“De Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) en het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) zien met onmiddellijke ingang af van het woordgebruik allochtoon en autochtoon. Daarmee zetten zij een nieuwe norm voor de overheid,” schrijft De Volkskrant.
Dubbelplusongoed, want er komt blaartrekkende Nieuwspraak voor in de plaats: Zweden of Naffers noemen we voortaan ‘inwoners met een migratie-achtergrond’. Dit omdat ‘allochtoon’ de lading niet goed genoeg dekt, volgens de WRR en het CBS is het verschil tussen een Syriër en een Singaporees te groot om ze onder 1 noemer te vangen.
Okee, klinkt redelijk, hoewel een simpel ‘allochtoon’ (ooit geïntroduceerd als vriendelijker aanduiding in de plaats van ‘buitenlander’) wel gewoon de lading dekt natuurlijk. En zeker de good old ‘gastarbeider’, dan wisten demense zeker dat er geen Brit of Zwitser bedoeld werd. Maargoed. De WRR en het CBS spreken zichzelf tegen:
Verder speelt de negatieve klank van het woord allochtoon een rol. Het was ooit bedacht door de socioloog Hilda Verwey-Jonker als een neutraal begrip, om de woorden buitenlander of etnische minderheid te vermijden. Maar die beoogd objectieve werking is verloren gegaan – allochtoon werd zelf een beladen kwalificatie.
Wacht effe. Dus ‘allochtoon’ is niet precies genoeg, maar toch zó precies dat er sprake is van een beladen, negatieve kwalificatie? Vreemd. En hoe komt dat toch, dat beladen, negatieve gedoe? Van Singaporezen en Zwitsers? Of omdat autochtonen, sorry, ‘inwoners met een uit de klei getrokken achtergrond’ allemaal rotracisten zijn? Is de situatie rond allochtonen niet meer negatief en beladen als we ze anders noemen? Werkt dat ook met diefstal, als we dat ‘onvrijwillige verandering van eigenaarschap’ gaan noemen? En het negatieve, beladen gevoel dat het woord ‘verkrachting’ oproept, zou het schelen als we dat dan ‘seks zonder instemmende wederpartij’ noemen?
Verder hoeft je aluhoedje niet heel strak om de schedel gespannen te zitten om de timing van deze overheids-taalrazzia nogal opvallend te vinden. Het hele rapport komt pas over een jaar uit, schrijft de Volkskrant, maar deze conclusie wordt letterlijk ‘met onmiddellijke ingang’ doorgevoerd. Vanwaar die haast? Net nu er een politiek proces loopt omwille van het al dan niet kwetsend, opruiend taalgebruik van Geert Wilders? Taal- en toonnormen stellen terwijl er een proces loopt over de grenzen van het vrije woord, wij horen het de aanklager al zeggen: “Edelachtbare, het getuigt toch van rudimentair fatsoen om ook in taal rekening te houden met de medemens, zelfs ‘allochtoon’ is niet meer in zwang…”
De overheid wil minder, minder, minder allochtonen, een cosmetisch-semantische ingreep om een groot maatschappelijk probleem te maskeren: de gefaalde integratie van voornoemde allochtonen. En nee, ik bedoel geen Singaporezen of Zwitsers, dat snapt iedere lezer, ongeacht zijn politieke voorkeur. De term ‘allochtoon’ is contextueel glashelder. En dat is precies waarom het woord ijlings moet worden afgeschaft.