Smokkelwaar als drugs en mobiele telefoons zijn in grote hoeveelheden beschikbaar in Nederlandse gevangenissen. Dat blijkt uit documenten over vele honderden vondsten in de jaren 2012-2016. Ze zijn op verzoek van het ANP vrijgegeven door de Dienst Justitiële Instellingen (DJI).
De instellingen zijn niet verplicht de vondsten te registreren. Daardoor bestaat er geen compleet beeld. Maar uit de overzichten die sommige instellingen wel bijhouden, blijkt dat verboden waren alom aanwezig zijn.
In de Penitentiaire Inrichting Vught en de voormalige Bijlmerbajes zijn de afgelopen jaren alleen al enkele honderden vondsten geregistreerd. Het gaat daarbij vaak om softdrugs maar soms ook om heroïne en cocaïne. Ook telefoons worden vaak aangetroffen. Vorig jaar bleken gedetineerden uit meerdere instellingen zelfs foto’s te plaatsen op het wereldwijde ‘boevenaccount’ 187gangsters op Instagram.
Bij de drugs gaat het vaak om kleine beetjes, maar geregeld ook om ‘handelshoeveelheden’ van tientallen grammen tegelijk. In Alphen, waar eveneens veel drugs binnenkomen, zijn in 2014 zelfs een keer 144 vermoedelijke xtc-pillen gevonden. In 2012 werden bij een gedetineerde in de voormalige gevangenis van Alkmaar zelfs bolletjes cocaïne met een totaalgewicht van 400 gram aangetroffen. Een andere opvallende vondst in Alphen was dit jaar een jerrycan met inhoud om alcohol te stoken.
Geregeld wordt de smokkelwaar al bij het invoeren ontdekt, maar vaak genoeg ook pas bij een celinspectie. Vaak nemen bezoekers de spullen mee en soms is gevangenispersoneel betrokken. Maar er zijn ook meldingen van drugs en telefoons die simpelweg over de muur worden geslingerd.
Een woordvoerder van het ministerie van Veiligheid en Justitie laat weten: “Dagelijks werkt het personeel van DJI er hard aan om inrichtingen vrij te houden van contrabande. DJI maakt daarbij gebruik van veel verschillende middelen zoals zoekacties, celinspecties, drugshonden en detectors. Desondanks zullen gedetineerden altijd blijven proberen verboden goederen binnen te voeren, omdat er inderdaad altijd vraag naar is. Zij krijgen hiervoor ook hulp van buitenaf. Het is zodoende een constant kat en muis spel.”
