‘Voor de islam hier intrad kenden we het fenomeen niet van de kindbruidjes, eerwraak, clitoridectomie, gedwongen huwelijken, shariazones met dito rechtbanken, eremoorden, ‘nieuwe’ jodenhaat, no-gozones, overvallen op bejaarden, het natuurlijke en spontane bedreigen van vrouwen, de latente agressie van één groep, islamcriminaliteit, een perverse vorm van slachtofferschap waarop de christelijk-socialistische ziel gewillig intekent, vormen van slavernij, ingenieuze vormen van jihad (die door het establishment niet herkend worden) en het fenomeen van taharrush‘
In 1936 schreef de Duits-Oostenrijkse filosoof Edmund Husserl (gestorven in 1938) zijn allicht bekendste werk Die Krisis der europäischen Wissenschaften und die transzendentale Phänomenologie, voor de leek een misschien wat moeilijke titel, maar bij nader inzien is wat Husserl betoogde zo klaar als een klontje.
Husserl verschafte in dit werk een helder inzicht in de problemen van de moderne tijd, en met betrekking daartoe analyseerde hij de opkomst van de moderne natuurwetenschap. Hij oordeelde namelijk dat de nieuwe grondgedachte (Selbstverständlichkeit) die door Galilei werd geïntroduceerd er in eerste instantie op neerkwam dat de natuur mathematiseerbaar was. Dat genereerde een nieuw Leitbild met, volgens Husserl, een verborgen vooronderstelling. De perfecte wereld immers die door de wiskunde in bijvoorbeeld een geometrisch ideaal geconstrueerd wordt (een perfecte driehoek bijvoorbeeld) is een grensgestalte, een ideaal. Immers: in de gewone, alledaagse wereld doet zich zo’n perfectie niet voor, en is er eerder sprake van gradualisme.
De concrete ervaring wordt met andere woorden door de geometrie als wetenschap zoveel mogelijk overstegen. De wetenschap ‘verwordt’ op die manier tot een verzelfstandigd rijk, een rijk van zuivere figuren. De exactheid van de wiskunde bereiken we nooit in de dagelijkse ervaring van de concreet aanschouwelijke wereld. De band met de oorspronkelijke wereld wordt dus losgelaten. De zuivere wiskunde wordt uiteindelijk een vertrekpunt dat op concrete verschijnselen kan worden toegepast en geen eindpunt.
Zuivere geometrie als afgeleid fenomeen (van de praktijk) leidde in fine tot een averechtse situatie: praktische meetkunde werd toegepaste geometrie. De zuivere geometrie is op die manier primair geworden en de toepassing secundair.
Anders gesteld: het abstracte wint het van het concrete en dat zuivere rijk gaat nu de concrete werkelijkheid op aprioristische (en apodictische) wijze reconstrueren, waardoor het wispelturige en plastische karakter van het alledaagse wordt overruled. Dat terughalen van het concrete (de zinnelijke wereld) is de doelstelling van de fenomenologie, want die wereld werd ondergeschikt gemaakt aan de wereld van het exacte en het ideale.
Deze laatste modus operandi wordt gretig toegepast in de alfawetenschappen, waarin de frenetieke utopische maakbaarheids- en gelijkheidsidee de pendant is van de zuivere en bijna angelieke wereld van de zuivere wiskunde, waarbij duidelijk is dat het ineenknutselen van het alfa-nirwana over mensen gaat en de sociaal-constructivistische experimenten die hiermee gepaard gaan brandstof leveren voor de hel op aarde. De concrete wereld van de alledaagse mens wordt in de utopische modus operandi dan verdronken in een idealiserend denken dat zich ver weg beweegt van diens noden en ervaringen, en van zijn goodwill, die tergend op de proef wordt gesteld. Want wil deze concrete mens vanuit een christelijk-humanistisch ethos bijvoorbeeld graag mensen helpen, dan wordt hem door elites die zelf geen poot uitsteken gesuggereerd dat hij zichzelf eigenlijk nooit voldoende opoffert, dat hij niet zelfdestructief genoeg is. Het masochisme kan altijd nog intenser.
