Het zal niemand hier verbazen dat de rol van Kamervoorzitter Anouchka van Miltenburg (VVD) al enige tijd omstreden is. Vooropgesteld: een voorzitter hoeft niet perfect te zijn. Zeker niet in het begin. Het is altijd wennen om van deelnemer aan het debat te verworden tot leider van datzelfde debat. Gerdi Verbeet als voorganger hebben helpt dan niet, dat is een stevige schaduw om aan te ontsnappen. Een voorzitter moet daarom de kans krijgen te bewijzen dat hij of zij opgewassen is tegen de taak voorhanden.
Dat gezegd hebbende zit er een grens aan het geduld dat de Kamer – en het land – kan en mag hebben met een nieuwbakken voorzitter. Van Miltenburg zit nu ruim tweeënhalf jaar aan het hoofd van het parlement, sinds september 2012 om precies te zijn.
Haar voorzitterschap kende tot nu toe een aantal gewichtige gebeurtenissen: de moordpartij bij Charlie Hebdo, het neerhalen van MH17, de zorgcrisis van afgelopen kerst en meer recentelijk het gedonder rond de opvang van uitgeprocedeerde asielzoekers en de drenkelingen in de Middellandse zee.
Dit zijn belangrijke thema’s. Ze verdienen een gedegen politiek debat. Dat de kwaliteit van de Kamerleden af en toe te wensen overlaat is helaas een gegeven. Dat zij soms haast komisch opportunistisch te werk gaan – zie de nieuwste avonturen van Joram van Klaveren en Hero Brinkman, bijvoorbeeld, of het komisch duo Kuzu en Özturk – hoort bij een democratie. Het volk krijgt, tot op zekere hoogte, de afgevaardigden die het verdient.
Na vier jaar – of, zoals het afgelopen decennium iets vaker voorkomt, eerder – mag de kiezer afrekenen en zo ontstaat hopelijk iets wat op een evenwichtige representatie lijkt.
Kamerleden moeten kunnen debatteren in de wetenschap dat de randvoorwaarden goed geregeld zijn. Zoals Geert Wilders de afgelopen jaren meermaals heeft geprobeerd aan te tonen moet een Kamerlid te allen tijde kunnen zeggen wat hij of zij wil. Daar begint de vrije uitwisseling van gedachten en ideeën mee.
Tijdens een debat kunnen de emoties soms hoog oplopen. Het meest recente voorbeeld is de aanvaring tussen Geert Wilders en SP-lid Sharon Gesthuizen, die het amper droog hield en Wilders “een gevaar voor de mensheid” noemde.
Om het debat zuiver en onpersoonlijk te houden spreken Kamerleden elkaar niet rechtstreeks aan maar via de voorzitter. Dat is geen vrijblijvende regel. Kamerleden moeten zich naar eer en geweten kunnen uitspreken, vrij van de incidentele ad hominem of, zoals steeds gebruikelijker wordt, creatieve scheldpartij. Kamerleden zijn niet van suiker en kritiek op het functioneren van een parlementariër is vanzelfsprekend niet verboden, maar het moet altijd gaan om het functioneren, niet om de persoon daarachter. De voorzitter hoort daar zorg voor te dragen.
Hetzelfde geldt voor het afdwingen van spreektijd: geef een afgevaardigde een vinger en hij spreekt een hele hand vol als hij de kans krijgt. Het is van cruciaal belang dat iedere mening over een onderwerp evenredig belicht kan worden, anders kan het idee van representatie het raam uit.
Om deze regels adequaat te kunnen afdwingen is het belangrijk dat een voorzitter het respect en aanzien van haar collega’s geniet. Zij moeten geneigd zijn zich te laten sturen door de voorzitter in de wetenschap dat die het beste met het debat, en niet met een bepaald standpunt, voorheeft. Dat kan alleen als er geen schijn van onpartijdigheid is. Van Miltenburg had wat dat betreft haar eerste gele kaart al na een half jaar te pakken toen Sybrand Buma haar rechtstreeks aansprak op haar gedrag.
Partijdigheid is, ook voor een nieuwe voorzitter, een zware charge. Aan de andere kant, die dingen kunnen gebeuren, niet alle aantijgingen zullen terecht zijn. Het probleem met Van Miltenburg is dat haar aanzien in de daaropvolgende periode niet gestegen is. Integendeel. Mede naar aanleiding van de affaire met GroenLinks-Kamerlid Linda Voortman zinkt Van Miltenburg enkel verder.
Dat blijft niet onopgemerkt. Een paar voorbeelden: VARA-broddelwerk De Wereld Draait Door, 23 april. Tafelheer Koos Postema, de enige persoon die ooit van een heel voetbalstadion ‘Mijn naam is Koos en ik ben werkeloos’ te horen kreeg, veegde de vloer aan met het feit dat Van Miltenburg meermaals haar emoties niet onder controle kon houden. Een dag later bij Politieke Junkies in De Balie betitelde Jos Heymans Van Miltenburg als ‘wel triest.’
Dat de media lol hebben met Van Miltenburg is nog tot daar aan toe. Daar blijft het echter niet bij. Willem Aantjes, voormalig CDA-voorzitter, lamenteerde op 16 april dat het laten vallen van het kabinet een wel héél omslachtige wijze is om van de Kamervoorzitter af te komen.
Zo ver is het nu gekomen. Een 92-jarige oud-fractievoorzitter van het CDA, een man wiens leven in het teken van de politiek stond, die begrijpt wat offers brengen betekent en wat dienstbaarheid is, maakt grappen over het functioneren van Van Miltenburg.
Het einde lijkt zoek. Met dat respect en aanzien komt het echt niet meer goed, en dat is voor een voorzitter de doodsteek.