Dinsdag werd de veroorzaker van het speedbootongeval op de Vinkeveense Plassen vorig jaar zomer, waarbij twee dodelijke slachtoffers vielen, veroordeeld tot vier jaar cel. Het OM had eerder acht jaar cel geëist.
Richard Korver, de advocaat van de nabestaanden van het dodelijke slachtoffer en overlevenden van het ongeval, reageert op deze uitspraak:
“Het is de overlevenden en nabestaanden van slachtoffer meneer Koetje er vooral om te doen geweest dat er recht zou worden gedaan.
De Rechtbank heeft een onderscheid gemaakt tussen ‘roekeloosheid’ en ‘voorwaardelijke opzet’. De Rechtbank heeft geoordeeld dat de verdachte roekeloos heeft gehandeld, maar dat van voorwaardelijke opzet geen sprake zou zijn. Van voorwaardelijke opzet is sprake als je de aanmerkelijke kans op de koop toe neemt dat je handelingen een bepaald gevolg zullen hebben. Een bekend voorbeeld daarvan zijn de ‘kopschoppers’. Het schoppen tegen het hoofd van iemand is, zo is al herhaalde malen door rechters geoordeeld, te kwalificeren als poging doodslag. Immers, je neemt het risico op de koop toe dat iemand daardoor komt te overlijden.
In de Vinkeveense Plassen-zaak is er, zo stelt de Rechtbank vast, sprake geweest van:
1 – Bovenmatig alcoholgebruik;
2 – Het varen met minimaal(!) meer dan 3 maal de toegestane snelheid;
3 – Het varen met een dode hoek van minimaal 14 meter;
4 – Welke dode hoek verhoogd werd doordat er werd gevaren in plané;
5 – Het varen zonder verlichting;
6 – Het veroorzaken van het fatale ongeval;
7 – Het wegvaren na dat ongeval en niet bieden van de vereiste hulp;
8- Het varen in duisternis.De Rechtbank acht dit alles roekeloos. Dat is de zwaarste vorm van schuld.
Niet druk op Plassen
Omdat uit het dossier zou volgen, volgens de Rechtbank, dat het niet druk was op die avond op de Vinkeveense Plassen meent de Rechtbank dat er geen sprake is van voorwaardelijke opzet omdat er geen sprake zou zijn van de meer dan aanmerkelijke kans op het intreden van de gevolgen.
Daar hebben de nabestaanden en overlevenden grote moeite mee. Zij menen dat het wél druk was. Dat blijkt onder meer uit het feit dat er zich tientallen getuigen hebben gemeld kort na het ongeval. Die waren allemaal nog op de plas aanwezig. Veel mensen zaten op een eilandje, waar ze overigens ook weer af moesten. Op zwoele zomeravonden zijn de Vinkeveense plassen altijd druk bezet met mensen die zwemmen, barbecueën, kinderen die plotseling het water in rennen, bootjes die varen etcetera.
Mijn cliënten betreuren het dan ook dat de Rechtbank destijds niet is ingegaan op het verzoek van de Officier om een schouw te doen op een avond onder vergelijkbare omstandigheden.
Hoger beroep
Indien er een hoger beroep komt, dat zou dan ingesteld moeten worden door de verdachte of het Openbaar Ministerie omdat een dergelijk recht aan slachtoffers/nabestaanden niet toekomt, zullen de overlevenden en nabestaanden hun best doen het Hof te voorzien van informatie over hoe druk het nu eigenlijk precies was, en over het algemeen genomen is, tijdens een zwoele zomeravond.
De nabestaanden en overlevenden vinden het met name wrang omdat de kans op een ongeval met fatale gevolgen zich wel degelijk heeft voorgedaan.
Schadevergoeding
Door de beslissing van de Rechtbank wordt de schadevergoeding die is toegekend niet voorgeschoten door de overheid. Dat was bij een veroordeling voor doodslag anders geweest. Nu is slechts sprake van dood door schuld, wat tot gevolg heeft dat daar niet hetzelfde voorschotsregime op van toepassing is.
Dat bevreemdt overigens alle betrokkenen omdat het overduidelijk de bedoeling van de wetgever is geweest om degene die slachtoffer is van een geweldsmisdrijf te compenseren. Als je de dood van iemand hebt veroorzaakt door de zwaarste vorm van schuld (roekeloosheid) dan lijkt het cliënten evident dat het de bedoeling van de wetgever geweest zou zijn om ook dat voor vergoeding in aanmerking te laten komen.
In de praktijk blijkt dit echter niet het geval.”