Ook deze week zien we de PVV stijgen. Met 2 zetels naar 37. Een niet eerder vertoonde score voor deze partij. De VVD zakt onder de 20 zetels (-1). Dat is voor het eerst sinds begin maart van dit jaar, bij de start van de verkiezingscampagne voor de Provinciale Staten. Daarna steeg de VVD toen Premier Rutte als enige bij het RTL-debat op 5 maart aangaf dat uitgereisde jihadisten beter in Syrië konden sneuvelen dan terugkeren. (Wilders was toen ziek en deed niet aan het debat mee). De andere zetel gaat weg bij Partij voor de Dieren.
De stijging van de PVV is ook te zien (pdf) aan de vertrouwensscores van Wilders in relatie tot die van Rutte. Terwijl bij de vertrouwensscore Rutte altijd –een stuk- hoger scoorde dan Wilders, is dat nu ook niet het geval.
Een half jaar geleden scoorde Rutte nog 4,5 en Wilders 3,6. Dat is nu resp. 3,9 en 4,2. Rutte scoorde in april nog een vertrouwenscijfer van 5,9 bij de VVD-kiezers uit 2012, Wilders 3,7. Nu staat Rutte op 4,8 en Wilders 5,0 bij deze VVD-stemmers uit 2012.
In 3 maanden is de PVV van 13 procent naar 24 procent gestegen. De grootste stijging is bij de categorie met een lage opleiding. Daar is de stijging van 21 procent naar 37 procent. De PVV is ook duidelijk oververtegenwoordigd in de provincies Brabant en Limburg en onder RK-kiezers (met een score van ruim 30 procent). De kleinste stijging zien we in het Westen van het land (met 8 procent) en onder kiezers met een hoog inkomen (7 procent).
Bij de kiezers met een hoge opleiding scoort de PVV inmiddels 14 procent. Dat was 3 maanden geleden 5 procent en daarmee is het aandeel van deze kiezers onder het totale PVV-electoraat duidelijk gestegen.
Zowel de SP als de VVD ondervinden duidelijke electorale concurrentie in de categorie kiezers waar die partijen het grootste deel van hun kiezers doorgaans vandaan hale. Bij de SP zijn dat de kiezers met lage opleiding en bij de VVD bij de kiezers met hoog inkomen.
