Reportage

De naweeën van het Maagdenhuis: veel persoonlijke profilering, weinig antwoorden

30-04-2015 15:21

Zouden de studenten van het Maagdenhuis tevreden zijn? Hun wekenlange bezetting leidde woensdag tot een rondetafelgesprek in de Tweede Kamer. Maar het onderwerp lijkt alweer minder belangrijk dan eerst. De bezetting is immers weken geleden en de discussie over ‘rendementsdenken’ wordt nu wel gevoerd, maar een urgent politiek thema is het niet geworden. De setting straalt in ieder geval weinig urgentie uit: behalve uw verslaggever is er geen journalist aanwezig en twee van de aanwezige Kamerleden moeten tussentijds weg. Dat geldt zelfs voor één van de uitgenodigde actievoerders.

Vijf ton schade

Docenten en studenten van met name de Universiteit van Amsterdam (UvA) komen langs, geven een aantal korte statements en beantwoorden daarna vragen van de aanwezige acht Kamerleden. Michel Rog (CDA) stelt de eerste vraag: waarom heeft UvA-docent Pieter Pekelharing het zo ver laten komen dat er vijf ton schade aan het Maagdenhuis ontstond? Pekelharing is sympathisant van de bezetters. Een duidelijk antwoord krijgt Rog niet, maar hij krijgt wel reacties van de andere Kamerleden. Zij willen zich net als Rog even profileren.

Haags gedoe

Paul van Meenen (D66) wijst erop dat het een hoorzitting is en dat Rogs vraag daar niet in past. Voorzitter Agnes Wolbert (PvdA) gaat met tegenzin toch akkoord met de vragen van Rog, want ‘daar gaat hij zelf over’. Harm Beertema (PVV) wil graag bezwaar maken tegen de woorden van Van Meenen. Mohammed Mohandis (PvdA) wil niet dat Rog suggereert dat linkse actievoerders door linkse partijen zijn beloond met een uitnodiging voor dit gesprek, want het was een gezamenlijke uitnodiging. Jesse Klaver (GroenLinks) hoopt dat de studenten niet gedemotiveerd raken door dit Haagse gedoe.

In het tweede deel van het gesprek schuift waarnemend UvA-bestuursvoorzitter Dymph van den Boom aan. Ze is de enige bestuurder en een prima kop van jut. Formeel is ze de Tweede Kamer geen verantwoording schuldig, maar zo wordt ze wel aangesproken. Michel Rog (CDA) wil dit keer weten of ze zich niet verantwoordelijk voelt voor de UvA-cultuur waarin er een bezetting nodig was om een gesprek met het bestuur mogelijk te maken. Ook wil hij weten waarom Van den Boom het accepteerde dat privacygevoelige dossiers in het Maagdenhuis rondslingerden tijdens de bezetting.

Mistmachine

Dan gebeurt er wat iedereen had kunnen verwachten. Net als docent Pekelharing zet Van den Boom de mistmachine aan. Geen enkele vraag krijgt een duidelijk antwoord, ook de vraag van Paul van Meenen (D66) niet waarom Van den Boom niet direct de mogelijkheden voor medezeggenschap vergroot, aangezien ze dat gewoon kan doen. Van Meenen wil ook weten of Van den Boom het met hem eens is dat het UvA-vastgoedbeleid een keuze van het UvA-bestuur is en dat dat beleid niet is opgedrongen uit Den Haag. Van den Boom zegt met veel woorden vervolgens heel weinig.

Zo gaat de mix van persoonlijke profilering en mistige antwoorden drie uur lang door. Harm Beertema (PVV) profileert zich door te melden dat ‘Henk en Ingrid’ in een van de schriftelijke bijdragen beledigd worden en Jasper van Dijk (SP) prijst de actievoerders. Ze zitten immers met enkele tientallen in de zaal. En zo doen ook de genodigden dat. Een aantal van hen praat meer tegen de sympathisanten op de tribune dan tegen de Kamerleden. Profilering wint het vandaag van de concrete antwoorden. Als die wel concreet zijn, zijn het kwesties waar de Kamer niet over gaat.

Implementatie

Dit gesprek laat zich inhoudelijk makkelijk samenvatten: de politiek bedacht ooit allerlei regels voor het hoger onderwijs en die werden door de universiteiten geïmplementeerd. Het is twijfelachtig of die gekozen implementatie ook de meest wenselijke is. De politiek heeft financiële prikkels ingebouwd om studenten sneller te laten afstuderen en aan de universiteiten zijn de perverse gevolgen van die prikkels goed zichtbaar. Docent Pekelharing vat het mooi samen: er moeten te veel studenten in te korte tijd over een te hoge drempel worden geholpen.

De Kamerleden worden – zoals altijd – geconfronteerd met beleidskeuzes die zijn gemaakt door hun voorgangers. Zij kunnen rustig afstand nemen van het bestaande beleid. Hun positie is sowieso een gemakkelijke: veel verhalen van vandaag gaan over de praktijk aan de universiteiten en daar gaan ze sowieso niet over. Ze worden alleen indirect aangesproken op de prikkels die de Tweede Kamer aan de universiteiten heeft gegeven. Bovendien mogen ze de vragen stellen en krijgen ze er zelf geen. Dat zit immers niet in het format van de bijeenkomst.

Wet naleven

Zo ontstaat een gesprek vol alleraardigste observaties over wat er mis zou zijn aan de UvA. De Kamerleden kunnen in theorie op basis van deze verhalen andere prikkels in het systeem stoppen, maar ze kunnen niet garanderen dat de implementatie van die nieuwe prikkels wel het gewenste effect heeft. Ze kunnen dus weinig concreets doen. Dat geldt zeker als meerdere aanwezigen zeggen dat de politiek vooral niet met nieuw beleid moet komen en alles meer aan de universiteiten zelf moet overlaten. Dan resteert alleen nog persoonlijke profilering.

Mohammed Mohandis (PvdA) vraagt of Van den Boom de nieuwe wet gaat uitvoeren dat de medezeggenschapsorganen instemmingsrecht krijgen op de begroting. U raadt het nooit: dat gaat ze doen.