Frankrijk heeft Rusland zaterdag opgeroepen een eind te maken aan de bombardementen op Syrische burgers. Dat is noodzakelijk om de vrede in het land te doen terugkeren, zei de Franse premier Manuel Valls op de Veiligheidsconferentie in München.
Donderdag kwamen Rusland, een belangrijke bondgenoot van de Syrische president Bashar al-Assad, en zestien andere landen overeen dat de wapens binnen een week moeten zwijgen in Syrië. Aanvallen op terroristische bewegingen als Islamitische Staat gaan echter wel door. De regering-Assad duidt al haar tegenstanders aan als terroristen en heeft aangekondigd de strijd voort te zetten.
Zaterdag bombardeerde Rusland opnieuw rebellen in Noord-Syrië, meldt het Syrische Observatorium voor de Mensenrechten. Volgens het Observatorium, dat de burgeroorlog met hulp van activisten te velde verslaat, is het bestookte gebied in handen van de Syrische tak van Al-Qaida en van gematigde rebellengroepen.
De Russische premier Dmitri Medvedev spreekt tegen dat zijn land luchtaanvallen op burgers heeft uitgevoerd. “Er is geen bewijs dat wij burgers bombarderen, ook al beticht iedereen ons daarvan”, zei hij na afloop van Valls’ toespraak op de Veiligheidsconferentie. “Rusland is er niet op uit geheime doelen te bereiken in Syrië of iets dergelijks. We proberen gewoon onze nationale belangen te beschermen”. Hij voegde daaraan toe dat Moskou wil voorkomen dat extremisten Rusland weten binnen te dringen.
(ANP)