Concreet: het is één ding mensen in nood te helpen, iets héél anders is het de eigen beschaving onder de voet te laten lopen door hordes testosterongedreven mensen, meestal moslims, die de perfecte incarnatie zijn van de apocalyptische stampede in Jean Raspails profetische roman Le camp des saints uit 1973. Voeg daarbij de vooruitzichten zoals die geschetst worden in Michel Houellebecqs Soumission, namelijk de opportunistische en bijna zachte overgave door de elites aan de islam, de ‘pre-emptive submission’, plus de postmoderne chaos van andere maatschappelijke turbulenties (zoals onder andere beschreven in de romans van Anthony Burgess en J.G. Ballard), en de cocktail die we zullen moeten drinken zal giftiger zijn dan het vocht in Socrates’ beker.
Niet voor niets denken vele Europeanen aan uitwijken naar een ander continent. Ballard beschrijft in één van zijn romans het na-oorlogse Londen als ‘Boekarest met een kater’. Welnu, Molenbeek en de mix van politieke religie en criminaliteit begint daar al stilaan op te lijken.
Waar het frenetieke linkse egalitarisme het grootst is, waar mannen en vrouwen volledig gelijk moeten zijn (niet te verwarren met gelijkwaardig), namelijk in Zweden, daar is ook de verkrachtingsratio het grootst (alleen het Zuid-Afrikaanse Lesotho staat hoger). Het soort man dat er geconstrueerd wordt, op straffe van uitsluiting door links, is lang niet krachtig genoeg meer om de vrouw te beschermen.
In het Duitse parlement glorieerde de groene Stefanie von Berg in een bui van pedagogische hysterie en gevoelscultuur: over twintig-dertig jaar, zo oreerde ze, zou er in de Duitse steden nergens nog een etnische Duitse meerderheid zijn. Dat was eerlijk gesproken, al is het wel een erg vreemde preferentie waarvan Frau von Berg blijk geeft: blijkbaar wil het establishment, spijts alle tegenindicaties, graag in de leugen van de multiculturalistische verrijking blijven geloven – een leugen die men zo graag aan de kaak stelde wanneer het om het pure communisme ging. Vaclav Havel wilde in de waarheid leven, maar dat verlangen is blijkbaar al lang bij het grof vuil gezet.
In Europa echter heerst het macabere feest der ontkenning. De kinderloze Merkel wil met het oog op de nieuwe samenleving zelfs graag elke Stasi-methode toepassen die dat sociaal constructivisme waarin ze opgegroeid is, kan bevorderen, en zoals dat in nazi-Duitsland ook het geval was spelen politie- en inlichtingendiensten dat spel gretig mee door de dissidentie te criminaliseren. Samen met een op hol geslagen christelijk-protestantse deugd, waarvan Merkel vom Kopf bis Fuss is eingestellt, is ook dat een fatale combinatie: de methoden van de Stasi, aangelengd met hysterisch hyperhumanisme.
In het kanseliersambt, zo betoogde Sloterdijk beeldend en verwijzend naar de Saint-Exupéry, hebben we een nieuwe kleine prins – die samen met de ‘lifestyle left’ aan een gewetensarme stupiditeit laboreert. Merkel is in die zin een omgekeerde Hitler: incarneerde de tweede het absoluut kwade, dan bekleedt Merkel het absoluut goede, maar de uitkomst is op lange termijn even noodlottig.
De kinderloze Mutti representeert perfect de Europese demografie. De vrouw die van Grieken uiteraard geen Duitsers kon maken, wil nu van Afghanen Duitsers maken. Het oriëntalisme dat men in de negentiende eeuw vooral aantrof bij kunstenaars, geleerden en gedesillusioneerde victoriaanse aristocraten en officieren, vindt men vandaag terug bij establishment, dat ervan overtuigd is dat een ten diepste patriarchale en jihadistische cultuur met een cursusje sociaal-pedagogie recht zal worden getrokken, terwijl de achterstand die moslims hebben niet te wijten is aan welke socio-economische achterstelling ook, maar het gevolg is van de verlichtingsvijandige islam zelf. Het bewijs ligt in de achterlijkheid van zowat alle islamitische landen. De islam is een collectieve dwangneurose. Het bewijs daarvan ziet men onder andere in de banlieues: mentale gevangenissen in open lucht.
