Zwarte Piet speelde woensdag een prominente rol bij de bijeenkomst van het VN-comité dat optreedt tegen rassendiscriminatie en de Nederlandse delegatie.
In Genève liepen de meningen bij de leden van het comité (CERD) nogal uiteen en was sprake van een ‘gemengde discussie’, aldus mensen die de gesprekken bijwoonden.
Volgende week vrijdag komt de VN-commissie met aanbevelingen voor Nederland op het gebied van rassendiscriminatie.
In Zwitserland ging het dinsdag en woensdag ook over onder meer arbeidsmarktdiscriminatie en de rol van lokale overheden bij de aanpak van discriminatie. Nederland en de andere landen van de VN worden eens in de vier jaar ‘beoordeeld’.
Het Belgische VN-comitélid Marc Bossuyt vertelde zijn toehoorders dat het sinterklaasfeest een onschuldige jeugdtraditie is en niets met kolonialisme en slavernij te maken heeft.
Andere leden gaven weer aan dat het niet gaat om de oorsprong van het feest, maar dat het belangrijk is hoe de mensen het nu ervaren.
“Wij hebben gezegd dat de Nederlandse overheid blijft faciliteren en de dialoog blijft stimuleren. En dat we de pijn begrijpen”, zei een woordvoerder van de Nederlandse delegatie. “Maar we hebben ook aangegeven dat de overheid niet bepaalt hoe Piet er uit ziet en dat de overheid ook geen verbod oplegt.”
Het College voor de Rechten voor de Mens kreeg woensdag ook spreektijd in Genève. “Ik ben benieuwd wat hier uit gaat komen”, aldus een woordvoerster.
Het VN-comité, bestaande uit internationale mensenrechtenexperts, bekijkt of landen zich houden aan de VN-verdragen die zij hebben ondertekend.
Het comité heeft veel aanzien.
De aanbevelingen hoeven niet over te worden genomen, maar in veel gevallen gebeurt dit wel.
Anp