David Bowie: waar gaat het allemaal om?

11-01-2016 13:14

Een in memoriam dat gaat over geboorteplaats en carrièreverloop is een uittreksel van gemeentelijke gegevens en belastingopgaven. Juist bij Bowie, de intellectueel onder de popartiesten, moeten we op zijn minst kort stilstaan bij het artistieke universum dat hij creëerde.

Het laatste wat David Bowie heeft verdiend, zijn pathetische herinneringen van treurende en treurige fans over hoe ze de legende dachten te kennen. Bijna niemand kende David Bowie. Hij is de meest enigmatische man of vrouw die ik ken. Zijn personae tarten het principe van identiteit. Fans kenden hooguit een persona, een laag die nooit oppervlakkig was maar evenwel nauwelijks beter te doordringen was dan zijn ware aard. Als Bowie die al had.

Onbegrepen tragedie

Is het alternatief – bij gebrek aan kennis van de man – een persoonlijk lamento over wat Bowie wel/niet voor mij heeft betekend? Ja, dat is een alternatief, maar dat gaan we echt niet doen. Tussen de luisteraar en David Bowie staat een universum dat nooit het onze lijkt. Dàt is het exploreren waard.

Bowie op zijn best is niet per se aangenaam om naar te luisteren, het is een ondergaan. Bowie op zijn best is namelijk louterend en onplaatsbaar-aangenaam in zijn vervreemding. Het kan heel mooi zijn, maar het doet ook pijn. Als een Griekse tragedie die je niet helemaal begrijpt.

Run for the shadows

Vervreemding is een sleutelwoord als Bowie op de toppen van zijn kunnen is. Zelfs in op het oor toegankelijke hits, denk aan TVC15 dat we niet bepaald downbeat kunnen noemen, gaat het over de parallelle wereld van de televisie waarin de vriendin van de zanger wordt gezogen. Van hetzelfde album – Station to station – is er het gebod ‘run for the shadows’, ook of juist tijdens de Golden years. Er is altijd de gejaagde afstand, de vervreemding.

De kosmische afstanden in Space Oddity, de buitenaardse Ziggy Stardust, de drugs-hallucinaties in zijn Amerikaanse tijd (Aladdin Sane), de bijtende introspectie in Ashes to ashes, de heftige zoektocht naar het verleden in Where are we know, de omkering van de realiteit in The stars are out tonight, de vernietigende ziekte in Lazarus: vrijwel niets speelt in het leven van alledag. Het is de doodsteek voor iedere sleetse routine. (Het hiaat tussen de jaren tachtig en de jaren tien laat misschien wel zien dat alleen Bowie in topvorm draaide om het thema van vervreemding.)

Dit zijn niet alleen maar uitdrukkingen van vervreemding, maar ook de oorzaken ervan. De luisteraar raakt vervreemd van zijn eigen wereld omdat hem een wereld wordt opgedrongen waarvan hij niet eens de eerste dag had kunnen bedenken. Bowie was vaak zó ver zijn tijd vooruit, dat dat conflict tussen werelden ook niet te vermijden was.

Subliem

Het is niet teveel gezegd om Bowie’s muziek subliem te noemen. Niet als hoogste loftuiting voor de kwaliteit van zijn werk, maar als aanduiding voor de ervaring die zijn muziek oproept. De ervaring van het sublieme is iets wat de geest splijt, zoals Ziggy’s bliksemschicht die verwees naar de schizofrenie van Bowie’s broer. Het is een schizofrene ervaring waarin we overweldigd worden door iets dat ontegenzeglijk groter is dan wijzelf en daarom fel contrasteert met ons beperkte wezen. Tegelijkertijd is er een zekere aangename voldoening in die ervaring; het ondergaan van het grootse (zoals de peilloze diepte van het universum) brengt een vreemd en prima facie ongepast welbehagen met zich mee.

Zo is het ook met de muziek van Bowie: het radicaal andere, het artistiek grootse is niet zuiver aangenaam maar ook vervreemdend en daardoor subliem.

Ongehoord universum

De auteur L.P. Hartley schreef: “The past is a foreign country.” Of dat waar is, valt te bezien. Maar de stijlfiguur sluit aan bij Bowie’s universum. David Bowie’s legacy is a distant star.