De omkering die zich in de wetenschappen voltrok, deed dus ook opgeld in de alfawetenschappen, maar zonder het succes van de bèta’s. De utopie ging met alle concrete ervaringen aan de haal en maakte ze zelfs via allerlei nieuwe begrippen verdacht (‘islamofobie’ bijvoorbeeld, is een strijdterm van de Organization of Islamic Cooperation (OIC), een perfide organisatie die elke kritiek op de islam wil bannen; maar er is daarbij wel een heel politiek correct keuzemenu: men kan ook ‘racist’ worden genoemd of ‘xenofoob’ of ‘fascist’).
De concreetheid en de ervaringen in het veld, waarover antropologen ons zo graag kond doen, werden overruled door het utopische denken dat gestalte moest geven aan de frenetieke maakbaarheid van mens en maatschappij. Vanaf het moment dat de verwijdering en het wegwuiven van de concrete ervaringen noodzakelijkerwijze aanleiding gaf tot een situatie waarin de mens in het Procrustesbed van de maakbaarheidsutopie werd gemangeld, kon het progressieve gedachtegoed als wereldvreemd en zelfs fascistisch worden aangemerkt.
Dat was zeker al zo in bepaalde Verlichtingsideeën met hun romantische voluntarisme, maar meer nog in socialistische en communistische experimenten met mens en maatschappij. Het werd gecontinueerd in de nieuwe utopie van het multiculturalisme, een ideologie die volledig verziekt werd door de komst van de islam, een oorlogsdoctrine die vanuit de westerse conceptuele kaders blijkbaar niet herkend kan worden en die, in tegenstelling tot de alledaagse ervaringen van de concrete mens, zelfs als positief werd verwelkomd door zowat alle elites. Die vonden in de migrant/allochtoon/vreemdeling een welkome gast.
De ene ‘verwelkomer’ was de typische links-revolutionaire romanticus die hem steevast als underdog, uitgebuite en achtergestelde sukkelaar beschouwde; de andere ‘verwelkomer’ applaudisseerde omdat het arbeidsreservoir werd aangedikt en daarmee de downsizing van het sociale. Het was ook alsof de zintuigen van de concrete mens door de intelligentsia onteigend werden, juist omdat ze hun nieuwe utopie via allerlei kanalen door de strot duwden – zoals dat ook het geval was geweest bij het stalinisme bijvoorbeeld. Lees het Vlaamse dagblad De Standaard en u heeft het Staatsblad van de Islam in handen. Bekijk elk duidingsprogramma van de Vlaamse publieke omroep VRT en de wegkijkers en negationisten die de islam uit de wind moeten zetten (waar blijft men ze toch vandaan halen?) doen de modale kijker met gezond verstand zowat ontploffen. Een tegenstem zult u niet horen.
Utopieën zijn meestal totalitair van karakter en door de geschiedenis heen werden heel wat intellectuelen er door aangetrokken, zeker in de arcana van de EU en in het progressieve denken, waar men allerlei wetgeving uitdoktert om de tekentafelideeën te kunnen handhaven. Daardoor moet de freedom of speech zo nodig sneuvelen. Het Centrum voor Gelijkheid van Kansen en Racismebestrijding (CGKR, nu Unia) is zo’n inquisitoriaal en akelig orwelliaans gremium waarin allerlei do-gooders eigenlijk sovjetpraktijken hanteren. Islamcritici probeert men de mond te snoeren.
Nogmaals: de islam is blijkbaar aantrekkelijk genoeg om heftig verdedigd te worden door de westerse intellectueel: én wegens zijn totalitair karakter maar vaak ook omdat men volslagen onwetend is over de oorsprongsbronnen en men graag de sprookjes gelooft die men hem voorhoudt. Het debat erover wordt ook zelden met argumenten gevoerd, precies omdat men blijft uitgaan van algemene simplistische leugens (“De islam is een monotheïsme zoals jodendom en christendom bijvoorbeeld” en: “Elke religie heeft zijn perverteringen”), die zelfs bij oppervlakkige studie niet overeind blijven. De cognitieve dissonantie is dan ook megagroot.
