Vrouwenbesnijdenis moet plaatsmaken voor nieuwe, onschadelijke overgangsrituelen. Dat heeft secretaris-generaal Ban Ki-moon van de Verenigde Naties maandag bepleit.
Ban stelde, in een rede ter gelegenheid van de internationale dag tegen de verminking van de vrouwelijke geslachtsdelen, de rijpheidsproef die veel jonge meisjes in Kenia en Tanzania tegenwoordig ondergaan ten voorbeeld. Zij worden volgens de secretaris-generaal niet meer besneden, maar brengen een week zonder hun familie door om te leren zich zelfstandig te redden.
Unicef schat dat meer dan tweehonderd miljoen meisjes en vrouwen wereldwijd het slachtoffer zijn geworden van vrouwenbesnijdenis. Die schatting is veel hoger dan voorheen.
Het probleem vrouwenbesnijdenis lijkt mede een islamitisch probleem te zijn. Maar veel media en organisaties weigeren nog altijd dit te benoemen en blijven volhouden dat het ‘niets met de islam heeft te maken’. Voor vrijwel de meeste slachtoffers buiten Afrika heeft vrouwenbesnijdenis echter met de islamitisch te maken. Het is dan ook maar de vraag of ‘onschadelijke overgangsrituelen’ in islamitische landen worden geaccepteerd zoals dat gebeurt in Kenia of Tanzania
Anp/TPO