De kloof tussen de politiek en de burger wordt steeds groter. Dat is geen wonder. Ons politieke stelsel is uitgevonden door Thorbecke in 1848. Het heeft goed gewerkt tot pakweg 1980. Nu is het hoognodig aan vervanging toe. Directe Democratie is de toekomst. Via GeenPeil kan het politieke systeem wennen aan de politiek van de 21e eeuw.
Volksvertegenwoordigers in de Tweede- en Eerste Kamer hebben grofweg drie functies:
Laten we deze functies eens onder de loep nemen.
In 1848 was het maken van een opinie slechts weinigen gegeven. Het overgrote deel van de bevolking besteedde alle tijd om in het levensonderhoud te voorzien. Het werk was zwaar. Men werkte als boer of boerenknecht op het land of als arbeider in fabrieken onder mensonterende omstandigheden. Het vormen van een mening over allerlei zaken liet men over aan de kleine goed opgeleide elite, die het parlement bevolkte.
Dit systeem heeft goed gefunctioneerd zolang onze samenleving een verzuilde maatschappij was. Men was lid van de protestantse, katholieke, socialistische of liberale zuil. Deze zuilen hadden hun vertegenwoordigers in het parlement.
Vanaf de jaren zeventig kwam een goede opleiding binnen het bereik van alle lagen van de bevolking. Nu, anno 2016, is iedereen in Nederland goed opgeleid. Tevens is men goed geïnformeerd via krant, TV en internet. De bevolking is mondig en vormt zich een opinie over allerlei zaken. De bevolking is even goed opgeleid als het gemiddelde Kamerlid.
Sterker nog: de bevolking heeft als geheel ervaring in alle takken van het economisch en maatschappelijk leven, terwijl parlementsleden grotendeels worden gerekruteerd uit de overheidsdiensten, gesubsidieerde instellingen en verwante organisaties. Zij hebben derhalve een minder brede ervaring. Tevens worden Kamerleden bestookt door lobbyclubs, waardoor het algemeen belang verder uit zicht kan raken. Voor het vormen van een opinie over bijvoorbeeld het rookbeleid heeft de ervaring van een longarts of longpatiënt toegevoegde waarde, maar de mening van een Kamerlid niet. Dat Kamerlid weet net zoveel over het onderwerp als de geïnteresseerde burger.
Als opiniemakers zijn Kamerleden dus overbodig geworden. De eventueel te kiezen Kamerleden van GeenPeil beloven geen tijd te zullen verspillen aan opinievorming.
Om wetten en verdragen goed te keuren moet je jezelf een opinie vormen over het onderwerp en vervolgens vóór of tégen stemmen afhankelijk van die opinie.
We hebben in het voorgaande gezien dat Kamerleden inmiddels overbodig zijn geworden voor de opinievorming. Dan blijft alleen het stemmen over.
Vroeger kon niet iedereen stemmen. In 1848 verhuisde een vertegenwoordiger uit Limburg met de paardenkoets naar Den Haag om namens zijn achterban een stem uit te kunnen brengen. Met de mogelijkheden van het huidige internet kan iedereen op elk ogenblik op elke plek stemmen. Net zoals de burger vandaag geen reisbureau meer nodig heeft om zijn reis te boeken, heeft de kiezer geen parlementslid meer nodig om te stemmen. GeenPeil vervult hier in de politiek dezelfde rol als Booking.com in de reiswereld.
Als wetgever zijn Kamerleden dus ook overbodig geworden. Eventueel te kiezen GeenPeil Kamerleden zullen hun wetgevende taak dus op de meest democratische wijze uitvoeren, namelijk volgens de stem van haar leden.
Deze rol blijft bestaan. In de afgelopen halve eeuw is deze rol zelfs groter geworden. Omdat de overheid haar takenpakket de afgelopen halve eeuw aanzienlijk heeft uitgebreid, is de benodigde controle hierop veel groter geworden.
GeenPeil belooft dat haar eventueel te kiezen Kamerleden deze rol met verve zullen oppakken.
Ons huidige politieke stelsel heeft zichzelf overleefd. GeenPeil sorteert voor op de toekomst. Piet Hein Donner merkt op dat GeenPeil het einde van de democratie inluidt. Hij heeft gelijk als hij bedoelt dat GeenPeil het einde van de oude Partijdemocratie betekent. Hij vergeet erbij te vertellen dat GeenPeil staat voor het begin van een nieuwe Directe Democratie. Een democratie voor mondige goedopgeleide burgers. Een democratie die past bij de 21e eeuw.