In Nederland zuchten en steunen kleine ondernemers van digitale producten onder de nieuwe BTW-regels uit Europa. De vraag die ik in deze serie probeer te beantwoorden is: wie kunnen we aanspreken op het bestaan van deze regels? We zagen al dat er in Brussel alleen wordt geadviseerd door het Europees Parlement en dat lobbyisten meepraten. Beiden zijn in principe voor deze regels maar zij zijn niet degenen die de regels bepalen.
De BTW-regels zijn een besluit van de Europese Raad waar unaniem voor deze nieuwe regels moest worden gestemd. In gewone mensentaal: in de Europese Raad waren de ministers van de lidstaten het destijds eens en zij hebben dus ook samen besloten deze regels in te voeren. Iedereen kon een veto uitspreken, maar niemand deed dat, ook de toenmalige Nederlandse ministers van financiën niet: Jan Kees de Jager en Jeroen Dijsselbloem. Deze beslissingen worden in theorie door de Tweede Kamer gecontroleerd, maar die controle hangt af van de vraag of Kamerleden aan de bel trekken. Het probleem laat zich raden: deze controle heeft in de Tweede Kamer weinig prioriteit.
Internetondernemer Durk Kooistra dook in de kwestie en stuurde een e-mail aan leden van de Vaste Kamercommissie Europese Zaken van de verschillende politieke partijen. Onduidelijk is welke partijen kennis hebben genomen van Kooistra’s pleidooi tegen deze nieuwe regels, maar er kwamen wel twee reacties. Harm Beertema (PVV) reageerde dat het inderdaad slechte regels zijn. Dat was makkelijk scoren voor Beertema, aangezien de PVV tegen de hele Europese Unie is. Maar wat Kooistra precies aan dit antwoord heeft, is niet duidelijk.
Een interessantere reactie kwam van Pieter Omtzigt (CDA). Dit was de enige reactie met een inhoudelijk karakter. Omtzigt refereert aan de belastingontduiking van grote bedrijven en dat belastingharmonisering daarom nodig is, want ‘Amazon zit om deze reden toch in Luxemburg?’ Omtzigt dacht daarom ‘dat het wel goed zou zitten’ met deze regels. ‘Wat voor implicaties heeft dit voor jou?’ voegde hij er nog aan toe.
In de hijgerige Haagse politiek is dit dus hoe er wordt omgegaan met de controle op wat de regering in de Europese Raad beslist. Dit is geen zaak met een hoge prioriteit, men denkt al snel ‘dat het wel goed zit’ en de betrokkenen in het land wordt niets gevraagd. De kans dat de regering bij grote thema’s zoals vluchtelingen door de Tweede Kamer wordt gecontroleerd is groot, maar bij kleine thema’s is die kans minimaal. Dat verklaart ook waarom de meeste Kamerleden niet reageerden op de e-mail van Kooistra. Wat hadden ze moeten antwoorden?
Hoe deze controle precies plaatsvond is niet duidelijk. De Commissie Europese Zaken van de Tweede Kamer denkt al 15 dagen na over deze vraag. In een eerste reactie – na dertien dagen – laat de commissie weten dat het document een afwijkend nummer heeft en daarom waarschijnlijk niet direct vindbaar is. Echt snel kun je er dus niet achter komen welke informatie de Tweede Kamer wel en niet kreeg.
Toch is de uitkomst van dit proces wel duidelijk: Nederland stemde in met deze nieuwe regels en daarom zitten per 1 januari 2015 de kleine ondernemers in de bureaucratische ellende. Vreemd dus dat de Tweede Kamer dit jaar wél op het puntje van zijn stoel zat om de regering tot de orde te roepen. Er kwamen Kamervragen over iets wat allang besloten is en waar de Kamer toen – al dan niet onbewust – mee instemde. Toch probeerden Farshad Bashir (SP) en Ed Groot (PvdA) een mediamomentje te scoren.
De antwoorden van de minister leiden – zoals wel vaker bij Kamervragen – tot niets. Bashir wil vooral technische informatie. Groot krijgt een uitleg over het systeem en hoort dat ondernemers bij de Belastingdienst een systeem kunnen gebruiken wat hun aangifte vergemakkelijkt. Dit lost echter de klacht niet op en het betreffende systeem was bij de betrokkenen allang bekend. De minister weet ook nog te melden dat er folders zijn in alle EU-talen. De minister wil graag nog meer informatie bieden als dat nodig is, want de regels kunnen verder alleen in Europees verband worden aangepast. Voor afwijkingen in Nederland is geen beleidsruimte.
En zo gaat dat dus: de Tweede Kamer had de mogelijkheid de BTW-regels tegen te houden, maar het ging om een ingewikkeld technisch dossier waar nauwelijks aandacht voor was. En dus stemde men maar in met wat de regering in Brussel besloot, aangezien de minister daar sowieso onder druk stond om in te stemmen met de harmonisering: die druk is er immers altijd. Nederland kan daar alleen in theorie de spelbreker zijn. Nu het kwaad is geschied en de ondernemers bezwijken onder de bureaucratie, probeert de Kamer dat met wat Kamervragen te compenseren. Een zinloze actie dus.
Dit is het vijfde deel van een zesdelige serie over Last van Europa. Heeft u ook last van Europees beleid? Meld het via [email protected].