De premier van IJsland is dinsdag afgetreden. Dat meldt de BBC. De positie van Sigmundur David Gunnlaugsson werd zondag aan het wankelen gebracht door de onthullingen in de zogenoemde Panama Papers. Hij is de eerste politicus die na het verschijnen van de onthullingen het veld ruimt.
Uit de Panama Papers blijkt dat Gunnlaugssons echtgenote Anna een bedrijf heeft dat obligaties bezit van drie IJslandse banken die door de recessie omvielen. De premier steunde een beweging die schuldeisers van deze banken, waaronder Nederland, wilde uitbetalen. Daardoor had hij tevens een persoonlijk belang bij uitbetaling van schulden.
Gunnlaugsson vroeg dinsdag president Ólafur Ragnar Grímsson het parlement te ontbinden en zo de weg vrij te maken voor vervroegde verkiezingen. De president weigerde dat omdat hij eerst in overleg wilde met de belangrijkste partijen.
Kort daarna kwam het nieuws dat Gunnlaugsson was afgetreden.