Onlangs schreef Parool-columnist Theodor Holman een column met daarin een mening. Een beetje wat columnisten horen te doen. Maarja, het bleek ‘de verkeerde mening’ te zijn. In Nederland wordt dat bepaald door drammende burgers op social media. Wie het meeste kan drammen heeft de ‘goede mening’, de rest van de meningen is ‘verkeerd’.
Hierboven ziet u een voorbeeld (slechts één voorbeeld, er zijn er duizenden) van iemand die wel weet wat ‘verkeerde meningen’ zijn. En om dat te benadrukken haalt ze het ‘verzetsverleden’ van het Parool erbij. En noemt ze het censureren van meningen in een krant en het onder druk zetten van een hoofdredacteur om columnisten te censureren ook ‘verzet’.
Veel erger kan een mens zich niet vergissen.
Alsof het verzet in de Tweede Wereldoorlog vocht om Nederland te bevrijden van de tirannie maar het land vervolgens opnieuw te laten onderdrukken door hele andere bezetters, die óók niet van vrijheid en vrijheid van meningsuiting houden. Alsof vechten voor je vrijheid ook maar ooit iets te maken kan hebben met de wens columnisten te censureren.
‘Het verzet’ draait zich om in hun graf nu ze hebben gelezen hoe Parool-lezers omgaan met die kostbare vrijheid waarvoor de verzetsstrijders hun leven hebben gegeven.
Kennelijk is ‘vrijheid’ in 2015 alleen vrijheid om te vinden wat mensen als Sarah Nooteboom vinden. Alle andere meningen en gedachten zijn niet vrij, die moeten worden onderdrukt, verboden en gecensureerd.
Het is in elk geval ironisch dat we dit soort vrijheidshaat, 70 jaar na de bevrijding, onder ogen krijgen dankzij een oud-verzetskrant. Wat dat betreft mogen we de Sarah Nootenbooms in onze samenleving wel dankbaar zijn: zonder hen zouden we nooit te weten komen dat het gif van tirannie en de voorliefde voor onderdrukking nog altijd springlevend is.
Foto: Maarten Brante.