U heeft er misschien iets van meegekregen. ThePostOnline berichtte enkele dagen terug over een huiveringwekkende reactie vanuit het Meldpunt Internetdiscriminatie (MiND) op een melding van homohaat.
Het staat er echt. In reactie op de publicatie werden Kamervragen gesteld, in reactie op de Kamervragen reageerde de verantwoordelijke minister met een welluidend “foei”, en vrijdag publiceerde het antidiscriminatiemeldpunt een verklaring waarin men zegt de eerder gegeven reactie “ten zeerste te betreuren”, en daarmee lijkt de kous af. Vanavond lekker Netflix, morgen naar de IKEA, en overmorgen op de koffie bij schoonmoeders de vrouw. Eén slechte dag maakt nog geen belabberde week, klinkt het al bagatelliserend vanuit extreemlinkse hoek.
De reactie vanuit het meldpunt zou te wijten zijn aan domheid, onnadenkendheid, “een slechte dag” (zoals MiND-directeur Visser het uit zijn strot wist te krijgen), onhandigheid, nalatigheid, of elke andere denkbare bliksemafleider om de Religie Waarvan de Naam Niet Wordt genoemd mee uit de wind te houden.
Arthur van Amerongen speculeerde vrijdag al over de identiteit van de afzender in zijn wekelijkse column voor HP de Tijd: een “mohammedaanse medewerker van MiND” of “overempathische roomblanke moslimknuffelaar”. Hoewel dat laatste- een ziekelijk tegemoetkomingsgezinde islampleaser- niet kan worden uitgesloten (de medewerkers zijn bijgepraat op het gebied van “etnisch profileren, discriminatiewetgeving, en islamofobie”, bovendien weet je het maar nooit met de behaagzieke exponenten van veertig jaar wegkijken), neig ik toch naar de eerste uitleg.
Het blijft speculeren natuurlijk, maar een tweetal zaken doen vermoeden dat we hier te maken hebben met een rechtgeaarde volgeling van de religie van de vrede die van de weeromstuit is uitgeschoten met de pen. Neem bijvoorbeeld het abusievelijke gebruik van de hoofdletter I in islam, waaruit niet zozeer grammaticale onkunde blijkt maar een misplaatste eerbied voor een religie die de homoseksualiteit niet alleen moreel veroordeelt maar ook strafbaar stelt, de tenuitvoerlegging waarvan niet alleen wordt uitbesteed aan de schepper maar ook aan zijn vertegenwoordigers op aarde. Wat te denken van deze zin: “De uitingen moeten (echter) worden gezien in de context van de geloofsovertuiging te noemen de Islam, wat juridisch gezien in veel gevallen het beledigende karakter weg neemt”, vergezeld van de sinistere toevoeging “in de context van de geloofsovertuiging bestaat in Nederland een grote mate van vrijheid van meningsuiting”?
Op het gevaar af de antidiscriminatiefetisjisten op mijn dak te krijgen, lijkt het houterige schijn-Nederlands waar de medewerker zich van bedient een nieuwe Nederlander te verraden, al dan niet in bezit van spellingscontrole alsmede een niet nader genoemde ideologische bagage.
Aan de andere kant lijkt de suggestie van mogelijke radikaal-islamitische infiltratie van goedbedoelende meldpunten nogal onwaarschijnlijk, om niet te zeggen absurd. Uit niets blijkt een groot student van de islamitische rechtsgeleerdheid, hooguit een gedreven novice. Bovendien: wie anders dan een ervaringsdeskundige ex-Wajonger reageert nou helemaal op de vacature “medewerker meldpunt discriminatie”, vooral wanneer hem een goedbetaalde parttime functie in het vooruitzicht wordt gesteld alsmede een relatieve vrijheid om dat rare artikel 1 van de Grondwet te gebruiken als stok om mee te slaan; een beetje zoals pedo’s zich aangetrokken tot de speelplaats en pyromanen tot de brandweerkazerne.
Maar de bewering dat een en ander het jammerlijke gevolg is van een slechte dag, is niet alleen een grove belediging aan het adres van elke min of meer ontwikkelde krantenlezer, maar ook en vooral een klap in het gezicht van de homoseksueel die wordt geconfronteerd met de zoveelste doodsverwensing aan zijn adres vanuit de hoek van een inherent mensvijandige en veroveringsgezinde ideologie.
No ifs, ands, or buts about it, vrienden- hoe strak je de religie van de vrede ook wikkelt in je lappendeken van misplaatste multiculturele tolerantie.
PS
Te vrezen valt voor de dag dat onderstaande uiting van tolerantie en vrede ook moet worden gezien “in de context van de geloofsovertuiging, die juridisch gezien in veel gevallen het gewelddadige karakter wegneemt”.
Bron foto: LGBT Asylum Support.
