De Hulplijn Radicalisering van het Samenwerkingsverband Marokkaanse Nederlanders (SMN) heeft het aantal vertrouwenspersonen verdubbeld, schrijft het AD. Dit omdat onder Marokkaanse ouders grote zorgen heersen over de radicalisering van hun kroost.
In januari ging de hulplijn van start. Sindsdien zijn er ruim tweehonderd telefoontjes geweest die 51 serieuze dossiers opleverden: jongeren die aan het radicaliseren zijn of op het punt staan naar Syrië te gaan.
Ook zijn er inmiddels twaalf bijeenkomsten gehouden waar steeds tientallen ouders op af kwamen. “We hebben ons werk uitgebreid van tien naar vijftien steden, de grotere steden van Nederland, maar ook de gemeente Huizen,” zegt Chakib Lamnadi van SMN.
De organisatie bemiddelt tussen de ouders en instellingen zoals politie of gemeente. Het overgrote deel van de Nederlandse Syriëgangers bestaat uit jongeren met een Marokkaanse achtergrond.
Volgens één van de vertrouwenspersonen stijgt de vraag. “We zijn door zeker vier organisaties benaderd of we meer bijeenkomsten willen houden, alleen al in Rotterdam”.
