En daarom: wat vindt Beau van Erven Dorens van… 

…zijn talenten:
“Ik ben een veelvraat, duw mij niet in een hokje. TV is wat iedereen ziet en dat doe ik heel graag, maar er is meer. En mijn kracht is dat ik durf te falen. Ik heb na The Phone nog van alles bedacht, maar als niemand het wil hebben, houd je er op een gegeven moment mee op. Ik heb genoeg te doen, zo veel plannen en ideeën. Ook werk ik al acht jaar aan verschillende scripts voor films en series. Schrijven vind ik heel inspirerend. Ik kan er alles in kwijt, er zijn geen grenzen. Ik ben ook met een nieuwe roman bezig. Het wordt vooral een spannend boek, meer kan ik er niet over zeggen. Maar het moet nu wel echt af, daar sta ik inmiddels vroeger voor op. Mijn werkkamer ligt vol met projecten, als weeskinderen die roepen ‘kies mij!'”
Margriet, 2014

 

…Patrick Lodiers:
Hij krijgt twee salarissen, een als presentator en een als voorzitter. Bij elkaar een ton of drie. En als hij nou nog iets zou kunnen, maar ik heb nog nooit zo’n ongeïnteresseerde presentator gezien. Hij zit tijdens z’n interviews waarschijnlijk in gedachten al met z’n mond om een speenvarken, ik weet het niet. Zo’n man zet zichzelf dan in een ruimte met iemand die doodgaat. ‘Ik ga dood.’ ‘Jij gaat dood?’ ‘Over zeven maanden.’ ‘Over zeven maanden?’ Elk antwoord herhaalt hij, als ware hij een menselijk kopieerapparaat.”
Veronica Magazine, 2012

 

…Albert Verlinde:
Bij Albert moet je voortdurend van je af douwen, anders neemt hij iets weg bij je. Je moet voortdurend gewapend zijn, want als je je omdraait heeft hij alweer iets geregeld of iets gebruikt van wat je hebt gezegd, om iets gedaan te krijgen. Elk woord wordt gewikt en gewogen en wordt ten faveure van Albert Verlinde gebruikt. Ik zei: ‘Albert, Guusje is dood. Het is iets verschrikkelijks. We kunnen daar geen show over gaan maken.’ Toen ben ik opgestaan en ben ik gaan schreeuwen en schreeuwen. Ik wilde hem in zijn gezicht slaan maar iemand anders is er tussen gesprongen. Ik zag Albert nog staan en die zei: ‘Sla dan, sla dan!’. Dat was echt een breekpunt. De eerste zes minuten van de uitzending heb ik ook niets gezegd. Albert keek naar mij en begon te praten en praten.. In beeld konden Albert en ik het ontzettend goed met elkaar vinden, maar daarbuiten konden we elkaar wel wurgen. Het begon steeds meer te lijken op een Catherine Keyl-Viola Holt situatie bij de 5 Uur Show.”


5 jaar later, 2010

 

…het tv-programma ‘Beaulywood’:
“Ik was gefascineerd door Louis Theroux. Wat hij doet is een subcultuur binnenstappen met een ongelooflijke dosis naïviteit en nieuwsgierigheid en dan die subcultuur portretteren. Dat is ook mijn leitmotiv. Als ik dat doe word ik gelukkig.”

…zijn doorbraak:
“Ik was student geschiedenis, Nederlands en politicologie – geen van drie afgemaakt – en mijn doel was om zo snel mogelijk op tv komen. Ik wilde geld verdienen en het leek me mooi om dat te doen waar ik veel aandacht zou krijgen. Mijn ijkpunt was Reinout Oerlemans, die ik via mijn hockeyvrienden kende, want die vent ging zo ongelooflijk goed. Daar keek ik met enige jaloezie naar. Van het ideaalbeeld om consequent te zijn heb ik nooit iets begrepen. Wat is daar in godsnaam de lol van?”
VaraGids, 2015

 

…Joost Zwagerman (die in een ‘BLVD’-interview vertelde dat Beau niks kan):
“In Zwagermans wereld mogen alleen Zwagermannen zich uitspreken en het liefst binnen een comfortabele bandbreedte, een tunnel is misschien een beter woord, waarvan de ruimte wordt gevuld met overgeschreven kennis en tweedehands gedachten, ontleend aan Flaubert, Nabokov, Amis, Tolstoi, Arwell, Updike en Mailer. Zwagerman wordt niet voor niets bij iedere essaybundel weer geconfronteerd met critici die hem maar niet op een origineel idee kunnen betrappen en hem tegelijkertijd prijzen voor het verzamelen en destilleren van andermans meningen (want daar is hij heel assertief in). Het compliment aan de verdienstelijke verzamelaar is misschien nog erger dan de kritiek op de ideeloze essayist. Joost Zwagerman droomt ervan een homo universalis te zijn, maar moet onderhand toch zelf ook vaststellen dat zijn drank-, drugs- en neukouevre de tand des tijds niet zal weerstaan en zijn essaybundels niet meer dan soepel opgeschreven uittreksels zijn van een literatuurgeschiedenis waarin hij nooit zal worden opgenomen.”
BLVD, 2005 (door Nathalie Huigsloot)