Door de vergrijzing zijn er steeds minder werkenden die jaarlijks AOW-uitkeringen van een steeds groter wordende groep gepensioneerden moeten ophoesten. Omdat de AOW op het zogenaamde omslagstelsel is gebaseerd betalen alle werkenden de AOW-uitkering van onze ouderen. Daarom is een verhoging van de pensioengerechtigde leeftijd economisch de beste oplossing om de AOW voor iedereen betaalbaar te houden.
Immers het mes snijdt dan aan twee kanten: de AOW gaat in op latere leeftijd en door het langer moeten doorwerken betalen werknemers gedurende een langere tijd de premies waarvan de AOW uitkeringen betaald kunnen worden.
Op het eerste gezicht een alleszins redelijk bedachte oplossing om de AOW ook bij vergrijzing in stand te kunnen houden. Maar is dit wel zo redelijk en sociaal voor de groep oudere chronisch zieke werknemers die ook verplicht zijn om langer door te werken? Decennia lang deelnemen aan het arbeidsproces veroorzaakt vaak beroepsziekten en aan het werk gerelateerde chronische aandoeningen.
De AOW is geen verzekering waarvoor men zelf moet sparen zoals bij een aanvullend pensioen. Een structureel verblijf in Nederland is voldoende om later AOW te mogen ontvangen. De relatie werkenden versus niet- werkenden komt dan steeds meer onder spanning te staan.
Dat geldt ook voor de groep oudere chronische zieke werknemers, die niet volledig zijn afgekeurd, tegenover arbeidsgeschikte AOW gerechtigden die door een eigen keuze niet of nauwelijks hebben deelgenomen aan het arbeidsproces. En die dus zelf nauwelijks een wezenlijke bijdrage ooit hebben geleverd aan de financiering van de AOW voor een oudere generatie AOW gerechtigden. Voor die groep gaat op; wel AOW halen maar er niet wezenlijk aan meebetalen.
Door de verhoging van de pensioenleeftijd is het niet denkbeeldig meer dat een oudere chronisch zieke werknemer zich letterlijk voor zijn eigen pensionering dood mag werken om de betaalbaarheid van de AOW voor alle ouderen, ongeacht hun individuele arbeidsverleden, veilig te kunnen stellen. Ook voor de groep arbeidsgeschikte AOW-gerechtigden die door eigen keuzes geen of slechts een kort arbeidsverleden hebben opgebouwd, en die daardoor zelf weinig tot niets hebben bijgedragen aan de bekostiging van deze oudedagsvoorziening geldt dit.
Het is de hoogste tijd om het recht op AOW eens kritisch tegen het licht te houden. Moet dat recht niet mede gekoppeld worden aan bijvoorbeeld de duur van een individueel arbeidsverleden? Als oudere werknemers, in het bijzonder oudere chronisch zieke werknemers, steeds langer moeten doorwerken om het huidige stelsel van AOW te kunnen blijven betalen ontkomt de politiek er niet aan om alle aspecten van de toenemende AOW-premiedruk af te zetten tegen het recht van gepensioneerden op het ontvangen van AOW. Vooral ook om de jongere generaties werknemers gemotiveerd te houden om de AOW-premie op te kunnen blijven brengen. Waarom tot je 70e jaar verplicht premie betalen voor ouderen die ooit zelf bewust gekozen hebben om nauwelijks hun steentje bij te dragen aan de financiering van de AOW?
Hoogste tijd om een brede maatschappelijke discussie over dit onderwerp te gaan voeren. Bij voorkeur als belangrijk thema van de komende verkiezingen.
Foto: AOW’ers hebben pret in een attractiepark.