Een ‘kunstig verpakte ideeënroman’, zo wordt ‘De Tarantas’ van Vladimir Sollogoeb (1813-1882) op de achterflap gepresenteerd. Wie denkt dat ‘kunstig’ verwijst naar een vernuftige plot of naar een ingenieuze manier waarop ideeën met elkaar geconfronteerd of door elkaar heen worden geweven, heeft het mis. ‘De Tarantas’ heeft namelijk een ouderwetse, breedsprakige en anekdotische opzet, zoals die in de negentiende eeuw gebruikelijk was en die je in de moderne, Nederlandse literatuur bijna alleen nog bij Maarten Biesheuvel tegenkomt.
Het gaat in ‘De Tarantas’ vooral om de botsing tussen twee personages – de oude landheer Vasili Ivanovitsj en de jonge reiziger Ivan Vasiljevitsj – die op hun reis door Rusland voortdurend verschillen over wat ze nu eigenlijk om zich heen zien, wat ze nu eigenlijk meemaken en hoe ze dat nu eigenlijk moeten duiden. Als twee zorgeloze vakantiegangers met voldoende geld op zak, en ruime voorraden spraakwater beschikbaar, gaan ze elkaar verbaal te lijf. Betogen ze in geuren en kleuren wat hen bezighoudt, waaraan hoop kan worden ontleend en hoe hun geliefde Moedertje Rusland de eeuwige belofte van haar grootsheid eindelijk eens kan inlossen. Het is de cynicus versus de dromer. De pragmaticus versus de idealist. De afstandelijke beschouwer versus de innerlijk gedrevene.
Het begint al in St. Petersburg. De jonge Ivan Vasiljevitsj staat klaar om de pracht en praal van de stad in zijn opschrijfboekje tot leven te wekken. En het ‘uniek Russische’ aldus vast te leggen voor volgende generaties landgenoten, alsmede onwetende buitenlanders. Maar voor hij ook maar een pen op papier kan zetten, blaast de oude Vasili Ivanovitsj hem weg met zijn minutieuze beschrijving van de verdorven gebruiken in de Petersburgse beau monde.
“Maar lieve jongen, in Petersburg betekent een bruiloft je halve bankroet. Ik denk dat het nergens in de wereld de gewoonte is om op de drempel van je geluk dit geluk alsnog bijtijds om zeep te helpen en op de drempel van de rust deze mogelijkheid tot rust tijdig te vernietigen. Maar in Petersburg is dat de gewoonte, is het een ijzeren wet.(…) Je beleent, je verkoopt, je leent; je schrijft wissels uit en schuldbekentenissen; je doet je briljanten weg, je zilver, en die Turkse sjaal,en je paarden; je vervloekt het leven, je bent de wanhoop nabij. Er zijn momenten dat je jezelf wel een kogel door de kop wilt jagen. En met dat alles zit je strak in het pak, heb je een luchtje op en een krul in je haar, je maakt een buiging, een reverence, je legt visites af en weet daarbij zeker dat niemand van je houdt en dat iedereen je uitlacht.”
En, héél gek: na zo’n uitweiding heeft de jonge Ivan Vasiljevitsj ineens niet zo’n zin meer om de loftrompet over St. Petersburg te steken.
Behalve als filosofische twist is ‘De Tarantas’ ook wel gecategoriseerd als ‘road novel’, omdat de twee hoofdpersonen, in een speciaal soort rijtuig (genaamd, een tarantas), oostwaarts reizen, van dorp naar dorp. Waarbij de jonge Ivan Vasiljevitsj steeds weer hoopt op nieuwe bewijsstukken dat Rusland bestemd is voor grootse daden en het Russische volk het edelmoedigste ter wereld is, terwijl de oude brompot Vasili Ivanovitsj elke aanspraak op uniciteit weerlegt, behalve als het over ellende gaat, want in het veroorzaken daarvan staat Rusland werkelijk op zeldzame hoogte, vindt ook de brompot. Met een beetje goede wil is ‘De Tarantas’ te lezen als een effectieve blauwdruk van de Russische politiek, waarbij de cynische Vasili Ivanovitsj de Jeltsin-jaren symboliseert, waarin chaos en mismanagement hoogtij vierden en niemand twijfelde aan de Russische oorsprong daarvan (wodka, drank, vrouwen, denk aan het veelvuldig en openlijk knijpen in vrouwenvlees door leider Boris) en de jonge Ivan Vasiljevitsj, als optimistische patriot, de lijn-Poetin vertegenwoordigt, dat wil zeggen: gelooft dat Rusland uiteindelijk superieur is aan de West-Europese naties, die ten ondergaan aan zelfgenoegzaamheid en tierlantijnen, terwijl de ‘eerlijke Russische ziel’ onbesmet blijft en gedoemd is te zullen overwinnen.
Dat je in ‘De Tarantas’ van alles kunt leren over de psychologie van Rusland is natuurlijk leuk, maar wat het boek écht charmant maakt zijn de vermakelijke anekdotes en de belevenissen onderweg. Als de heren een verdwaald zigeunervolk tegenkomen, valt de jonge Ivan Vasiljevitsj als vanzelf in katzwijm, zwaar onder de indruk van hun zuivere en avontuurlijke inborst. Brompot Ivan Vasiljevitsj daarentegen fulmineert tegen ze als nooit tevoren. Het vrolijke, spontaan aangerichte dans- en zangfeest met de zigeuners zet hij weg als een illegale zuippartij met zielenpoten die door het centrale gezag overal worden weggejaagd. Zuiver? Avontuurlijk? Het is het schorem van de natie!
Tot slot: Vladimir Sollogoeb deed zijn uiterste best zichzelf als auteur publiekelijk omlaag te halen door te benadrukken dat hij geen echte schrijver was, maar een ‘amateur’, die ongestructureerd slechts ingevingen aan het papier toevertrouwde. Het is vermoedelijk een slimme manier om de lezer nieuwsgierig te maken naar de, inderdaad, schier eindeloze hoeveelheid cabareteske meningsverschillen in dit koddige boek.
De Tarantas, Vladimir Sollogoeb, Uitgeverij Douane, 17,50 euro