Achtergrond

Een vernederende week voor onze gewaardeerde NAVO-partner Turkije in Syrië

07-12-2016 14:02

Het was een wat vernederende week voor onze gewaardeerde NAVO-bondgenoot Turkije. De inmiddels drie maanden durende invasie van noordelijk Syrië is een beetje stil gelopen door de incompetentie van hun Syrische proxytroepen, Turkse soldaten zijn getroffen door een Syrisch of Russich luchtbombardement, twee Turkse onderofficieren zijn gevangen genomen door de hoofdenafhakkers van de Islamitische Staat en op de koop toe hebben de Koerdische strijdkrachten en Syrische regeringstroepen hun geschillen opzij gelegd om het gezamenlijk tegen de Turkse missie op te nemen. Escalatie of gezichtsverlies worden dan al gauw de enige opties voor de Turkse sultan Recep Tayyip Erdogan.

Eerder schreven we al dat het vroeg of laat tot botsing moest komen met ofwel de Koerdische strijdkrachten (samen met lokale Arabische vechters vertegenwoordigd in de SDF) of de regeringstroepen van president Bashar al-Assad. Één ding kun je Erdogan niet kwalijk nemen, hij weet mensen in ieder geval wel bij elkaar te brengen. In september werd, ter reactie op de Turkse operatie Euphrates Shield de zoveelste nieuwe groep in deze oorlog opgericht, de Syrische Nationale Weerstand (SNR in het engels), officieel een verzameling Koerdische en Arabische strijders aan de kant van de Syrische regering, in de praktijk een coalitie van SDF (Syrische Democratische Strijdkrachten, bestaande uit voornamelijk Koerden en lokale Arabieren) en Syrische regeringstroepen. De afgelopen week werden door deze coalitie voor het eerst dorpen van de Turkse proxytroepen overgenomen. De race om het centraal gelegen stadje al-Bab (bevolking:60.000), momenteel nog in handen van de Islamitische Staat, is begonnen.

Russische vacuümbommen

De Turken en hun Syrische jihadi’s kregen het al eerder aan de stok met de SDF rond het stadje Tel Rifaat (bevolking: 20.000) en trokken daarbij aan het kortste eind. Turkse artillerieondersteuning mocht daarbij niet baten. Luchtaanvallen gebruiken de Turken al een tijdlang niet meer, waarschijnlijk uit angst voor Russische luchtafweersystemen in Syrië. Tientallen dode rebellen en Turkse soldaten later gingen ze maar weer verder met de anti-ISIS missie. Vernederend, aangezien het hele idee van de Turkse interventie is dat het gebied ten Westen van de Eufraat, in de woorden van de heer Erdogan, gezuiverd zou worden van Koerden.

Tel Rifaat was niet de enige tegenslag. Het heeft de Turkse proxytroepen drie maanden gekost om op een vlak woestijngebied 30 kilometer van de Turkse grens op te rukken met ondersteuning van een modern NAVO-leger. De Turksgesponsorde rebellen zijn niet alleen ongeveer even ‘gematigd’ als ISIS, maar blijken ook een stel incompetenten die na maandenlange training op Turks grondgebied nog steeds hun splinternieuwe wapens vanaf de heupen leegknallen. Voor hen vormt deelname aan de Turkse missie een leuk alternatief voor het vechten in een belegerd Aleppo of elders in Syrië, waar hun strijd zo goed als verloren is. Hogere salarissen, (voorlopig) geen Russische vacuümbommen die om hun oren vliegen, drie keer per dag goed vreten en als het fout gaat kunnen ze altijd snel terug naar de Turkse grens. Voor het opzetten van offensieve acties zijn ze volledig afhankelijk van de Turken en de Turken zijn voor hun laatste restje legitimiteit en geloofwaardigheid afhankelijk van de aanwezigheid van de rebellen. Het lijkt vooral een soort zielige parodie van wat Iran in Syrië heeft klaargespeeld met hun buitenlandse troepen.

