Recensie

#Bruslog: Burgers blij met Europees neoliberalisme, de sociale wetenschap niet

12-10-2015 13:14

Neoliberalisme is het scheldwoord waarmee linkse mensen al hun kritiek op de EU samenvatten. De EU is een neoliberaal project wat vooral de belangen van multinationals dient en waar de belangen van gewone burgers niet of nauwelijks een rol spelen. Neoliberalisme draait om het zoveel mogelijk ruimte geven aan de markt, het verdwijnen van collectieve regelingen en meer concurrentie. Met name bij de SP is deze kritiek op het neoliberalisme en de EU regelmatig te horen. Maar ook in de sociale wetenschap is deze kritiek wijdverbreid.

Waarom geen verzet?

9781137511607.inddEen interessante vraag is waarom het beleid in veel landen binnen en buiten de EU de laatste decennia neoliberaal werd. Hoe komt het dat de verzorgingsstaat van weleer steeds meer werd afgebroken en waarom accepteerden burgers dat eigenlijk? De Duitse sociologie-hoogleraar Steffan Mau schreef er een boek over: ‘Inequality, marketization and the majority class: why did the European middle class accept neo-liberalism?’ Hij komt tot verrassende conclusies.

Politici konden volgens Mau de neoliberale agenda uitrollen omdat er simpelweg geen verzet tegen was. Mau denkt dat de middenklasse niet van het idee van de verzorgingsstaat is afgestapt vanwege het marktmechanisme op zich. Het ging hen om andere voordelen: men hoopte op meer welvaart, meer keuzevrijheid en minder belasting. Het ging om het individuele gewin op korte termijn en niet om de bredere maatschappelijke gevolgen van het neoliberalisme.

Sociale stijging

In dit boek bespreekt Mau allerlei verklaringen voor deze verandering. De middenklasse kon de laatste decennia sociale stijging doormaken, maar men zag dat vooral als een individuele prestatie en niet als verdienste van het sociale systeem. Ook wordt gelijkheid steeds minder gewaardeerd. De middenklasse ging meer bezitten en ging beleggen om hun verworven status vast te houden. Hierdoor werden hun meningen over belastingen en herverdeling ook anders.

De middenklasse is minder afhankelijk geworden van collectieve pensioenregelingen. Er kwamen persoonlijke regelingen voor in de plaats. Ook kwam er meer eigen woningbezit, gingen mensen meer schulden maken en kwam er meer ruimte voor privéonderwijs in plaats van openbaar onderwijs. Mau meldt dat de middenklasse in feite baat heeft bij het neoliberalisme en dat ze inmiddels eraan gebonden is door hun toegenomen status en welvaart.

Wat is beter?

Neoliberalisme werd een links scheldwoord voor alles wat met internationale markten te maken heeft. In rechtse kringen is de waardering voor de term aanmerkelijk groter. Mau geeft in zijn boek vooral munitie voor de tweede groep: het gaat de middenklasse kennelijk goed af, nu ze leningen kunnen sluiten, meer eigen woningen bezitten en zelf hun onderwijs kunnen regelen. Er is in dit boek veel reden tot enthousiasme over het neoliberalisme, maar de ironie is dat dit boek juist een negatieve toon heeft. Neoliberalisme is ook in de sociologie een scheldwoord.

Mau heeft veel woorden nodig om uit te leggen waarom het neoliberalisme slecht is. Niet alleen omdat er verliezers zijn onder mensen die niet tot middenklasse en de hogere klasse behoren, maar vooral ook omdat er internationale concurrentie is gekomen en dus onduidelijk is of de middenklasse haar bestaande positie kan bestendigen. Een rare zorg, want ook bij de verzorgingsstaat was nooit zeker dat die positie in beton gegoten was.

Vooralsnog kunnen we op basis van deze socioloog dus concluderen dat de middenklasse terecht positief is over het neoliberalisme en zich terecht niets aantrekt van linkse sociologen.

Dit jaar doet Chris Aalberts onder de titel Bruslog – Brusselse logica – verslag van Europese politiek in Brussel en Den Haag. Voor zijn verslaggeving is ook jouw financiële steun essentieel.