Cuba staat relatief hoog op de human development index (67 in 2014). Dat komt door de hoge levensverwachting (bijna 80) en door de hoge scholingsgraad. Cubanen gaan gemiddeld meer dan 11 jaar naar school. Maar het komt niet door het nationaal inkomen per hoofd van de bevolking, want dat is erg laag (7301 dollar). Libanon, dat op dezelfde plaats staat als Cuba, heeft een nationaal inkomen per capita dat meer dan twee keer zo hoog is, maar daar kan de kinderen gemiddeld maar 8 jaar naar school.
Vergelijken we Cuba met de nabijgelegen Dominicaanse Republiek – een eiland dat in heel veel opzichten op Cuba lijkt – dan valt Cuba’s voorsprong op. De levensverwachting in de Dominicaanse Republiek is veel lager (73), de Dominicanen gaan gemiddeld maar 7.6 jaar naar school. Maar het nationaal inkomen per capita is veel hoger (bijna 1200 dollar). De economische groei in de Dominicaanse Republiek is over de laatste tien jaar gemiddeld 5 procent per jaar. Cuba haalt nog niet de helft daarvan. Nu zijn Cubaanse cijfers notoir onbetrouwbaar en het lijkt er op dat de economische groei in Cuba een geweldige vlucht neemt. Zeker nu de Cubaanse regering het particulier initiatief in de toeristensector meer ruimte heeft gegeven en zelfs airbnb heeft toegestaan.
Via airbnb huurden we een groot huis in een dorp vlak voor Varadero – het Bloemendaal van Havana, waar 60 jaar geleden geslaagde Amerikaanse industriëlen en rijke Cubanen een huis aan het strand hadden. Ons huis is van een Poolse vrouw die de helft van het jaar in Canada woont en de andere helft in Cuba. Ze is getrouwd met een Italiaan, die in de VS gevangenis zit. Waarschijnlijk in de buurt van Los Angeles. Althans, in de laatste sms die ik van haar kreeg schreef ze: ‘ik rijd nu op een snelweg in LA.’ Haar man was een vriend van Pablo Escobar en kreeg dertig jaar. Hij moet wel heel oud zijn, want de Poolse was veel jonger toen ze met hem trouwde en ze heeft nu vier kleinkinderen.
De mayor domo vertelt dat de eigenares ook getrouwd is geweest met een Cubaan, voor wie zij hier een oud huis heeft gekocht aan de zee. Dat huis is afgebroken en herbouwd. In ruil voor deze informele alimentatie kreeg zij het dak, waarop zij vervolgens haar eigen huis gebouwd heeft.
Op het strandje voor haar huis ontmoet ik een dikke Cubaan, die al dertig jaar in Miami woont en daar een aantal huizen bezit, maar ook voor een deel van zijn tijd in dit Cubaanse dorp doorbrengt. Hij heeft ook nog een huis verderop in Santa Clara.
De Miami Cubaan studeerde electrotechniek en rijdt rond op een autoped die electrisch wordt aangedreven. Ik vraag hem hoe het mogelijk is dat hij nu het recht heeft om twee huizen te bezitten in Cuba en ook nog in Miami woont. Hij geeft een filosofisch antwoord: ‘Je kunt de deuren sluiten voor de realiteit, maar de realiteit komt dan door het raam naar binnen.’ Later op de avond ontmoet ik hem weer in het enige restaurant in het dorp. Hij eet alleen.
Tussen de zee en ons huis staat een rij garages. Die zullen worden gesloopt en in plaats daarvan wordt een Malecon aangelegd. Ze zijn ook al bezig met een golfbaan, tussen ons dorp en het vliegveld van Varadero, dat hier maar 9 kilometer vandaan is. Vijf jaar geleden kon ik nog een excursie maken van het vliegveld van Varadero naar Trinidad – een dorp aan de andere kant van het eiland. We vlogen toen in een Sovjethelikopter die nog in Vietnam gediend had. De deuren van de helikopter gingen ook in de lucht niet dicht. Over vijf jaar landen op dit vliegveld de privévliegtuigen van de eigenaars van de strandhuizen.