In september zei minister-president Mark Rutte in de Tweede Kamer dat als Nederland het associatieverdrag met Oekraïne niet ratificeert het verdrag door de andere lidstaten alsnog kan worden aangenomen. Een maand later liggen de kaarten dramatisch anders. Een Nederlands nee is direct van invloed op Syrische burgers in Aleppo. Dat zei Rutte vrijdag tijdens zijn wekelijkse persconferentie. De Tweede Kamer wil dat Rutte voor 1 november – komende dinsdag – met een antwoord komt op de uitslag van het referendum over het associatieverdrag met Oekraïne.
Rutte wil het liefst ratificeren: een Nederlands nee vergroot volgens hem de instabiliteit in de regio. Er dreigt volgens hem een beeld te ontstaan dat Europa verdeeld is ten opzichte van Rusland. In een onnavolgbaar verhaal begon de premier vervolgens over de burgers in Aleppo, Syrië en legde hij de werking van een vacuümbom uit. Rusland en Syrië hebben eerder deze maand Aleppo gebombardeerd. In het associatieverdrag met Oekraïne dat nu voorligt wordt niet gesproken over Syrië.
Vervolgens deed Rutte ‘in het landsbelang’ een beroep ‘op de redelijke krachten in Nederland’ hem te steunen zodat Nederland het verdrag kan ratificeren. “Nederland maakt een grote fout als we dit proces laten ontsporen.” Rutte zoekt al enige tijd steun bij de oppositie om het verdrag door de senaat te krijgen. Wanneer hij die dit weekeinde niet rondkrijgt stuurt het kabinet maandag een brief naar de Kamer waarin wordt gemeld dat het verdrag niet wordt geratificeerd.
En zal het vacuümbommen regenen op Aleppo. Of zoiets.
TPO – Dossier Geenpeil
