Na een periode van 6 weken waar de PVV geleidelijk steeg met 13 zetels naar 37 zien we deze week geen verschuivingen.
Daarom deze week wat analyses over de relatie van stemvoorkeur en een aantal kenmerken (pdf):
- In relatie tot leeftijd zijn de verschillen tussen de diverse partijen groter dan naar geslacht. Kiezers van GroenLinks en D66 zijn relatief jong. Die van SP en CDA relatief oud.
- Bij de PVV is er een duidelijke oververtegenwoordiging van kiezers tussen 35 en 50 jaar (29 procent).
Bij alle leeftijdsgroepen is de PVV de grootste. Maar bij de groep tussen 18 en 35 jaar is het verschil met de partijen die daarop volgen (D66 en Groen Links) maar 4 procent en bij de groep tussen de 35 en 50 jaar is het verschil met de VVD, die op de 2e plaats staat 15 procent. Bij de kiezers boven de 50 jaar volgt het CDA op 6 procent achter de PVV.
Onder Telegraaflezers scoort de PVV 42 procent
- Interessant is het verschil in electorale voorkeuren te zien tussen de lezers van 4 kranten.
- Bij de Telegraaf zien we dat de PVV 42 procent scoort en VVD 15 procent. PvdA, D66 en GroenLinks scoren 4 procent of lager.
- Bij het AD zien we dat de laatste drie partijen ook laag scoren, maar daar liggen PVV en de andere partijen iets dichter bij elkaar.
- Bij de Volkskrant zien we 5 partijen tussen 12 procent en 18 procent. D66 is wel de grootste, maar PVV scoort bij De Volkskrant lezers slechts 6 procent lager.
- Bij NRC zien we ook een grote spreiding over de partijen. De VVD en GroenLinks zijn groter dan bij De Volkskrant, SP en PvdA zijn kleiner.
- PVV scoort 11 procent bij de lezers van het NRC.
Ten slotte geven we een overzicht vanaf 2002 tussen de politieke voorkeuren van toen en het huidig stemgedrag. Dan valt vooral op hoe volatiel de kiezers in Nederland zijn. Ten opzichte van 2002/2003 stemt nog maar een derde dezelfde partij als toen!