Opinie

Volkskrant-hoofdredacteur bedrijft zélf fictie in zijn plagiaatrectificatie

29-10-2015 12:12

Volkskrant-hoofdredacteur Philippe Remarque excuseert zich voor een plagiaataffaire en lijkt opgelucht dat er slechts in één geval ‘elementen van fictie’ zijn krant zijn binnengeslopen. Maar bedrijft hij in zijn rectificatie niet zélf fictie? En wat hebben Remarque c.s. eigenlijk geleerd van de affaire-Haerynk?

 

“De redactie loopt nu in het boetekleed. Het past ons, maar het zit niet lekker.”
In november 2016 is het twintig jaar geleden dat de Volkskrant met die inmiddels klassieke uitsmijter een van de grootste rectificaties uit de Nederlandse mediageschiedenis afrondde. Het betrof een paginagrote reconstructie en boetedoening ineen, een enerverende zoektocht naar antwoorden op de knellende vraag: ‘Hoe hebben we bij de Volkskrant zo stom kunnen zijn om een freelancer binnen te halen die zijn verhalen verzon?’

De fabulerende medewerker was natuurlijk de Vlaamse journalist Jan Haerynck. Voor hem viel het doek toen uitkwam dat zijn geruchtmakende artikel over de ontvoering van een jong meisje in Disneyland Parijs volledig uit de duim bleek gezogen. “We hebben een onwaar verhaal gepubliceerd. Het mag niet nog eens gebeuren”, noteerde de Volkskrant deemoedig. Maar Haerynck blijkt nogal wat achterneefjes te hebben.

Beeldend door het stof

Toen ik eind vorig jaar, in november 2014, de laatste hoofdstukken van Hoop, een roman geïnspireerd op de affaire-Haerynck, inleverde bij mijn uitgever, werd bij Trouw journalist Perdiep Ramesar op staande voet ontslagen – óók iemand die spraakmakende verhalen schreef en het begrip ‘nieuws maken’ wel heel letterlijk nam. Na onderzoek bleken minimaal 126, vaak spraakmakende verhalen ‘verdacht’ wat zoveel betekent als: de bronnen zijn niet traceerbaar.

De krant ging al net zo beeldend door het stof als indertijd de collega’s van de Volkskrant. “Het ondenkbare is denkbaar geworden”, schreef hoofdredacteur Cees van der Laan. En, heel therapeutisch: “We moeten door dit pijnlijke proces heen.”

Citaten uit een toneeltekst

Een paar weken na de verschijning van mijn boek ligt het balletje weer bij de Volkskrant. Hoofdredacteur Philippe Remarque leent vandaag het boetekleed van voorganger Pieter Broertjes en licht zijn lezers in over een stagiair die, zonder bronvermelding, veel van zijn verhalen overschreef uit andere media. In één geval, bij het ‘samenstellen’ van een interview, putte auteur Geerlof de Mooij uit een boek met een toneeltekst. Remarque (hij is ‘verbijsterd’) concludeert, een tikkeltje opgelucht, dat er slechts in dit ene geval ‘elementen van fictie’ zijn krant zijn ingeslopen. Dat valt te bezien. Want is er niet ook nog zoiets als de fictie op de werkvloer?

Suspension of disbelief

‘Superstagiair’ De Mooij lijkt overduidelijk een personage dat te mooi (te goed) is om waar te zijn, maar dat – net als bij ‘superfreelancer’ Jan Haerynck en ‘superjournalist’ Perdiep Ramesar – blijkbaar geen strobreed in de weg kreeg gelegd. Schoonheid maakt blind. In Hollywood is de figuur die zich, vaak vanuit het niets, presenteert als groot talent een gekend en geliefd archetype. De kijker leeft met hem mee en laat geen wantrouwen toe. Daar is ook een mooie term voor: ‘suspension of disbelief’, wat zich nog het beste laat vertalen met: ‘Het per se willen geloven in’.

Remarque c.s. lijken niets te hebben geleerd van de affaire-Haerycnk en tuimelen in dezelfde valkuil: ze kozen met hun stagiair (een jongeling ‘die opvallend goed en veel bleek te kunnen schrijven’) bewust of onbewust liever voor de verbeelding dan voor het wantrouwen.

Mooie blauwe ogen

Juist over de ontmaskering van Jan Haerynck schreef de Volkskrant in 1996:  “Het mag niet nog eens gebeuren. De hoofdredactie gaat overleggen met eindredacties. We kunnen niet meer afgaan op mooie blauwe ogen.”

Remarque herhaalt hetzelfde standpunt in nauwelijks afwijkende bewoordingen (je zou hem bijna van plagiaat kunnen betichten). “We gaan overleggen”, lazen we twintig jaar geleden in zijn krant. “We beraden ons”, schrijft Remarque donderdag. En verder: “We nemen het geval hoog op en zullen er alles aan doen om onze betrouwbaarheid nog beter te waarborgen.”

Schamper kun je hierover opmerken dat de grootste fictie misschien wel bedreven wordt in al die bloemrijk geformuleerde rectificaties.

 

 

Screen Shot 2015-10-29 at 12.08.07