Zelfs wanneer Arabische intellectuelen als Houria Abdelhouahed, Wafa Sultan, Fethi Benslama, Malika Sorel, Zohra Bitan, Lydia Guirous, Boualem Sansal, Moustapha Safouan, Hamid Zanaz, Sihem Habchi, Fadela Amara of Necla Kelec (et j’en passe beaucoup), of bedachtzame auteurs als Czeslav Milosz, György Konrad of Imre Kertesz uitdrukkelijk stellen dat de islam een agressieve ideologie is die op zijn minst heftig in vraag moet worden gesteld omdat deze veroveringsleer het Westen op allerlei manieren uitput en codes bevat die haaks staan op de liberale rechtsorde, dan nog zal de narcistische betweterige westerse intellectueel nuffig de tribale islam blijven verdedigen.
Is dat misschien geen vorm van racisme: het beter weten dan die arme ervaringsexpert uit een andere cultuurkreis? En is het niet bijzonder vreemd dat iemand die zich verzet tegen een retrograde islam door de politiek correcte neostalinisten ‘extreemrechts’ wordt genoemd? In de negentiende eeuw was het verzet tegen de katholieke kerk, en tegen religie in het algemeen, links-liberaal, socialistisch of anarchistisch. Vandaag zou het verzet tegen de islam dan plots rechts zijn geworden?
Links is vandaag door zijn irrationele verdediging van dit geïmporteerde supremacistische systeem, dat in zijn aard gelijkaardig is aan communisme en nationaalsocialisme en waarvan zowat elke moslim op zijn minst cultureel doordrongen is, én door zijn volslagen onkunde om de ware natuur ervan te ontdekken, dus eigenlijk rechts geworden. Er is dan ook een merkwaardige renversement des alliances bezig, waarbij progressieven die wakker zijn geworden en de heersende criminele wegkijkcultuur aanklagen een verbond aangaan met conservatieve krachten die identiteit beklemtonen.
Wanneer Bart Sturtewagen van De Standaard jeremieert dat culturen toch te veel naast elkaar bestaan, dan is hij zo oneerlijk om er niet bij te vertellen dat hij het niet heeft over de Chinese, de Portugese of Poolse cultuur, want daar heeft de burger immers geen last van. Hij heeft het impliciet over de islam en zijn moslims, want die zijn, op uitzonderingen na (die door types als Sturtewagen gedachteloos in de steek worden gelaten) niet inpasbaar in een cultuur die op een heel andere manier functioneert dan de koran, de hadith of de shariahandboeken voorhouden.
Deze religieuze cultuur werd vanaf de geboorte als een rooster over het hoofd van de moslim getrokken en wie er vanaf wil door apostaat te worden, moet volgens de islamitische wet worden gedood en wordt door de politiek correcten laf genegeerd. Zeggen die islamignoranten immers niet dat de islam een ‘religie van de vrede’ is en dat de bronnen ervan vertellen dat wie één mens doodt de hele mensheid doodt? Een aperte leugen want deze uitspraak is volslagen gedecontextualiseerd, maar ze doet het goed in debatten waarin iedere niet-moslim plots theoloog is, terwijl in dat soort scrimmages de opgevoerde imams ons een rad voor de ogen draaien.
Voor de islam hier intrad (“Fools rush in where angels fear to tread“) kenden we het fenomeen niet van de kindbruidjes, eerwraak, clitoridectomie, gedwongen huwelijken, shariazones met dito rechtbanken, eremoorden, ‘nieuwe’ jodenhaat, no-gozones, overvallen op bejaarden, het natuurlijke en spontane bedreigen van vrouwen, de latente agressie van één groep, islamcriminaliteit, een perverse vorm van slachtofferschap waarop de christelijk-socialistische ziel gewillig intekent, vormen van slavernij, ingenieuze vormen van jihad (die door het establishment niet herkend worden) en het fenomeen van ‘taharrush‘, ook al doen de westerse zelfhaters en oikofoben nog zo hun best om ook bij ons gelijkaardige fenomenen aan te wijzen: het blijft een pover zwaktebod, want alle juridische westerse kaders veroordelen dit soort uitwassen op de strengst mogelijke wijze en men kan er altijd een beroep op doen.
