Reportage

#Bruslog: Een uitstekende reality-check met VMBO-leerlingen over het referendum

03-04-2016 13:22

Nederland werd afgelopen week doodgegooid met bijeenkomsten en debatten over Oekraïne. Het probleem van al die bijeenkomsten laat zich raden: ze trekken een politiek betrokken publiek wat interesse heeft in het referendum. Dat publiek is volstrekt niet representatief voor de bredere bevolking die op 6 april mag stemmen. De vraag is of er veel bijeenkomsten bestaan die zich aan dit probleem onttrekken en waar we wel alledaagse reacties op het Oekraïne-referendum kunnen peilen.

Afgelopen week vond uw verslaggever één zo’n bijeenkomst, georganiseerd door o.a. Stichting F6: twintig leerlingen uit de derde en vierde klas van het Wateringse Veld College lunchten in het Humanity House in Den Haag met politici. Er zijn vier politici, vier gerechten en vier stellingen. Deze groep is niet geselecteerd op politieke interesse. Deze lunch is daarom met zeer ruime voorsprong de beste reality-check om erachter te komen hoe velen op het gekrakeel over het referendum en Oekraïne reageren.

Best veel informatie en abracadabra

Eerst is er uitleg over de EU, Oekraïne en het verdrag. Een leerling zegt dat het “best veel informatie” is. Haar leraar vult aan waar informatie voor deze scholieren aan moet voldoen: “laat het begrijpelijk zijn want politiek is vaak abracadabra”, meldt ze. Dit had ze ook over het verdrag kunnen zeggen. Een eenvoudig verhaal vertellen over Oekraïne blijkt een hele uitdaging voor Europarlementariër Judith Sargentini (GroenLinks) en Tweede Kamerleden Tanja Jadnanansing (PvdA), Martijn van Helvert (CDA) en Jasper van Dijk (SP).

Wat is het eenvoudige verhaal over Oekraïne? “Er zijn veel dingen niet goed ontwikkeld” horen we. Zo kun je niet gemakkelijk naar de rechter en worden er veel mensen omgekocht. Het verdrag “investeert in de rechtsstaat” en “schaft importtarieven af”. De discussie bij het referendum is “of Oekraïne samenwerkt met Rusland of met de EU”. Of dit voor de leerlingen aansprekende thema’s zijn blijft twijfelachtig want ze blijven stil. De invoering van referenda betekent vooral dat “je vaker je mening kunt geven”. Dat kan dus nu over dit verdrag. Ook dit idee krijgt een uiterst lauwe ontvangst.

Verdwijnt het verdrag in de prullenmand?

Alle hysterie uit het publieke debat is hier totaal verdwenen. Jasper van Dijk legt de gevolgen van het referendum uit: “de uitslag is alleen een advies, de regering hoeft er niks mee te doen”. Volgens Jasper gaat het verdrag bij een ja gewoon door en bij een nee moet de regering er nog een keer naar kijken: “het verdwijnt niet meteen in de prullenbak,” maar: “er komt wel een grote discussie als ze het verdrag dan willen houden zoals het is”.  Jasper denkt dat het verdrag misschien moet veranderen als er een nee komt. Niemand reageert erop.

In de vele debatten over Oekraïne zou Jasper direct repliek krijgen: het is zeer de vraag of er iets aan het verdrag te veranderen is. Velen denken zelfs van niet. Maar in deze zaal luisteren de scholieren zonder moeilijke vragen te stellen. Jasper meldt later dat Oekraïne een verdeeld land is. Nu komt er wel kritiek: Judith Sargentini meldt dat 70 procent van de Oekraïners volgens opiniepeilingen voor het verdrag is. Dit tafereel herhaalt zich: hoe zit het nou met de Oekraïense plofkippen? Jasper vindt die kippen slecht en Judith probeert uit te leggen dat het verdrag probeert die situatie te verbeteren.

Plofkippen en tegenstrijdige informatie

Nu komt een docent in actie: “dit gaat over het hoofd van de leerlingen heen”. Dit laat het probleem zien van debatten over een thema waar niemand ervaring mee heeft en waar niemand veel van weet: het verwijt aan de politici is terecht, maar eigenlijk betekent het dat Judith haar mening niet kan geven. Als er tegenstrijdige informatie komt, lijkt niemand meer te weten wat we van de Oekraïense plofkippen moeten vinden. De leerlingen zwijgen erover. Een logische reactie: hoe weet je nou wie er gelijk heeft? Het enige wat resteert is verwarring.

Dan is het tijd voor de slotvraag: hoeveel leerlingen zijn er voor het verdrag? Hoewel een kwartier eerder de leerlingen zeiden dat mensen bij referenda wellicht gaan stemmen over dingen waar ze niets vanaf weten, hebben de leerlingen nu wel een mening. Één leerlinge is voor, ruim de helft is tegen. De rest weet het niet. Een meisje legt haar nee-stem opmerkelijk helder uit: “er zijn in Europa al zoveel problemen met vluchtelingen en al die andere dingen. Dit kunnen we er niet ook nog bij hebben.”

Dit jaar doet Chris Aalberts onder de titel Bruslog – Brusselse logica – verslag van Europese politiek in Brussel, in Den Haag en in het land. Chris is momenteel op zoek naar Nederlanders in Brussel.