Een Nederlandse terreurverdachte kon dit jaar in Düsseldorf gewoon het vliegtuig naar Turkije nemen, doordat een bericht daarover de Nederlandse officier van justitie te laat bereikte om een aanhoudingsbevel uit te vaardigen. Dat schrijft minister van Veiligheid en Justitie Ard van der Steur op vragen van D66-leider Alexander Pechtold.
Van der Steur laat uitzoeken hoe dit precies heeft kunnen gebeuren. De Syriëganger, Martijn N. of Latief genoemd, stond niet alleen al gesignaleerd, er liep al een zaak tegen hem en zijn paspoort was ingenomen. Bij een eerdere poging om naar Syrië te komen was hij namelijk al door de Turken gesnapt en naar Nederland gestuurd.
In mei hielden de Turkse autoriteiten hem voor de tweede keer aan. Eind juni is hij aan Nederland overgedragen. Waar hij in de tussentijd is geweest, is niet bekend.
Bij zijn reis vanaf Düsseldorf dit jaar maakte hij gebruik van zijn identiteitskaart, die hij nog wel had. Dat de jihadist zijn ID-kaart kon gebruiken, noemt Van der Steur onacceptabel. Hij wijst op maatregelen om in dit soort gevallen een andere identiteitskaart te geven, die minder reismogelijkheden biedt.
Pechtold snapt niet hoe de melding over de jihadist te laat heeft kunnen komen. “Dit is voor mij volstrekt onbegrijpelijk. Bovendien geeft de minister geen antwoord op de vraag hoeveel Nederlandse terreurverdachten op dit moment nog meer ontsnapt zijn aan de aandacht van de autoriteiten.” Hij wil snel meer antwoorden van Van der Steur. “Eerder al kon een terreurverdachte Nederland binnenkomen doordat een mailbox niet in de gaten werd gehouden waarin zijn uitzetting naar Nederland werd gemeld. Dit bleek later één van de aanslagplegers in Brussel”, klaagt Pechtold.
TPO – Ard van der Steur heeft een probleem en het heet Alexander Pechtold
TPO/ANP