Ik herlees Brief aan mijn dochter van Jaffe Vink uit 2001 en ik stel met verbijstering vast dat het onheil dat hierin aangeklaagd werd alleen maar erger en meer sinister is geworden. Dat ging overal zo waar de islam zijn veroveringen begon, met een tactiek en een strategie voor elke situatie. Vraag het de Javaanse, vraag het de Indische, vraag het de Perzische, vraag het de christelijke en joodse cultuur in de Arabische wereld, vraag het de oorspronkelijke negerculturen in Afrika met zijn islamitische slavernij (tot vandaag!), die erger was dan de westerse ooit geweest is. Wat de islam daar uitvrat, was allemaal netjes gebaseerd op zijn oorsprongsbronnen.
Eén ding echter was en is zeker: de uitputting van elke beschaving waarop de islam zich entte – op financieel, economisch, cultureel, juridisch, psychologisch en demografisch vlak. Hoveniers weten wat ‘enten’ is: men neemt alles weg wat men niet wil of nodig heeft, en op de gezonde stam plaats je de parasiet. Een lid van de islamitische sluipmoordenaarsbrigade, Tariq Ramadan, beschreef dit proces bijna letterlijk in zijn boekje Een jihad van vertrouwen. De islam haat het Westen, kost immens veel geld en ergernis, en bezet de hoofden van de mensen, die er wanhopig van worden. Het is het ergste wat een beschaving kan overkomen.
Tenslotte bestond het communisme maar zeventig jaar en het nationaalsocialisme heerste nog veel korter. De islam echter usurpeert al veertienhonderd jaar alles wat het op zijn weg vindt en geen cultuur werd er ooit beter van, integendeel. Hij laat tientallen miljoenen doden achter en slaagt erin het zover te laten komen dat de westerse intellectueel bij elke bomaanslag of islamitische wreedheid vertwijfeld naar zijn hoofd grijpt en zich afvraagt: “Wat hebben wij verkeerd gedaan?”
We blameren liever onszelf dan het islamitische gif aan te wijzen dat de wreedheid veroorzaakt.
In Spanje bereikt de werkloosheidsgraad onder jongeren grote hoogten, maar toch blazen Spaanse jongeren zich niet op. Misschien heeft het dan toch iets met de islam te maken? Maar sedert het gelaïciseerde Westen niet langer kan begrijpen dat wat voor ons een epifenomeen is voor een bepaalde ideologie, vermomd als religie, een heel hard fenomeen is, en dat het dus niet een afgeleide is van iets anders (bijvoorbeeld de economie, naar goede oude marxistische gewoonte), is het ook niet in staat de islam met zijn patriarchaal machismo aan te wijzen als veroorzaker van het kwaad. En dus blijft alleen het Westen over, dat een grote culpabiliseringsmachine is geworden die zichzelf elke dag verzwakt tegenover een tegenstander die totaal andere culturele codes hanteert, en dat is een understatement. ‘Islamofobie’ is een perverse sociale constructie, maar waarom is er geen term voor de typische islamhaat ten opzichte van christenen of het Westen? Waarom geen christianofobie of occidentofobie? Anti-joods was de mohammedaan al van bij het ontstaan van de islam.
Zolang de moslim de mentale gevangenis van de islam met zijn tribale bedoeïenencultuur niet verlaat, zal hij pathologisch bezig blijven iedereen behalve zichzelf te beschuldigen – en daaraan zal de oecumene, het macramé van de progressieven (en wie is er niet graag progressief?), niets veranderen. Dat tribalistische karakter overheerst elk maatschappelijk fenomeen binnen de islamitische cultuur: van familierelaties tot de samenstelling van de regering (zie Libanon, Libië, etcetera). Deze tribale karakteristieken met hun eer-, wraak- en conflictcultuur en loyaliteit aan de groep vergiftigen het Midden-Oosten. Ze worden samen met de migratie in het Westen geïmporteerd, en dat stond erbij en keek als verbijsterde toeschouwer toe hoe de chaos die door al deze fenomenen gecreëerd werd niet langer te beheersen valt.
