Geenstijl-verslaggever Jan Roos werd dinsdagavond naar eigen zeggen aangevallen door een groep Marokkaanse jongeren. Het is nog steeds komkommertijd en dus was het incident direct nieuws. Ook twitterend en opiniërend Nederland wist er wel raad mee: het incident zou ons veel vertellen over de stand van de multiculturele samenleving, over de oogkleppen van links Nederland en over rechtse journalisten die incidenten uit hun duim zuigen of deze uitlokken. Allemaal niet waar: het incident vertelt ons vooral dat niemand nog behoefte heeft aan echte journalistiek.
In een interview met ThePostOnline vertelde Jan Roos over het incident met een groep Marokkanen:
“Ik kreeg een stenenregen over mij heen, ze trokken de stenen uit de stoep. Ze liepen met stokken en stalen staven. Ik heb toen de aanval op ze ingezet en ben op ze afgerend. Daar waren ze van onder de indruk. Ze hadden in de gaten dat deze tata wijkt voor niemand. Toen renden ze weg, godzijdank. (…) Ik heb het vaker meegemaakt, met of zonder camera. Maar dit was heftig. Het leek of ze uit waren op een soort pogrom.”
Het probleem met deze weergave van Roos laat zich raden: hij is de enige getuige en vertelt per definitie alleen zijn kant van het verhaal. In de journalistiek zouden twee kanten van het verhaal gehoord moeten worden om ‘de waarheid’ boven tafel te krijgen, maar wederhoor is er in dit geval niet. Daar was het nieuws die eerste avond ook te vers voor.
Wederhoor kwam er woensdag alsnog. Twee journalisten van Het Parool gingen naar de straat waar het incident had plaatsgevonden en ondervroegen mensen die erbij waren. Wat bleek? Jan Roos zou door de Marokkanen zijn aangesproken omdat hij ‘een bn’er is’ en er zouden slechts vijf jongeren geweest zijn en geen twaalf. Ook zou Roos met ‘een zwart kapmes van een halve meter hebben gezwaaid’ en allerlei racistische teksten hebben geuit. Welke werd niet duidelijk. Volgens Roos ging het niet om een kapmes maar om ‘een knuppelachtig ding’.
Welke versie is waar? Annabel Nanninga voorspelde terecht dat Roos beschuldigd zou gaan worden van het verzinnen van het incident omdat ‘het namelijk niet waar [MAG] zijn’. Nanninga heeft gelijk: iedereen die gelooft dat Roos een leugenaar is, kan daar ‘bewijs’ bij vinden. Er was weliswaar een incident, maar getuigen vertellen daar iets anders over dan Roos: “Het liep net even anders” kopte Het Parool. En voor Roos-haters is er meer ‘bewijs’ want hij doet geen aangifte, omdat de politie er volgens hem toch niks mee gaat doen. “Dan heeft Roos iets te verbergen,” denkt links Nederland.
Maar voor rechts Nederland geldt hetzelfde: wat de getuigen in Het Parool stellen mag niet waar zijn. Iedereen die wil geloven dat het wederhoor van Het Parool broddelwerk is, heeft ook ‘bewijs’: de getuigen zijn allemaal partijdig want ze waren direct betrokken bij het voorval, kennen de betrokken jongeren of wonen bij ze in de straat en kunnen dus bang zijn. Vrijwel niemand wil met zijn naam in de krant. Al deze mensen hebben er belang bij Roos te beschadigen en zichzelf positief neer te zetten. Case closed voor rechts Nederland: Roos spreekt als enige de waarheid.
Vroeger had je nog zoiets als journalistiek om dit soort kwesties uit te zoeken maar nu hebben we er alleen maar meningen over. Of er werkelijk straatstenen zijn gegooid is door niemand gecontroleerd die als onpartijdig zou kunnen gelden. Of Roos ‘een knuppelachtig ding’ in zijn kofferbak bewaart is ook niet gecheckt. En heel toevallig maakte in een tijd vol smartphones geen enkele aanwezige een filmpje van het incident. Alleen van Roos staat vast dat hij daar geen tijd voor had.
Meningen van vooral anonieme betrokkenen contextloos tegenover elkaar zetten – zoals Het Parool doet – is geen feitelijke controle. Het is een luie vorm van journalistiek waarbij in de lucht blijft hangen wie er gelijk heeft. Het scheppen van duidelijkheid is belangrijk en urgent: hoe veilig zijn rechtse journalisten nog op straat? Moeten journalisten die kritiek hebben op de multiculturele samenleving zich zorgen maken?
Toch zit in de praktijk niemand op zo’n onderzoek te wachten want iedereen ‘weet al hoe het zit’. Bij echt onderzoek loop je immers de kans dat je je aanvankelijke oordeel moet herzien.
Chris Aalberts gaat in september naar Brussel voor ThePostOnline. Je kunt via crowdfunding nog steeds bijdragen aan zijn reportages. Je bijdrage wordt zeer op prijs gesteld. Zie voor meer informatie: Yournalism.nl.