De brandweerlieden die op kerstavond tijdens het blussen van een brandje in de wijk Jardins de l’Empereur van de Corsicaanse hoofdstad Ajaccio werden belaagd door jongeren, vreesden te worden vermoord.
Aan Franse media vertellen een brandweerman en een brandweervrouw hoe ze werden belaagd door ‘een groep jongens met capuchons, gewapend met golfclubs en ijzeren staven, die stenen gooiden’. “We hadden wel dood kunnen zijn”.
Brandweerman Nicolas vertelt: “Het was donker, we hebben niet duidelijk gezien wie de daders waren. We schuilden in de brandweerwagen en wisten dat we moesten voorkomen dat één van de relschoppers binnen zou dringen, want dan zou het slecht met ons aflopen. Ik hield de deur tegen. Toen raakte ik gewond aan mijn oog door rondvliegend glas.”
Brandweervrouw Tiffany: “We waren ontzettend bang. We wisten allemaal dat als ze binnen zouden dringen we het niet zouden navertellen. We moesten zo snel mogelijk die wijk uit.”
Ze konden worden ontzet door de politie. Daarbij raakte ook een agent gewond.
De politie nam honkbalknuppels, golfclubs en een fles met daarin een soort zoutzuur in beslag.
De brandweerlieden werden bewust in de val gelokt: het brandje wat ze moesten blussen was aangestoken, de jongeren lagen er vlakbij in een hinderlaag.
Het was niet de eerste keer dat brandweerlieden werden belaagd in dezelfde wijk. Een dag daarvoor raakte een brandweerwagen beschadigd na te zijn bekogeld door stenen.
Als reactie op deze aanval tegen hulpverleners protesteerde een groep burgers voor het stadhuis van Ajaccio om steun te betuigen aan de brandweerlieden. Een kleinere groep trok vervolgens naar de wijk Jardins de l’Empereur om op zoek te gaan naar de daders van de aanval.
Tweehonderd demonstranten scandeerden leuzen als ‘Dit is ons huis!’ en riepen ‘Waar zijn jullie? Kom tevoorschijn! Vier hulpverleners is te makkelijk, probeer het nu met ons!’
Ondanks diverse oproepen niks te beschadigen werden diverse auto’s en burgers slachtoffer van de volkswoede: een auto met daarin twee vrouwen met hoofddoekje, een auto met vrouw en kind en een scooter werden beschadigd.
“We zijn hier niet om dingen te slopen maar om te laten zien dat ‘ze’ hier niet horen”, vertelde één van de demonstranten. “Die ‘ze’ zijn de Noord-Afrikanen. Arabieren.”
De demonstranten scandeerden herhaaldelijk de kreet: ‘Arabi Fora!’ (‘Arabieren eruit’).
Sommige wijkbewoners stonden op hun balkon te applaudisseren en riepen ‘welkom’ naar ‘onze redders’.
Uiteindelijk koelden de demonstranten hun woede op een moskee (een klein gebedshuis in een woningencomplex) en een kebabzaak.