Ondertussen wordt onze samenleving in hoog tempo gebeiroetiseerd en wordt de permanente oorlog van de Arabieren hier gewoon gecontinueerd. Wie naar de wereld buiten het Westen kijkt, realiseert zich hoe weinig een mensenleven waard is voor een jihadist. Die mentaliteit wordt nu al decennia getransplanteerd naar het Huis van de Oorlog (‘dar al-harb’), en dat zijn wij – met een totale ontwrichting van onze samenleving tot gevolg, zowel materieel als psychologisch.
Dit alles speelt zich niet langer af in een woestijn maar in onze steden. Het mondiale jihadisme is, zoals de Nederlandse rechtsgeleerde en columnist Afshin Ellian betoogde, met niets te vergelijken hoe graag de westerling vanuit zijn beate algemeenheden dat ook wil doen, want dan kan hij weer maar eens in een zoveelste masochistische bui met de vinger naar zichzelf wijzen. De framing is: er zijn veel goede moslims en veel slechte westerlingen. Het is slecht circus waarbij men de magische verdwijntruc hanteert: men tovert het slechte van de islam in één pensée unique-beweging weg. En klaar is kees: er blijven alleen goede moslims over.
Nog straffer: er zijn alleen maar goede moslims die van ons geen kans krijgen, niettegenstaande de miljarden euro’s die op een of andere manier werden besteed om hen tegemoet te komen. Zonder resultaat, niet omdat we het niet goed deden maar omdat de islam zich vanuit zijn aard nooit echt kan aanpassen, en als dat onder vervelende omstandigheden toch eens gebeurt, dan doet men het ofwel omdat men écht niet anders kan ofwel primair uit tactische redenen. In een schaamtecultuur kan dat immers makkelijk en volgens vele islamitische bronnen is het ook geoorloofd.
Dat Westen heeft, zoals dat in de natuurwetenschappen gebeurt, een paradigmawissel nodig. Tot nog toe ziet men daar geen enkel spoor van. De gepalestiniseerde media herhalen als een communistische automaat dezelfde obsolete mantra’s. Via paradigmawissels gaan de bètawetenschappen vooruit. De alfawetenschappen echter blijven niet alleen politiek correct ter plaatse trappelen, ze stellen ook niets meer voor en worden vaak vanuit een politiek correcte en dus sterk bepaalde ideologische agenda opgetekend.
Immigratie en integratie verlopen nooit soepel. De immigratiegolven van bijvoorbeeld de hugenoten in Nederland verliepen ook niet van een leien dakje, maar ze zijn onvergelijkbaar met de huidige migratiegolven die onder andere een verdoken vijfde colonne met mondiale aspiraties en een sinistere agenda opleveren. Men mag dat niet openlijk zeggen, en juist daarom hanteert de modale westerling zijn eigen ‘taqiyya’: hij zegt niet langer wat hij werkelijk denkt. In die zin neemt hij een structuurelement van de islam vlotjes over, zoals de politiek correcte agitprop het totalitaire van de islam weerspiegelt.
En de mainstream media houden zich ondertussen driftig bezig met het uit de wind zetten van de islam. Ze hebben er een dagtaak bij, ook al zijn ze totaal onwetend met betrekking tot dit systeem, waarvan de Algerijnse auteur Kamel Daoud aantoonde hoe geseksualiseerd het is: de islam is inderdaad bezeten door dit materialistische aspect van het leven, een existentieel facet dat hij niet alleen graag in het hiernamaals beleeft met zijn cohortes maagden (die blijven eeuwig jong, en wat de man betreft: die geniet van een eeuwig priapisme), maar dat hij ook in dit ondermaanse con gusto beleeft, zeker als het om westerse vrouwen gaat, want dat zijn in die krankzinnige hoeri-versie allen hoeren of slavinnen. Vele soera’s uit de koran tonen dat emblematisch aan. Welk ander systeem zou immers een speciale term hebben voor het systematisch angst aanjagen van vrouwen via verschillende omsingelingen? In Keulen kennen ze dat woord nu wel zeker: het heet ‘taharrush’.
