Karl Friedrich Michael Vaillant Benz was zelf niet zo’n speed freak, maar in zijn omgeving waren er voldoende om toch tot de ontwikkeling van racewagens te komen voor Benz&Cie, zoals het bedrijf in 1909 nog heette voor het in 1926 met Daimler samensmolt tot Daimler-Benz. Het voorheen Daimler Motoren Gesellschaft (DMG) was zowel een partner en motorenleverancier, als een concurrent van Karl Benz. Het bedrijf werd in 1890 opgericht door Gottlieb Daimler en Wilhelm Maybach. Benz, Daimler en Maybach zijn grote namen aan de wieg van alles dat brult. De Blitzen Benz moest dit mega gaan doen. Om sneller te zijn dan elke auto, trein, boot of vliegtuig.
Benz’ DMG-auto’s racete al sinds 1894. In 1902 ontwierp Maybach voor DMG de eerste auto voor wat we nu het sportieve segment noemen. Het werd daarnaast de tweede uit de stallen van het uitvinders-trio dat de naam Mercedes droeg. Meer precies, de Mercedes Simplex. Gebouwd tussen 1902 en 1909 leverden de viercilinder 5315-9236 cc motoren hiervan 40-90 pk. Wat machtige krachten waren voor de nog in de kruipfase verkerende vierwieligen.
Na de Simplex, die aardig wat race-successen boekte, volgden vrijwel jaarlijks nog serieuzere auto’s voor het circuit. Met immer grotere viercilinders. Gezien het ontwikkelingsstadium van motoren kwam vermogen in den beginne vooral uit volume, de cilinderinhoud, en minder uit vernuft. Maybachs 1906 11.1 liter zescilinder 120 HP ontwerp met bovenliggende nokkenas (OHC) niet te na gesproken. Voortbordurend op de al enorme 17.3 liter viercilinder Mercedes 150 HP Grand Prix uit 1908 moest de Blitzen Benz met extra verbrandingsvolume de auto worden die alles achter zich zou laten.
1909 Blitzen Benz op de salon retromobile 2013 (foto: wiki, upload van Thesupermat)
1909 Blitzen Benz viercilinder -eigenlijk twee twins (foto: wiki, upload van Brian Snelson)
Voor de Blitzen Benz werd de cilinderinhoud van het eerdere 17.3 liter ontwerp vergroot tot 21.5 liter. Nog steeds de grootste vier ooit van het merk. De motor brengt de 200 pk die bij 1600 toeren per minuut loskomen middels een mechanische vierversnellingsbak over op twee kettingen, een aan elke kant, om de achterwielen aan te drijven. Stevige kettingen die het koppel dat het dikke ijzer voorin levert aankunnen. De 200 pk hiervan mag dan heden niet spectaculair meer zijn, het koppel van 1356 newton-meters zijn er honderd meer dan van een Bugatti Veyron, die het op een achtliter zestiencilinder motor vol vernuft doet. Hebben de Amerikanen met hun “There is no substitute for cubic inches” toch gelijk.
Recordbreker op Daytona Beach (foto: wiki-Florida State Archive, upload van LeSesne)
Vestigde een van de uiteindelijk zes gebouwde Blitzens in 1909 met 202.7 km/u al een nieuw kilometerrecord op het splinternieuwe Brooklands circuit in Surrey, Engeland, twee jaar later werd het mijlrecord verbroken door een Blitzen Benz toen het op 23 april 1911 in Amerika op Daytona Beach op de mijl 228.1 km/u klokte. Het jaar ervoor had een Blitzen Benz op dat strand ook al een recordsnelheid van 211.98 km/u gereden, wat voldoende was om daarna een tijd Lightning Benz te mogen heten. De nu nog (opnieuw) levende drie exemplaren houden het echter op z’n Duits bij Blitzen Benz. Want blitzen deden ze.
Naast het snelheidsrecord van auto’s werd ook dat van treinen (210 km/u) geklopt. Boten waren eigenlijk geen partij daar ze rond 1910 sneller geroeid konden worden, en tot 1932 moesten wachten voor ze de 200 km/u bereikten. De met touwtjes bijeen gehouden doeken van het snelste in de lucht klom in 1911 pas naar een snelheid van 133 km/u, dus deze blitz kon eveneens bijgeschreven worden.
Een Veyron start wel iets makkelijker
De herrijzenis van een Blitzen-Benz
(Titelfoto: 1909 Blitzen op de salon retromobile 2013. Foto: wiki, upload van Thesupermat)
