Het kabinet is niet van plan om op korte termijn de goedkeuringswet voor het associatieverdrag met Oekraïne in te trekken. Dat zei minister-president Mark Rutte woensdagavond tijdens het debat over de uitslag van het referendum. Rutte wil eerst in Brussel onderhandelen. “Als we nu intrekken zijn we het entreeticket naar die gesprekken kwijt. (-) Nee is nee leidt er toe dat Nederland buiten spel staat. De andere optie is ‘Nee en met dat nee moet iets gebeuren’.” Ook wil hij het Britse referendum in juni over de Brexit afwachten. “Geef ons die kans”, vroeg hij de Tweede Kamer. Coalitiegenoot PvdA was de enige bereid hem die kans te bieden.
Onder leiding van SP-Kamerlid Harry van Bommel diende de gehele oppositie vervolgens een motie in die stelt dat Mark Rutte en zijn kabinet zo spoedig mogelijk gehoor moeten geven aan de uitslag van het referendum. Van Bommel zei dat Rutte vaker problemen doorschuift. “Dit keer ten koste van de kiezer. ” Rutte blaast volgens de SP’er nu de referendumwet op. Van Bommel: “Dat is woordbreuk en politiek vandalisme.” PVV-leider Geert Wilders kondigde vervolgens – geen verrassing, het is overigens zijn 27ste – een motie van wantrouwen aan. De motie van wantrouwen van Wilders haalde het niet.
De Kamer zal dinsdag over de motie van de oppositie stemmen. Een of meer dissidente PvdA’ers zou het kabinet dan danig in de problemen kunnen brengen.
PVV-leider Geert Wilders sloot eerder in het debat niet uit niet uit dat minister-president Mark Rutte een ambtsmisdrijf pleegt door te treuzelen met een kabinetsuitspraak over de uitslag van het referendum over het Associatieverdrag met Oekraïne. Volgens de Referendumwet moet het kabinet namelijk ‘zo spoedig mogelijk’ met een reactie op de uitslag komen door de voorliggende wet in te trekken of in werking te laten treden.
D66-Kamerlid Kees Verhoeven wees op de verdeeldheid van het Tegen-kamp. Verhoeven vindt – schreef hij ook al een dag eerder – dat het kabinet met de verschillende tegenstanders (Geenpeil, Burgercomité EU, Thierry Baudet) om de tafel moet om de verschillende bezwaren te inventariseren.
Partij voor de Dieren-voorvrouw Marianne Thieme pareerde de D66’er door te zeggen dat de beweegredenen van de initiatiefnemers van het referendum er niet toe doen. Het gaat om de uitslag en dat het kabinet deze moet volgen. Thieme: “Het verdrag moet van tafel.”
Onder leiding van SP-Kamerlid Harry van Bommel heeft de gehele oppositie een motie ingediend die stelt dat Mark Rutte en zijn kabinet zo spoedig mogelijk gehoor moeten geven aan de uitslag van het referendum. Van Bommel zei dat Rutte vaker problemen doorschuift. “Dit keer ten koste van de kiezer. ” Rutte blaast volgens de SP’er nu de referendumwet op. Van Bommel: “Dat is woordbreuk en politiek vandalisme.” PVV-leider Geert Wilders kondigde vervolgens – geen verrassing, het is overigens zijn 27ste – een motie van wantrouwen aan.
Het kabinet is niet van plan om op korte termijn de goedkeuringswet voor het associatieverdrag met Oekraïne in te trekken. Dat zei minister-president Mark Rutte woensdagavond tijdens het debat over het referendum. Rutte wil eerst in Brussel onderhandelen. “Als we nu intrekken zijn we het entreeticket naar die gesprekken kwijt.” Ook wil hij het Britse referendum over de Brexit afwachten.
PvdA-Kamerlid Michiel Servaes vindt de uitspraak van de bevolking duidelijk genoeg. Toch heeft Servaes ‘begrip’ voor de extra tijd die Rutte nodig heeft om met een uitspraak te komen. Ook volgt de sociaal-democraat hetD66-voorstel dat het kabinet in gesprek gaat met vertegenwoordigers van het Tegen-kamp. De VVD is hier ook voorstander van.
Voor het referendum zei de PvdA dat ze de uitslag van het referendum zou volgen.
Het Tegen-kamp denkt er het zijne van:
Laat 1 ding duidelijk zijn @michielservaes. Nee-kamp wil niet in gesprek en gaat niet in gesprek. NEE is NEE, was NEE, blijft NEE. C’est ca.
— Bart Nijman (@BartNijman) April 13, 2016
De Tweede Kamer debatteert woensdagavond over de uitslag.
TPO – Rutte wil niet zeggen wat hij met Poroshenko besprak nadat Nederland Nee zei
Hans Wiegel – Waar is het zelfrespect van Kamerleden gebleven?