We zijn nu decennia verder en we hebben honderden rapporten, beleidsnota’s, statistieken en onderzoeksverslagen van allerlei alfa’s achter de rug. Migranten en allochtonen werden doodgeknuffeld via een cultuur die wij vanuit onze conceptuele kaders soepel hanteren, namelijk de polder- en pacificatiecultuur. Die pakt echter niet op een machistische veroveringscultuur, en dat zullen we nu al zolang geweten hebben. Tientallen miljarden werden gespendeerd aan het recht trekken van wat uitermate krom bleek te zijn. De enige consensus is dat niets hielp. E pluribus unum? Vergeet het.
Misschien tijd voor een paradigmawissel? It’s the Islam stupid! En vanuit die analyse kan men dan eindelijk de juiste maatregelen treffen, het neomarxisme achter de rug laten en inzien dat integratie het islamitische terrorisme niet oplost. Dat ontstaat immers niet uit wanhoop maar uit hoop, zoals ook bijvoorbeeld de RAF-moordenaars vanuit een (linkse) utopie handelden. Dat waren meestal ook geen gewone luitjes, en hadden vaak doorgestudeerd. Idem dito voor de Italiaanse Rode Brigades.
Er is echter in de hele wereldgeschiedenis geen enkele terroristische groepering te vergelijken met de islamitische sluipmoordenaars, ook niet de anarchisten zoals de brave Marc Reynebeau denkt. Elk soort bekend terrorisme (ETA, IRA, anarchisten, Tamil Tijgers, Naxalieten) duurde in vergelijking met het lange bestaan van de islam heel kort of betekende uiteindelijk niets meer. Het had meestal een beperkte recruteringskracht en eindigde ofwel met uitroeiing of met een politiek compromis. Jihadisten echter hebben een ruim recruteringsdomein waarin zowel actieve als passieve actoren aan het werk zijn.
De islamterroristen zwemmen daarbij erg maoïstisch in het omgevende islamitische water. Het Westen is in dat verband ook vergeten wat religie is: passie, overtuiging en verlossing – en precies dat vindt men terug in de islam en bij vele moslims vandaag. De moslim die vandaag cultureel integreert (hij drinkt bier, gaat naar de disco, kent de populaire cultuur, gaat naar school en beweegt zich vlot te midden van de bevolking) is daarom nog niet religieus geïntegreerd en als hij jihadist wordt, komt hij vaak van goeden huize of heeft hij gestudeerd en is misleiding zijn doel. Zijn politiek is religieus, zoals in de goede oude mohammedaanse tijd, weer opgepikt door bijvoorbeeld de Moslimbroederschap.
Culturele desintegratie leidt tot misdaad, banditisme en werkloosheid: het blaast geen luchthavens op. Het zijn, zoals Daniel Greenfield opmerkte, meestal leden van de middenklasse met geld, veel vrije tijd en sloten zelfachting die islamiseren en ‘jihaderen’. Zoals links vroeger koesteren zij de gevaarlijke utopie van een nieuwe ‘inrichting’ van de wereld. Het is dan ook niet moeilijk te begrijpen waarom een lichtgewicht als Federica Mogherini als ‘vroegere’ gauchiste de kokette uitspraak deed dat de politieke islam in Europa ‘should be part of the picture‘. De Moslimbroederschap als een mohammedaanse versie van CDA of CD&V, zo denkt de onnozele westerling, zich vastklampend aan zijn conceptuele kadertjes.
Ook een paar westerse bekeerlingen werden islamitisch terrorist en dat wijst er toch op dat integratie niet echt het probleem kan zijn. Dat terrorisme wordt niet veroorzaakt door een falende integratie maar door een bewuste desintegratie. Het is geen negatieve maar een positieve keuze!