Assad en Poetin

Al-Bab is belangrijk omdat het een kruispunt van wegen richting Manbij en Aleppo vormt. Manbij is één van de grotere steden in het agrarische noord-Aleppo en de bevrijding van deze stad op ISIS door de Koerden vormde de aanzet tot de Turkse interventie. Als al-Bab nog niet in handen is, gaat het daar ook niet lukken. Het gevecht om al-Bab doet denken aan de slag van de vijf legers aan het eind van De Hobbit. Misschien dat de adelaars die in dat verhaal op het einde neerstrijken in de vorm van de Russische dan wel Amerikaanse luchtmacht ook een keer van de partij worden.

Een tijdlang was het stil aan de kant van Assad en Poetin. Sterker nog, het gebrek aan een sterke reactie op de Turkse invasie op Syrisch grondgebied deed vermoeden dat er een stiekeme deal was gesloten met de Turken. Wellicht dat Poetin de Turken opzettelijk in een val deed lopen. Dat er op 24 november, precies een jaar nadat het Russische toestel werd neergeschoten door de Turken, een aantal Turkse soldaten omkwamen bij een luchtbombardement van een Syrisch regeringsvliegtuig zou wel een heel groot toeval zijn. De Turkse media kreeg onmiddellijk een tijdelijk zwijgbevel van de regering over dit incident, een militaire vergelding van de Turkse kant bleef uit. Assad heeft zelf altijd een felle positie tegenover de autonomie van de Koerden in noordelijk Syrië ingenomen. Daarom wijst de samenwerking op een toenemende invloed van Moskou, die een voornamelijk Koerdische autonome provincie kan gebruiken zowel als bufferzone tegen Turkije als pressiemiddel tegen Assad, om zeker te zijn van een trouwe knecht.

Jihadis-for-rent

Op dit moment worden de Syrische jihadis-for-rent officieel ondersteund door een tankbataljon en speciale operatietroepen van in totaal ongeveer 750 man. Op de Turkse grens staan meerdere legerbrigades op standby. De enige optie om de oorspronkelijke doelen van operatie Euphrates Shield te bereiken is het escaleren van de Turkse militaire aanwezigheid. Een behoud van de huidige status quo is niet zinvol zonder al-Bab omdat de Koerdische gebieden dan makkelijk met elkaar verbonden kunnen worden. Dan kan een Turkse bezetting van het gebied niet eens een ‘bevroren conflict’ (zoals Cyprus sinds 1974) vormen dat Ankara later als pressiemiddel zou kunnen inzetten. Nu oostelijk Aleppo ook bijna in handen van de regering is, wordt het steeds meer de vraag wat voor nut het nog heeft om een paar extra ‘gematigde’ rebellen te ondersteunen. Zelf de Amerikanen lijken nu te aanvaarden dat Assad toch maar lekker blijft zitten. Als de Turken extra troepen besluiten te sturen, staan ze er alleen voor. En dan blijft het ook nog maar raden wat voor prestaties zij kunnen neerzetten zonder luchtondersteuning tegen de Syrische en Koerdische strijdkrachten.

Het had een mooi Turks sprookje moeten worden: het machtige Turkse leger, nummer twee in de NAVO, zou de vijanden van de sultan een even een lesje leren. ISIS, Koerden, Assad, Iran, Irak, allemaal zouden ze uiteindelijk het veld ruimen voor een nieuwe Ottomaanse hegemonie terwijl de bureaucraatjes van de Europese NAVO-landen glimlachend vanaf de zijlijn toekijken. Tot nu toe blijkt alleen dat laatste te gelden. Wellicht dat de Turken besluiten om stilletjes het gebied te verlaten, en de rebellen aan hun loten overlaten. Het blijft spannend of de gevangengenomen Turkse soldaten in ruil voor een paar ISIS-gevangenen naar huis kunnen of de hoofdrol in een nieuwe ISIS-executiefilm krijgen, wat een pijnlijke les zou zijn voor het Turkse thuispubliek.

Gezichtsverlies

Turkse machtsprojectie buiten de eigen grenzen is de laatste tijd een dure grap gebleken voor weinig resultaat. Die grap kan nog veel duurder worden. Het alternatief is het accepteren van gezichtsverlies, wat in de praktijk neerkomt op een exit als serieus te nemen partij in het Midden-Oosten. De vele Turkse dreigementen aan het adres van Irak en Syrië maken alleen indruk zolang de Turken bereid zijn om de mythe van een onverslaanbare militaire grootmacht na te leven. Tot nu toe is daar nog weinig van te zien.