Reportage

In Amsterdam verandert er door D66 vrijwel niets

10-06-2015 15:02

De Jonge Democraten, de jongerenorganisatie van D66, had een lumineus idee: een avond over de veranderingen in Amsterdam sinds de nieuwe politieke verhoudingen. Een jaar geleden won D66 de gemeenteraadsverkiezingen met glans en kwam de PvdA voor het eerst niet als grootste uit de bus. Ook werden de sociaaldemocraten voor het eerst in lange tijd tot de oppositie veroordeeld. Nu D66 oppermachtig is in de hoofdstad is de vraag of dat wat uitmaakt. Dinsdagavond debatteerden de lokale GroenLinks-leider, een D66-raadslid, een PvdA-strateeg en ondergetekende over deze vraag.

“Ik heb nog niet veel verandering gezien daar op de Noordermarkt”, zeg ik tegen raadslid Reinier van Dantzig. “Dat was sowieso al een D66-straat”, grapt hij en haalt zo direct de angel uit het hele debat: in een jaar tijd kan er eigenlijk zo goed als niets veranderd zijn in de stad en toch moeten we daar nog een hele avond over debatteren. Van Dantzig en ondergetekende staan bij het uitwisselen van deze woorden namelijk nog buiten. Het debat moet nog beginnen.

De woningmarkt

De woningmarkt blijkt het mooiste voorbeeld van wat D66 in Amsterdam “bereikt”. D66 wil met de nieuwe coalitie meer huizen voor middeninkomens realiseren. GroenLinks-fractievoorzitter Rutger Groot Wassink zegt dat je zo lage inkomens de stad uit jaagt. “Eigenlijk is D66 een hele rechtse club geworden,” hoor je hem brommen. De reacties uit de zaal spreken boekdelen: alle woorden van Groot Wassink die ook maar rieken naar iets links, worden hier stevig bekritiseerd.

Van Dantzig meldt dat er meer dure huurwoningen moeten komen. De huren moeten eigenlijk een paar honderd euro omhoog. Voor de zaal zegt Van Dantzig niet wat hij wel op straat wist te melden: “We kunnen niet allemaal aan de Prinsengracht wonen met een lage huur, een tuin en een café om de hoek.” Deze harde waarheid mag vanavond niet aan de Jonge Democraten geopenbaard worden. Iedereen weet dat de woningnood groot zal blijven, maar niemand mag het zeggen.

Symbooldiscussies

Het probleem van het uitnodigen van twee gemeenteraadsleden laat zich raden: Groot Wassink en Van Dantzig spelen al snel de gemeenteraad na, waarbij Groot Wassink zo links mogelijk probeert te zijn en Van Dantzig zo compleet mogelijk. De ene na de andere non-discussie over de woningmarkt komt op: over kantoorgebouwen die verbouwd worden tot appartementen (iedereen is het eens), over de aanpak van scheefwoners (gebeurt al) en “de opkomst van Overtoomse Veld” (gelooft niemand).

In Amsterdam zijn de politieke verschillen heel klein. Er komt om deze reden geen antwoord op de vraag wat D66 in het eerste jaar als grootste partij voor elkaar heeft gekregen. Niemand in het panel kan iets noemen wat echt het verschil heeft gemaakt. Van Dantzig heeft wel een grote hoeveelheid detailmaatregelen uit zijn hoofd geleerd en dreunt die plichtmatig op, maar voor de gewone voorbijganger bleef alles bij het oude. En eigenlijk weet zelfs Van Dantzig dat.

Onbekende raad

Een ding is ook onveranderd. Bij de deur tref ik een jonge vrouw met donker haar. “Volgens mij bent u gemeenteraadslid,” zeg ik. Marijn Bosman reageert alsof dit de eerste keer is dat ze ooit wordt herkend. Ze blijkt inderdaad gemeenteraadslid te zijn: woordvoerder duurzaamheid. Ik vertel Bosman dat ik de zaal wilde vragen of ze de nieuwe gemeenteraadsleden van D66 al kennen. “Dat scoort altijd, ik had uw naam ingestudeerd om te zien of iemand u kende.” Bosman kan er wel om lachen.

Maar de vriendelijke lach van Bosman verhult het echte probleem. De belangrijkste verandering in Amsterdam blijkt toch dat anonieme PvdA-ers door anonieme D66’ers zijn vervangen.

In Blij met D66 gaat Chris Aalberts op zoek naar de essentie van D66.