Ook hier weer is duidelijk dat de islam als religieuze ideologie (met veel wetten en nauwelijks ethiek) niet, zoals zovele misleide westerlingen poneren, als een epifenomeen mag worden beschouwd, maar dat het een primair gegeven is. Ook nu weer is duidelijk dat het conceptuele kader van de modale westerse hermeneut absoluut niet toereikend is om ook maar een begin van een inzicht te verschaffen. Hij blijft immers zoetgevooisd in zijn eigen oecumene geloven, ondanks alle tegenindicaties. Wij zijn voor de islam immers ‘de vrienden van de satan’, en hoe je die visie mild zou interpreteren blijft me een raadsel van de hoogste orde…
In de Conseil à celui qui réside dans un pays non-musulman (sjeik Mohammed Ali Ferjous, professor islamitische wetenschappen aan de universiteit van Algiers), kan men lezen dat wonen en werken in een niet-islamitisch land één van de ergste perversiteiten is en dat men geen niet-moslim te vriend mag hebben. Het wordt te koop aangeboden in de betere islamitische boekhandel, niet ver van de Beurs waar de gutmenschen rouwden met waxinelichtjes en teddybeertjes en zichzelf graag in de illusie begroeven dat we allen één zouden moeten zijn, moslims en niet-moslims – een schone gedachte, maar een onnozele. Aan de beurs zong de edele westerling (vooral vrouwen) samen met moslims een nasheed, in dit geval een triomfalistisch islamlied dat naar men zegt de ansar (helpers) van Mohammed zongen toen hij Medina binnenreed na de slag bij Tabuk. Ik verdenk die brave zangers er niet van dat ze zich realiseerden wat ze zo samen jubelden, en dat is precies het probleem…koorknapen noemt men dat.
Het is logisch: vanuit zijn beginselen kan de islam niet anders dan ons verwerpen en plots, omdat wij het weer even vergeten waren, slaat dan het jihadisme toe, als ‘sudden jihad syndrome’ van de zogenaamde ‘lone wolf’ (die natuurlijk is ingebed in zijn islammilieu en dus niet zo alleen is als men graag aanneemt) of als georganiseerde jihad – en die hebben we in Zaventem en in Maalbeek nog eens aan het werk gezien.
De islamisering van onze samenleving echter is al zo ver voortgeschreden dat niemand aan beide kanten nog op zijn stappen terug kan komen. De islam is immers onveranderbaar en eeuwig, en welke moslim ook die dat zou afstrijden, mag als een afvallige worden beschouwd en gedood. Goede wil zal bij die brave moslims echt niet genoeg zijn en ik wacht nog steeds op de al jaren aangekondigde Europese versie van de islam. Er wordt almaar over gezeverd, maar iets concreets komt er niet uit de bus.
Maar ook de westerse elites kunnen niet terug, want dan zou men niet alleen moeten toegeven dat men niet goed heeft opgelet bij de islam, maar men zou ook moeten durven zeggen dat dit zogenaamd religieuze systeem eigenlijk een veroveringsideologie is en derhalve absoluut niet integreerbaar. Wie dat vandaag echter zou beweren, krijgt alle politiek correcte inquisiteurs op zijn dak en een stigma van Unia. En dat heeft men liever niet: we laten onze hersenen liever even poreus zijn als onze grenzen dan dat te moeten toegeven. De eerste politicus die dat aandurft, is zijn leven niet zeker.
De islam is geen lutheranisme met wat Arabisch erbij (Daniel Greenfield). Wie dat denkt, zal nog vele malen het hoofd schudden bij islamterrorisme, als hij of zij dan nog een hoofd heeft tenminste. En het klopt: de slaap van de rede brengt, zoals Goya het uitbeeldde, inderdaad monsters voort. De islam zit vol goyeske vleermuizen, symbolen van onwetendheid. Het is een omineus beeld, maar dat wist de modale man of vrouw al wel langer.
Bekijk ook: Wim van Rooy in gesprek met Jan Roos
Wim van Rooy
Waarover men niet spreekt: bezonken gedachten over postmodernisme, Europa, islam
Uitgeverij De Blauwe Tijger