“De drang om aanwezig te zijn, komt voort uit de drang om te helpen – bent u door alles wat u hebt gezien anders over die impuls gaan denken?
“Ik zet er vraagtekens bij, omdat de drang om te helpen heel veel met jezelf te maken heeft, vaak meer dan met de slachtoffers. Het afreizen naar een rampgebied maakt jou een interessant en belangrijk, misschien zelfs heldhaftig mens. Dat zie ik steeds terug.”
Wat ik veel zie gebeuren, en dan heb ik het over de talloze kleine organisaties, is de weeshuisreflex. Of de aidsbaby’s-reflex. Leuke zwarte kindertjes gaan redden. Dat is toch interessanter dan je zieke buurvrouw verzorgen. Er zijn heel weinig organisaties, hoor, klein of groot, die graag latrines willen leegscheppen in een vluchtelingenkamp.
Hulporganisaties creëren zogenaamde humanitaire ruimtes, vaak in oorlogssituaties, in de veronderstelling dat de strijdende partijen hen en de hulpzoekenden met rust zullen laten. Maar in werkelijkheid is dat niet zo. Wíj vinden dat er geen bommen mogen worden gegooid als er een rood kruis op een gebouw staat, maar in een oorlog gebeurt dat juist wel. […] Strijdende partijen zullen bommen gooien, slachtoffers mishandelen, de boel stelen – en dan is neutraliteit, onpartijdigheid en onafhankelijkheid naïef. Neutraliteit werkt alleen als alle partijen het respecteren.
Europese regeringen willen geen opvang in Europa, en dus investeren de hulporganisaties daar ook niet in. En ik hoor ze ook geen moord en brand schreeuwen. Maandenlang hebben ze zich stil gehouden. Op een gegeven moment werd dat doorbroken door Tineke Ceelen van Stichting Vluchteling, die besloot wat geld uit te trekken voor een kampje in Griekenland, maar verder? Totale stilte.
Als hulp, of het ontbreken daarvan, zo politiek getint is, dan moeten hulporganisaties met z’n allen de politiek aanpakken. Optrekken naar Brussel. Maar ze kiezen ervoor hun mond te houden. Wangedrag is het. Ze zeggen onafhankelijk te zijn van politieke belangen, laat ze dat dan waarmaken.”
Erken dat het probleem bestaat, ga er niet vanuit dat hulpverlening per definitie goed is, bespreek het, ook als de antwoorden niet voor het oprapen liggen.”
Linda Polman is journaliste en schrijft vooral nogal kritisch, realistisch maar glashelder over de internationale hulpverleningskaravanen. En u raadt het nooit: er is sprake van veel naïviteit en veel afhankelijkheid van de politiek want subsidie, waarvan, uiteraard de hulpverleners zelf beter worden en de slachtoffers nog meer slachtoffers worden.
En aangezien een dergelijk realisme Beslist Verboden is in links policor gutmensch-Nederland zal Linda Polman wel op grote schaal worden gehaat. Terecht natuurlijk, altijd maar weer die feiten terwijl je je ook lekker feitenvrij moreel goed kunt voelen!