Als ik mensen wil doordringen van het besef dat we in onrustige tijden leven, vraag ik ze of ze wel eens hebben gehoord van de zelfrijdende, elektrische voertuigen in deelbezit. Open deur natuurlijk, maar de vervolgvraag is of ze eens een lijstje willen maken van beroepsgroepen die geheel of bijna geheel zullen verdwijnen als over pakweg 15 of 20 jaar het elektrische, zelfrijdende voertuig in deelbezit een feit is. En dat leidt tot een adembenemend lange lijst van werk dat overbodig wordt, of wordt overgenomen door machines en software. De niet eens complete lijst staat onderaan dit artikel.
Een dergelijke oefening kun je dan ook doen met de gevolgen van internet, automatisering, robotisering, de deeleconomie en 3-D printen voor de zorg, het onderwijs, de bouw, defensie, de retail, de financiële sector en ga zo maar door. Het beeld is verontrustend: ons werk gaat eraan!
Enige relativering is dan op z’n plaats. Technologische hypes worden meestal later realiteit dan we denken. Van de mensen van wie het werk verdwijnt gaat de helft de komende 20 jaar met pensioen. En verder ontstaat er natuurlijk ontzettend veel nieuw werk om in al die sectoren de transitie waar we nu middenin zitten, mogelijk te maken. En er ontstaat nieuw werk, vooral aan de onderkant van de arbeidsmarkt (toerisme, vrije tijd, horeca, persoonlijke dienstverlening) en aan de bovenkant (3-D printen, virtual reality, big data, programmeren).
Voor een samenleving als de onze is de grote kwestie of vraag en aanbod op de arbeidsmarkt op middellange termijn (10 tot 20 jaar) nog voldoende op elkaar aansluiten. Of dat de mismatch die nu in sommige sectoren al bestaat, niet veel groter wordt. En daarna wie het werk gaat doen dat wij niet kunnen doen (India, Indonesië, China) en wat we doen met de mensen die niet zoveel kunnen, althans niet zoveel waar op de markt vraag naar is. Met die laatste groep kun je grofweg twee dingen: dwing ze net zo lang zich om te scholen totdat ze iets nuttigs kunnen, of schrijf ze af, desnoods met een basisinkomen en laat ze verder zelf uitzoeken hoe ze hun bestaan zin geven. Dat belooft de komende jaren een interessante politieke discussie te worden.
Waar zit de groep met het grootste arbeidsmarktrisico? Vier verschillende, langlopende arbeidsmarktonderzoeken komen alle tot dezelfde conclusie. Het eerste (uit 2013) is uit “The growth of low-skilled service jobs and the polarisation of the U.S. labor force” over de periode 1980 – 2005 en laat een langzame maar onontkoombare tweedeling op de arbeidsmarkt zien: er komen meer banen voor hoog- en laag-opgeleiden, en het middenniveau krimpt jaar op jaar..
Het tweede onderzoek is een gezamenlijk project van de statistiekbureaus uit dertien Europese landen. Het laat zien dat het aantal banen van zowel hoger opgeleiden (+ 15%) als lager opgeleiden (+10%) toeneemt, en dat het aantal banen voor de middencategorie afneemt (-20%) over de periode 2000 – 2012. Actueler is een Brits onderzoek dat tot en met 2014 liep. Resultaat: hetzelfde, zij het dat hierin de laagopgeleiden min of meer stabiel blijven (zie de eerste grafiek).
Het vierde onderzoek is van onszelf. We hebben de afgelopen jaren op basis van big data een model ontwikkeld waarmee we voor individuen en groepen toekomstige arbeidsmarktkansen kunnen berekenen. En ook uit dat model rolt de conclusie dat laag- en hoogopgeleiden in de toekomst voldoende werk zullen hebben.
Geïnspireerd door de vorm van de grafiek noemen we deze ontwikkeling ‘de badkuip van de arbeidsmarkt’. De middengroep zit ‘in de badkuip’. Het gaat vooral om mbo’ers. We kennen tal van middenberoepen die momenteel verdwijnen, of afkalven in een tempo van -/- 5 tot 10% per jaar, autonoom – dus los van eventuele economische crises. En de komende tien jaar ligt dat tempo hoger dan de afgelopen tien jaar. Of, zoals Eric Schmidt van Google ooit zei: ‘Vindt u dat de ontwikkelingen snel gaan? Als ik naar de toekomst kijk zie ik geen dag waarop de veranderingen zo traag gaan als vandaag.’
Met deze kennis kunnen we nog steeds tijdig maatregelen nemen. We pikken er drie uit:
Toekomstige arbeidsmarktkansen zijn in deze drie voorbeelden cruciaal. Maar ook beleidsmakers, particuliere opleiders, HR-afdelingen en werkgevers kunnen er hun voordeel mee doen. Aandacht voor duurzame inzetbaarheid en employability is niet meer weg te denken uit de samenleving. De badkuip misschien wel.
Ben Rogmans
Partner Intelligence Group
* Het werk dat verdwijnt of afneemt als we zelfrijdende, electrische voertuigen in deelbezit hebben: automonteurs, autoverkopers, parkeercontroleurs, flitspalenmakers, verkeerspolitie, rijscholen, taxichauffeurs, maaltijdbezorgers, post- en pakketbezorgers, bougiefabrieken, motoroliefabrieken, verkeersbordenmakers, wegenbouwers, wegbelijners, schadeherstellers, autofabrikanten, auto-schadeverzekeraars, traumahelicopters, tankstations, wegwijzers, verkeersregelaars, vrachtwagenchauffeurs, buschauffeurs, zeeloodsen, bushaltebouwers, treinconducteurs, treinmachinisten, stuurlieden op schepen, vliegtuigpiloten. En nog veel meer.