De Oekraïense president Petro Porosjenko was op staatsbezoek in Nederland, alwaar hij tevens de aftrap gaf voor het GeenPeil-referendum door (meermalen) het Nederlandse volk er op te attenderen ‘solidair’ te moeten zijn met het Oekraïense volk. Geen inhoudelijke argumenten waarom dat EU-Verdrag met Oekraïne er moet komen, maar sentimenteel geouwehoer door het Nederlandse volk een schuldgevoel aan te praten. Zo beweerde Porosjenko dat het Oekraïense volk ook ‘solidair’ zou zijn geweest na de MH17-ramp. Een volledig irrelevante vergelijking van de Oekraïense president die voorbij gaat aan de échte vraag die hij had moeten beantwoorden: wat voor toegevoegde waarde kan Oekraïne aan Europa leveren als dat EU-Verdrag in werking treedt?
Het is bovenal namelijk een handelsverdrag. Door die vraag nimmer te beantwoorden, beantwoordt Porosjenko de vraag namelijk zelf al. Het antwoord is: “Niets”, of in ieder geval dat Oekraïne heel weinig toegevoegde waarde heeft voor Europa. Oekraïne heeft Europa nodig, maar Europa heeft Oekraïne niet nodig.
De Majdanrevolutie, de Russische annexatie van de Krim en de oorlog in Oost-Oekraïne hebben Oekraïne in een zware recessie gebracht. De lokale munt, de hryvnia, heeft zo’n 60% van zijn waarde verloren. Prijzen stijgen, maar het gemiddelde inkomen niet. De werkloosheid neemt almaar toe. Van een sociale verzorgingsstaat is geen sprake, noch wordt er vooruitgang geboekt voor de sociale voorzieningen in Oekraïne. Buitenlandse investeerders blijven liever weg te midden van alle onrust in Oekraïne. Het handelsverdrag met de EU zou het aantrekkelijker moeten maken voor bedrijven in Europa om zaken te doen in Oekraïne.
Als meer Westerse bedrijven investeren in de lokale economie in Oekraïne zal de economie weer aantrekken, zo wordt er geredeneerd. Naïef, op z’n zachtst gezegd, in een land waar men maar niet afkomt van corruptie en potsierlijke bureaucratie. Ondanks een jaar lang toezeggingen de corruptie hardhandig aan te pakken.
Het EU-Verdrag tussen Oekraïne en de Europese Unie gaat dan ook niet zorgen voor een piek aan westerse bedrijven die in het zowat failliete en door oorlog verscheurde land gaan investeren. Het verdrag zelf is enkel een drogreden die gebruikt wordt om het land aan te sporen om corruptie aan te pakken en toe te zien op de hervormingen. En er komt visum-vrij reizen voor Oekraïners naar EU-landen.
Visum-vrij reizen is een droom voor veel Oekraïners. Het aanvragen van een visum kost tijd en geld, en wie eenmaal een visum wordt geweigerd, kan niet makkelijk een nieuwe krijgen. Visum-vrij reizen maakt het de Oekraïner dus gemakkelijk om naar Europa te reizen. Als toerist (dat geld oplevert voor Europa) of de zoveelste illegaal in Europa (dat geld kost).
Het visum-vrij reizen moet er ook voor zorgen dat het makkelijker voor Oekraïense bedrijven wordt om naar Europa te exporteren. Rusland, waar voorheen veel naar geëxporteerd werd, heeft meerdere importsancties aan Oekraïne opgelegd en het is nu zaak voor Oekraïne om elders heen te exporteren. Allen zo kan men een nieuwe boost geven aan de zwakke economie. Buurman Europa is hét alternatief.
In 2014, het jaar dat Rusland de Krim annexeerde en de oorlog in Donbas uitbrak, nam de export naar de EU met zo’n 1,2 miljard euro toe ten opzichte van 2013. Het was hetzelfde jaar dat Rusland sancties oplegde aan Oekraïne en dat Oekraïne juist alternatieven zocht voor haar exportproducten. Je kunt hier uit concluderen dat het EU-Verdrag (dat de handel tussen Oekraïne en de Europese Unie moet stimuleren) in principe overbodig is. Immers, in 2014 trad het Verdrag niet eens in werking (nog steeds ook niet), dus zonder een Verdrag kan er ook meer handel tussen de EU en Oekraïne plaatsvinden.
Het behoeft dus ook geen uitleg dat het Verdrag weliswaar handel wil stimuleren, maar dat het vooral de symbolische Europese schoolmeester is die Oekraïne nauwlettend in de gaten houdt in haar aanpak van corruptie en hervormingen. Dat Brussel zich daar actief in wil mengen, maakt duidelijk dat er meer is dan alleen handel. Brussel wil ogenschijnlijk dat Oekraïne op termijn aan diverse EU-toetredingscriteria voldoet. Het is dan ook niet zo gek dat landen als Zweden en Litouwen openlijk hun steun hebben toegezegd voor een EU-integratie voor Oekraïne.
Wat wél gek is, is dat voorstanders van het Verdrag roepen dat het Verdrag niet leidt tot EU-lidmaatschap en de GeenPeil initiatiefnemers beschuldigen van het onjuist voorlichten van de kiezer. De pot verwijt de ketel waar het zwart ziet. Porosjenko heeft EU-toetreding zelfs aangekondigd!
Geen wonder dus dat de president tijdens zijn bezoek aan Nederland de economische voordelen voor Europa niet durfde te noemen. Ook zonder Verdrag zijn die er namelijk. Porosjenko is Europa-blind.