Voor de derde maal in een week tijd is de New York Times aangevallen door de Turkse president Erdogan. Volgens de politicus bevindt de Amerikaanse krant zich “dicht bij Armeense lobby”, wat het vermeend anti-Turkse standpunt van de redactie verklaart.
“Dit dagblad noemde de Ottomaanse sultan Abdulhamid ooit ‘een absolute monarch’. En vandaag de dag richt de krant zijn haat richting de Republiek Turkije en tegen mij”, aldus Erdogan. Hij deed zijn uitspraken gisteren tijdens een bijeenkomst rondom de 562ste viering van de inname van de stad Istanbul (destijds: Constantinopel) door de Osmanen, zo schrijft de Turkse nieuwssite Hürriyet.
De familie die eigenaar van de NYT is zou niet alleen nauwe banden met de Armeense lobby onderhouden, zo meent de Turkse leider, maar ook met ‘Pennsylvania’. Hiermee doelt hij op de in ballingschap levende geestelijke Fethullah Gülen, een aartsvijand van Erdogan.
Zijn eerdere kritiek op de NYT betrof vermeende bemoeienis met Turkse media.
