Twee – waarschijnlijk – politieke moorden in Oekraïne en enkele mysterieuze sterfgevallen van politici en bestuurders, die behoorden tot de partij van de verdreven president Viktor Janoekovitsj, roepen de vraag op of de voormalige Sovjet-republiek wordt geteisterd door een serie politieke huurmoorden.
De moordaanslag op de prominente journalist Oles Boezina (45), donderdag, op klaarlichte dag door twee gewapende mannen voor diens woning in Kiev, veroorzaakte veel opschudding en bracht de toch al broze Russisch-Oekraïense betrekkingen nog meer schade toe.
Boezina verzette zich tegen de oorlog in Oost-Oekraïne en pleitte voor een samenleving waarin Oekraïners, Russen, Wit-Russen en anderen op gelijke basis met elkaar samenleven. Hij was kandidaat parlementslid voor het ‘Russisch Blok’ en werd wegens zijn verzet tegen de huidige, nationalistische regering in Kiev gezien als ‘pro-Russisch’.
‘Het is een politieke moord’, oordeelde de Russische president Vladimir Poetin, eveneens op donderdag, toen hij tijdens z’n jaarlijks vraag-en antwoord marathon-sessie over Boezina’s dood werd geïnformeerd. ‘Maar daarvan heeft in Oekraïne een hele serie plaatsgevonden. Terwijl Kiev zich erop voorstaat een democratie naar Europees model te willen worden, doen ze er niets aan om die moorden op te lossen.’
Eerder, op woensdagavond, was een oud-parlementariër, Oleh Kalasjnikov (52), van Janoekovitsj’ gediscrediteerde Partij van de Regio’s, vermoord. Ook Kalasjnikov stond bekend als pro-Russisch.
Kalasjnikov is al de achtste vertegenwoordiger van de voormalige partij van de macht, die dit jaar onder verdachte omstandigheden om het leven kwam. Eén politicus van de Partij van de Regio’s werd in bad doodgeschoten, een ander sprong zeventien verdiepingen naar beneden, een derde had een dodelijke schotwond in de nek, anderen hingen zich op; zelfs rond de dood van de verongelukte 33-jarige zoon van de gevluchte oud-president Janoekovitsj – die eind maart tijdens een tocht over het fameuze Bajkal-meer in Siberië met z’n VW-bus door het ijs zakte – hangt volgens commentatoren een verdachte geur.
Kiev en Moskou beschuldigen elkaar er over en weer van achter de moorden te zitten. Volgens de Oekraïense president Porosjenko is er sprake van een ‘bewuste provocatie door de tegenstander’. De doden waren verdachten en getuigen in een onderzoek naar de bloedige gevechten op de Majdan, het revolutieplein in Kiev. Bij die opstand kwamen meer dan een jaar geleden tientallen mensen om het leven. De slachtoffers zouden uit de weg zijn geruimd opdat de ware toedracht rond die gewelddadigheden niet boven water zou komen. Veel parlementariërs echoën Porosjenko’s woorden en zien in de moordserie een ‘typisch script van de FSB (ex-KGB)’.
Volgens pro-Russische woordvoerders echter is de door het Westen gesteunde regering in Kiev bezig om systematisch haar tegenstanders uit de weg te ruimen. Zij wijzen erop dat zowel Boezyna als Kalasjnikov de afgelopen tijd moorddreigingen hadden ontvangen.
Hoe dan ook werpen de moorden een schril licht op de politieke situatie in Kiev, waar politici elkaar met woeste beschuldigingen om de oren slaan en met enige regelmaat met elkaar op de vuist gaan in de Rada, het parlement. Een adviseur van het ministerie van Binnenlandse Zaken, Anton Gerasjtsjenko, zou volgens bloggers in januari het adres van de woensdag omgebrachte Kalasjnikov op Facebook hebben gepubliceerd met de tekst ‘elk beest krijgt wat hij verdient’.
Het was niet mogelijk om de authenticiteit van de bewuste Facebook-pagina te verifiëren. Gerasjtsjenko staat bekend om zijn anti-Russische uitspraken.