Ook deze week zien we vrijwel geen verschuivingen Alleen daalt de PVV 1 zetel en staat nu gelijk met de VVD (27). VNL gaat weer naar 2 zetels. Bij de andere partijen zien we – wederom- geen verschuivingen.
Er is gekeken naar de voorkeuren van de Nederlanders (pdf) ten aanzien van de samenstelling van het volgende kabinet en de volgende premier. Per partij en premie kandidaat (de lijsttrekkers van de grotere partijen) is gevraagd of men die al dan niet in de regering wil of als premier. Men mocht ook aangeven “maakt me niet uit”. Door alleen naar de “wel” en “niet” antwoorden te kijken is een goede indruk te krijgen van de wensen van de Nederlanders, verdeeld naar het huidige stemgedrag.
De enige partij met een positief saldo tussen “wel” en “niet” is het CDA. 35 procent wil deze partij wel in de volgende regering en 26 procent niet. Saldo is +9 procent. Dat is vooral te danken aan de relatief hoge score onder de VVD-kiezers (+49 procent). Ook bij de 50PLUS-kiezers scoort het CDA positief (+23 procent). Daarnaast scoort het CDA met -13 procent bij de PVV-kiezers positiever dan de VVD met -30 procent.
Ten slotte zijn er twee vragen gesteld over het al dan niet ratificeren van het verdrag met de Oekraine. Als er geen concessie vanuit Brussel komen dan vindt 30 procent dat we wel moeten ratificeren en 50 procent niet. Kiezers van PvdA, D66 en GroenLinks zijn dan het meeste voor. De kiezers van de VVD zeer verdeeld. Kiezers van PVV, SP en 50PLUS het sterkste tegen. (Dit komt overeen met het patroon van het stemgedrag tijdens het referendum).
Mocht tegemoet worden gekomen aan wensen van Nederland om een aantal extra zekerheden dan vindt 44 procent dat Nederland moet ratificeren en 37 procent niet. Met name zien we dan onder de VVD-kiezers een duidelijke stijging van de voorstanders. (van 39 procent naar 60 procent).