Het is 14 mei 1948 als de staat Israël wordt uitgeroepen door David Ben-Gurion. Een dag erna verloopt het mandaat van de Britten over wat tot dan toe Palestina heet. Op die dag, terwijl de Joodse staat pas één dag oud is, breekt de Arabisch-Israëlische oorlog op volle sterkte uit. 15 mei symboliseert daarbij voor veel Palestijnen tot op heden een groot en onverwerkt trauma: de Nakba.
De Nakba staat voor de ‘catastrofale dag’, een periode waarin honderdduizenden mensen die tot dan toe in het Britse mandaatgebied leefden, vluchtten of gedwongen waren te verhuizen. Al maanden voordat Ben-Gurion de staat Israël uitriep, werd er hevig gevochten tussen Joodse en Palestijnse milities. Dit escaleerde nadat de Onafhankelijkheidsoorlog begon op 15 mei. Alle omliggende landen vallen Israël op die dag aan, een pan-Arabische coalitie vecht tegen het kersverse staatje.
Door het geweld van het burgerconflict en de daarop volgende oorlog slaat een groot aantal Palestijnen op de vlucht. Maar er is ook een groep die wordt verdreven, hun huizen vernietigd zodat terugkeren niet mogelijk is. Niet iedereen erkent deze tragedie, maar de huidige ruïnes van de destijds platgeslagen dorpen liegen niet. Ook de hartverscheurende verhalen van degenen die het meemaakten zijn talrijk. Dit alles afdoen als leugens om Israël te beschadigen is een gotspe. Maar het gebeurt wel.
De vluchtelingen belandden voornamelijk in Libanon en Jordanië en velen van hen leven daar nog steeds, soms in vluchtelingenkampen die met de jaren uitgroeiden tot hele steden, anderen verspreidden zich door het land. Olijfbomen werden geplant, als herinnering aan het thuisland. De sleutel van het vaak niet meer bestaande huis hangt in de woonkamer.
Het diepgewortelde idee dat deze mensen uit vrije wil vertrokken, blijkt dus iets ingewikkelder in elkaar te steken. De burgeroorlog had vanzelfsprekend veel wantrouwen gekweekt tussen Joden/Israëli’s en veel Arabische inwoners van het land dat we nu kennen als Israël.
Vanwege de oorlog met de omringende Arabische landen en het democratische model dat de staat Israël nastreefde, vormden de Arabieren zodoende een bedreiging omdat ze met zovelen waren. Terugkeren werd voor de vluchtelingen na de grote oorlog dan ook vrijwel onmogelijk.
Waarnemers van de VN zouden in oktober 1948 gerapporteerd hebben dat de Israëlische acties erop gericht waren Arabieren te verdrijven vanuit hun dorpen, met behulp van dreiging of geweld, iets dat nadien nooit veel aandacht kreeg.
In Europa is de Nakba altijd wat weggemoffeld. In de Arabische wereld is vanzelfsprekend veel meer aandacht voor de tragedie. Niet in de laatste plaats omdat de animositeit tegenover Israël schrikbarend groot is, wellicht groter dan ooit tevoren. Maar in de Israëlische geschiedschrijving is de Nakba zeker niet bon ton.
In het Beloofde Land is daarom slechts summier aandacht voor het geleden leed. Groepjes Israëli’s die zich inzetten zich om de wandaad uit het verleden aan het verstand te peuteren bij hun landgenoten, worden begroet met onbegrip. Wie openlijk de Nakba wil gedenken, kan rekenen op veel weerstand en betichtingen van overloperij. In Europa komt desondanks beetje bij beetje het besef dat er tijdens de oprichting van Israël in ’48 grove fouten zijn gemaakt.
Gisteren werd de oprichting van de staat Israël herdacht. Zoals ieder land heeft ook dit land haar zwarte bladzijden, alleen is de geschiedenis van Israël jong en bovendien zijn issues van toen nog steeds volop actueel. Eenieder die transparantie, democratie en mensenrechten hoog in het vaandel heeft, zou dan ook meer aandacht moeten willen voor een episode in het Israëlisch-Palestijns conflict die nog steeds een groot pijnpunt vormt. De angel uit het conflict halen zal het niet maar belangrijk is het wel.
Wees niet bang: door het erkennen van dit leed kun je alsnog van harte de Israëlische staat steunen en ben je niet direct beland in het kamp Duisenberg-Van Agt. Het is bovendien niet alles jihad en moslimfundamentalisme wat de klok slaat in dit gebied, denk daarbij alleen al aan de vele christelijke Palestijnen die dezelfde grieven hebben als hun islamitische gelijken.
Context is belangrijk om te begrijpen waar die grieven vandaan komen, ook al kun je je beter met de één identificeren dan met de ander. Ook al wil je misschien het bestaansrecht van een Palestijnse groep als etniciteit niet erkennen, dan alsnog maakt dat hun pijn en geschiedenis niet minder ‘waar’ of minder erg.