Ze struikelen bijna over elkaar heen, bestuurders die rollebollend over straat campagne voeren voor zichzelf of hun partij. De vraag is natuurlijk of dit ethisch verantwoord is. Immers zij zijn toch bestuurders voor ons allen?
Het was onze eigen premier Mark Rutte die met zijn ‘sorry-campagne‘ het startschot gaf voor iets wat heel normaal schijnt te worden in Nederland; bestuurders die actief campagne voeren. Terwijl Nederland eind augustus zat bij te komen van een hittegolf, raakte onze premier, acht maanden (!) voor de Tweede-Kamer verkiezingen verhit van het zeggen van sorry voor al die verbroken verkiezingsbeloftes. U weet het nog wel: ‘Duizend euro voor werkend Nederland, niet morrelen aan de hypotheekrenteaftrek en geen geld meer naar de Grieken’. Na deze knieval zien we onze premier vooral in VVD-campagnespotjes. Spotjes waar Nederland te horen krijgt dat het echt beter wordt. Fijn ook dat hij ons begrijpt en dat we voor echte bescherming, een echte samenleving en een echte toekomst VVD moeten stemmen. Maar wij vinden dat hij zich bezig moet houden met het besturen van ‘ons’ land en geen ‘boegbeeld’ van de VVD-campagne moet zijn in de ‘tijd van de baas’.
Niet alleen onze minister-president maakt zich schuldig aan het zich onttrekken van de bestuurlijke verantwoordelijkheid. Ook PvdA-minister Asscher loopt voorop om zijn PvdA een beter aanzien te geven; dit door als een soort pre-campagneleider te functioneren richting de komende Tweede Kamerverkiezingen. Terwijl vele Nederlanders nog steeds werkloos thuis op de bank zitten, voert hij, als dé minister die de werkgelegenheid zou moeten aanjagen, met voormalig kompaan Diederik Samsom een wanhopig achterhoede gevecht. Een gevecht over wie de kar mag trekken bij een partij die op sterven na dood is. Naast het feit dat Asscher zijn campagnewerk laat prevaleren boven zijn werk als minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid voor alle Nederlanders, zorgt zijn kandidatuur om lijsttrekker te worden er ook voor dat we een oud-Hollands spreekwoord kunnen afstoffen. Want of je nu door de hond of door de kat gebeten wordt, gebeten wordt u bij de PvdA altijd. Zeker ook omdat Asscher en Samsom met de totstandkoming van Rutte 2 samen verantwoordelijk zijn voor het weggeven van het laatste restje ‘Samen sterk en sociaal’. Dat Asscher nu stelt dat Samsom hem, bij de totstandkoming van het regeerakkoord, het gevoel gegeven heeft dat er werd gekwartet met de waarden van de PvdA is niet alleen ongeloofwaardig, maar ook nog eens niet netjes.
Op lokaal niveau wordt er door menig politicus van gevestigde partijen reikhalzend uitgekeken naar een transfer naar de Tweede Kamer. De van belastinggeld goedbetaalde Haagse onderwijswethouder Ingrid van Engelshoven staat nummer vijf op de landelijke lijst van D66. Daarvoor hulde! Maar in plaats van een wethouder die 24/7 haar verantwoordelijkheid neemt voor die mooie stad achter de duinen, waarbij de belangen van de Haagse en Scheveningse burgers moeten worden behartigd, is zij druk, heel druk, met campagneactiviteiten. Waar een wethouder boven de partijen zou moeten staan, verkondigt zij de D66-religie via social media, partijbijeenkomsten in het land en gelijksoortige happenings.
Het door bestuurders zo actief voeren van campagne schaadt het algemeen belang en zou aan banden gelegd moeten worden. Aan de landelijke bestuurders is onze oproep helder: Bestuurders! Ga besturen en stop met het voeren van campagne. Als bestuurder ben u er voor alle mensen in de samenleving en een partijbelang dienen in de ‘tijd van de baas’ past niet een een volwassen democratie. Wellicht kan D66-wethouder Van Engelshoven in Den Haag als eerste het goede voorbeeld geven door haar functie per direct neer te leggen. zodat zij zich kan voegen bij het D66-campagneteam, zonder dat de belastingbetaler daar een cent aan mee hoeft te betalen.