De arrestatie van Anis B. bewijst dat terroristen ook in Rotterdam een veilig onderkomen kunnen vinden. Dat betekent niet dat er aanslagen in Rotterdam komen, of dat Rotterdam een soort Molenbeek is geworden. Het betekent wel dat er in de islamitische gemeenschap van Rotterdam onderdak verleend wordt aan terroristen. Dat probleem moet bij de kern aangepakt worden.
Nog steeds wordt door politici en overheidsdiensten zoals terrorismewaakhond NCTV stug volgehouden dat jihadisme niets met de islam te maken heeft. Frits Bolkestein schreef er in 2015 een (nog steeds zeer actueel) opiniestuk over. Bolkestein citeert onderzoek waaruit blijkt dat nagenoeg alle islamitische geleerden onderschrijven dat de jihad, de heilige oorlog, inherent deel is van de islam en dat ook gematigde moslims in meerderheid begrip en soms zelfs sympathie hebben voor aanslagen zoals die op Charlie Hebdo. Bolkesteins conclusie was dat we bij de omgang met de islam naar de feiten moeten kijken, en dat die feiten aangeven dat veel moslims jihadisme onderschrijven of tolereren.
De arrestatie van Anis B. bewees dat een terrorist ook in Rotterdam onderdak kan vinden. Dit is mogelijk omdat er parallelle samenlevingen gevormd zijn: delen van de stad waarin heel andere normen en waarden gelden en waarin de rechtsstaat soms heel ver weg van de dagelijkse realiteit staat. Die samenklontering gebeurt op basis van gedeelde islamitische overtuigingen.
Veel mensen in Molenbeek wisten dat Abdeslam zich gewoon in hun wijk verborgen hield: genoeg mensen in die kleine kring waren bereid een terrorist met bloed aan zijn handen onderdak te geven. Zelf pleegden de buren van Abdeslam en familieleden geen aanslagen en wellicht waren ze het oneens met zijn geloofsopvattingen, maar ze tolereerden zijn gruweldaden wel. Ter vergelijking, in hetzelfde soort gemeenschap worden mensen verstoten als afvalligheid en seks voor het huwelijk: de islamitische cultuur legt veel nadruk op de eer van de familie en gemeenschap. Waren de aanslagen van Abdeslam dan níet erg genoeg om hem te verstoten?
Het probleem kan gesust worden door meer te investeren in de politie, zoals de Haagse burgemeester Van Aartsen laatst betoogde, of door meer cameratoezicht en veiligheidscontrole toe te passen. Meer dan omgaan met het status quo is dat echter niet: eigenlijk is het fout dat we überhaupt met islamitische enclaves te maken hebben. Waarom pakken we die niet direct aan?
De islam verdient dezelfde behandeling die het christendom hier sinds de Verlichting gekregen heeft: het geloof is de kernreden voor het bestaan van parallelle samenlevingen en moet daarom geargwaand worden. Moskees zouden een stuk strenger gecontroleerd kunnen worden, er kan bij het toewijzen van sociale huurwoningen en bij de bouw van nieuwe sociale huurwoningen meer op gelet worden dat er geen samenklonteringen van moslims ontstaan en het onderwijs heeft de taak kinderen te leren dat geloof een keuze is, niet iets waar je mee geboren wordt. Welke specifieke maatregelen genomen moeten worden weet ik niet precies, maar de eerste stap van het oplossen van een religieprobleem is erkennen dat het een religieprobleem is: in dit geval een islamprobleem.
Islamitische problematiek moet als zodanig geïdentificeerd en getackeld worden. Alleen op die manier kunnen we voorkomen dat Rotterdam, maar ook andere Nederlandse steden, broeinesten zoals Molenbeek worden. Alleen op die manier temmen we de islam en maken we korte metten met parallelle samenlevingen.