De Europeanisering van politieke partijen vordert gestaag, al blijven Europese partijen machteloze clubjes, zo zagen we bij de Europese Groenen. De medewerkers proberen de partij belangrijk te laten lijken maar slagen er niet erg in. De Europese partij is hooguit een discussieforum voor leden – nationale partijen – die samen een hele globale lijn vaststellen waar men nationaal niet te veel van mag afwijken. Als een nationale partij zich er niet aan wil conformeren, vertrekt deze uit zichzelf. Macht om iets af te dwingen heeft een Europese partij niet.
Zo zijn er heel veel Europese partijen: de christendemocratische EVP, de sociaaldemocratische PES, de liberale ALDE, de conservatieve AECR en de Groenen. Kenmerk van al deze clubs is dat ze een fractie in het Europees Parlement hebben met tientallen Europarlementariërs, maar dat ze daar niets over te zeggen hebben omdat verkiezingen nu eenmaal nationaal zijn. Een voorbeeld: het CDA zit bij de EVP en dus zitten CDA-Europarlementariërs bij de EVP-fractie. Maar alleen het CDA gaat over de CDA-Europarlementariërs. Niet de EVP.
Hoeveel macht een Europese partij in de praktijk heeft, blijkt als uw verslaggever langsgaat bij de sociaaldemocratische PES. Twee medewerkers vertellen hoe het afdwingen van de “Europese partijlijn” in zijn werk gaat. Bij de PES is de Slowaakse SMER pas korte tijd lid en werd al eens geschorst. De SMER werkte toen samen met extreemrechts en dat mag volgens de regels van de PES niet. SMER trok zich er niets van aan en werd er niet uit de Europese partij geknikkerd.
Inmiddels is de SMER weer in ongenade gevallen omdat leider Robert Fico geen moslims in Slowakije wil opnemen. PES-partijen moeten de principes van de PES onderschrijven, leggen de medewerkers uit. De SMER doet dat heel duidelijk niet. De PES kan nu dreigen de SMER uit de partij te zetten – en doet dat ook – maar in de praktijk hanteert men liever een slap excuus: zolang de SMER lid is, kan de PES invloed blijven uitoefenen op de SMER en haar de juiste weg wijzen. Dat dit tot dusver weinig heeft opgeleverd wordt voor het gemak even weggelaten.
Deze partijen hebben maar één formele taak en dat is sinds 2014 bij elke verkiezing van het Europees Parlement een kandidaat nomineren voor het voorzitterschap van de Europese Commissie. In tegenstelling tot de Groenen is dit bij de PES niet symbolisch, want deze strijdt met de EVP om de grootste fractie en de kandidaat van die fractie wordt voorzitter. De PES maakt een reële kans maar is net kleiner dan de concurrent. De vraag is dus hoe je ervoor zorgt dat je de grootste fractie in het Europees Parlement hebt na de Europese verkiezingen.
Het eenvoudige antwoord is: zorg dat de partijen die in de Europese fractie zitten de verkiezingen winnen. Maar op het presteren van de PvdA bij de Nederlandse heeft de PES geen invloed. Wat de nationale partijen wel gezamenlijk kunnen doen is niet te moeilijk doen over welke partij er deel mogen uitmaken van de Europese PES-familie. Meer partijen vergroot de kans op het aantal sociaaldemocratische zetels en dus ook op een sociaaldemocratische Commissievoorzitter. Met ideologische scherpslijperij wordt de PES nooit de grootste.
Rara waarom wordt een partij als de SMER niet uit de PES gegooid?
Dit jaar doet Chris Aalberts onder de titel Bruslog – Brusselse logica – verslag van Europese politiek in Brussel, in Den Haag en in het land. Chris is momenteel op zoek naar Nederlanders in Brussel.