De tijd van het kattengedogen is voorbij, aldus de voedsel- en warenautoriteit. Het Parool deed een rondgang onder winkels in Amsterdam en velen, van de Marokkaanse slager tot de warme bakker, hebben een kat. Het houden van dit huisdier is de Voedsel en Warenautoriteit een doorn in het oog, zo weet de krant te melden.
De winkels houden de katten omdat ze ongedierte uit de zaken weghouden, en volgens hen zijn de dieren het enige dat goed werkt. Zo wordt er soms ook met gif gewerkt, maar “het smerige daaraan is dat je dan dode muizen in je zaak krijgt, waar weer vliegen op af komen”, zo vertelt de winkelier van een kaaswinkel aan Het Parool.
“Het is eigenlijk geen optie om in een bakkerij in Amsterdam geen kat te hebben”, zo vertelt een andere winkelier. Maar de VWA is onverbiddelijk, waar er vroeger nog wel eens een oogje werd toegeknepen worden er nu volop waarschuwingen uitgedeeld bij de aanwezigheid van de gezellige huisdieren. De winkeliers verzinnen op hun beurt listen om aan de inspectie te ontkomen, door de dieren bijvoorbeeld bij de buren onder te brengen.
Al eerder kwam de VWA in het geweer tegen ondernemerskatten, de onschuldige kat Smokey mocht zich van inspectie niet meer in de bekende Amsterdamse kroeg cafe ‘t Loosje vertonen. Er werd een petitie gestart om de kat te laten blijven.
De kat of huiskat (Felis catus) is een gedomesticeerde katachtige, en een van de oudste huisdieren van de mens. De domesticatie van deze dieren is begonnen omdat de dieren graanschuren beschermden tegen ongedierte.
